24
procédé's was noodig, dat het formaat van de kaarten wat kleiner
werd en aldus werden de kaarten ook beter verkoopbaar.
Het is bekend dat de gewestelijke kaarten van Jacobus van
Deventer vóór 1546 als kopergravures zijn uitgegeven te Mechelen.
Ook van deze uitgave is alweer geen enkel exemplaar tot ons
gekomen. Exemplaren hebben echter als voorbeeld voor andere
nadrukken gediend.
Het meest bekend is de Italiaansche uitgave van Tramezini van
1558, in koper gegraveerd door Jacobus Bossius, blijkens zijn naam
een Nederlander. In 1897 zijn deze kaarten gereproduceerd door
Frederik Muller in Amsterdam2).
Van de kaarten van Brabant enz. hebben ook andere uitgaven
bestaan, soms iets later in jaren, maar meer getrouwelijk de oudste
uitgave volgend. Zoo zijn de steden en dorpen daar nog met kerk
torens aangegeven en niet met kringetjes, ook is het formaat van
die uitgaven grooter. De vrijwel unieke exemplaren van deze
meer primitieve uitgaven bevinden zich in de bibliotheken te Breslau
en Wolfenbüttel en ze zijn aan het licht gekomen door de onder
zoekingen van Walter Ruge, die systematisch alle Duitsche biblio
theken naar oude kaarten heeft afgezocht3).
Omstreeks 1570 worden in Antwerpen door Mercator en Ortelius
de eerste verzamelwerken met kaarten uitgegeven, die men sindsdien
at/assen is blijven noemen. In de eerste uitgaven van Ortelius' „Theatrum
Orbis terrarum (1570 en volgende jaren) komen Van Deventer's
kaarten van Brabant, Zeeland en Holland vóór.
O.a. uit de mededeeling in: Opus chronographicum orbis universi Petro
Opmeero auctore (Antverpiae, 1611), folio 486 ad annum 1546: Jacobus de Daventria
Mechliniae Caliographias (lees calcographias, dit zijn kopergravures) Brabantiae, Hol-
landiae, aliarumque Belgii regionum nunc edit: cum antea Flandriae chartam evulgasset
Gerardus Mercator Rupelmundanussicque tandem expressae fuerunt omnes Belqii
ditiones
2) Remarkable maps of the XVth, XVIth and XVIIth centuries reproduced in
their original size, V-VI, nos. 15 (Holland), 16(Friesland). 17 (Gelderland) en 18(Brabant).
3) W. RUOE: Aelteres kartographisches Material in deutschen Bibliotheken (Nach-
richten Kon. Ges. der Wissenschaften zu Göttingen, Philol. historische Klasse) 1904,
S. 1-40: Reisebericht I und II; 1906, S. 1-39: Reisebericht III; 1911, S. 35-166:
Reisebericht IV; 1916, Beiheft, S. 1-128; Reisebericht V.
Kaart van Brabant: RUGE, V, S. 36, no. 41.
Kaart van HollandRUGE, V. S. 35, no. 40, gereproduceerd door WlEDER in Tijdschr.
Kon. Aardr. Gen., 2de serie, deel XXXV (1918), blz. 491, no. 3, plaat 6.
Kaart van Gelderland: RUGE, I, S. 26, no. 43, vgl. Dr. G. AVIS|acob van
Deventers kaart van Gelderland in 1556 (Gelre, Bijdr. en Meded. XXXVIII (1935),
blz. 149-157, met reproductie van een gedeelte van de kaart. In het Rijksarchief te
Arhem is een foto van de geheele kaart aanwezig.
Kaart van FrieslandRUGE, V, S. 37, no. 42.
Kaart van Zeeland: RUGE, V, S. 38, no. 45, gereproduceerd in M. VAN EMPEL
en H. PIETERS: Zeeland door de eeuwen heen (1933 tegenover blz. 117.
25
Welke is de waarde van deze kaarten? Naar moderne begrippen
niet zoo erg groot. De ligging van de plaatsen, de loop van de
rivieren en de grenzen, dit alles word nogal schetsmatig en niet al
te nauwkeurig aangegeven. Wegen zoekt men op deze kaarten ver
geefs. Op de kaart van Gelderland staat een bijschrift, waarin
Van Deventer verklaart, dat de plaatsen, waar geen kringetje in het
vignet door hem is geplaatst door hem niet bezocht zijn en dat hij
niet wil instaan, dat hij van die plaatsen de juiste ligging heeft
aangegeven, daar de toegang tot die plaatsen voor hem niet vrij
stond. Deze mededeeling pleit voor de nauwkeurigheid van den
geograaf in het algemeen en wij mogen aannemen, dat hij dus als
regel wèl de op een kaart opgenomen plaatsen bezocht. Dat hij
vóór 1543, toen hij de kaart van Gelderland maakte, niet in alle
deelen van Gelderland toegang had, is te verklaren uit den staat
kundigen toestand, toen immers de strijd tusschen Karel V en Gelre
nog niet geëindigd was. Uit de opdracht aan Karel V, die op de
kaart voorkomt, blijkt, dat de kaart op last van Karel V gemaakt is.
Wij moeten echter bij de beoordeeling van de kaarten den tijd
van ontstaan in aanmerking nemen. Dan is het toch al dadelijk een
prestatie, dat door één man, zij het nog zoo schetsmatig, in kaart
werden gebracht, Brabant, Holland, Gelderland, Friesland en Zeeland.
Onze bewondering stijgt, als wij waarnemen, dat de kaart van Brabant
niet alleen de tegenwoordige Belgische provincie Brabant omvat,
maar ook de provincies Antwerpen en Limburg en de Nederlandsche
provincie Noord-Brabant, in één woord het geheele gebied omsloten
door de Schelde en Sambre in het Zuiden en Westen en door de
Maas van Namen over Maastricht en Grave naar Heusden. De
kaart van Holland omvat ook de provincie Utrecht, de kaart van
Gelderland ook weer Utrecht en Overijsel, en de kaart van
Friesland ook Groningen, Drente en Overijsel. Praktisch is dus het
grootste deel van de 17 Nederlandsche gewesten door Van Deventer
voor de eerste maal in overzichtelijke kaarten weergegeven. Ongeveer
terzelfder tijd was het Graafschap Vlaanderen door den beroemden
Gerard Mercator in kaart gebrachten de gebroeders Surhon ver
vaardigden kaarten van Artois, Henegouwen, Namen en Luxemburg.
Hiermede bestond de grondslag voor één overzichtskaart van de
17 Nederlandsche gewesten. Inderdaad werd zulk een kaart door
Van Deventer gemaakt2). Zeer waarschijnlijk heeft deze kaart als
Ten onrechte wordt in FREDERIK MULLERS reproductieuitgave ook Tramezini's
kaart van Vlaanderen op naam van VAN DEVENTER gesteld, welke vergissing later
door anderen is overgenomen. (Vgl. blz. 24, noot 1 en 2).
2) In 1552 leverde hij aan het stadsbestuur van Antwerpen „een caerte van
alle de landen van herwaertsovere, met oock alle de frontieren van dezelve landen,"
(Antwerpen, stadsarchief, tresory, no. 1213, fol. 161).