86
Berichten.
87
Algemeen.
Internationale archiefcommissies. - Door het Institut inter
national de cooperation intellectuelle is een comité d'experts archivistes
benoemd, waarin voor ons vaderland zitting heeft prof. mr. R. FRUIN. Dit comité heeft
voor de eerste maal 19 en 20 December 1931 onder leiding van den heer CASANOVA
(Italië) vergaderd.
Door het Comité international des sciences historiques is in de plaats van wijlen
prof. DES MAREZ als voorzitter der commission des archives aangewezen
prof mr. R. FRUIN. Wij kunnen nog hieraan toevoegen, dat de algemeene vergadering
van genoemd Comité en de verschillende commissies dit jaar in ons land, en wel op
Maandag 4 Juli en volgende dagen te 's-Cravenhage, zal worden
gehouden.
Staatsbegrooting voor 193 2. Bij art. 162 (Personeelsuitgaven voor
de Rijksarchieven) staat in de Memorie van Toelichting voor de Tweede Kamer het
volgende vermeld: „Gerekend is op de bevordering van twee commiezen tot
hoofdcommies resp. met ingang van 1 lanuari 1932 en 1 Maart 1932, en van
een adjunctcommies tot commies met ingang van 1 lanuari 1932."
De begrooting is in de vergadering van de Tweede Kamer op 18 December l.l.
aangenomen.
Examens archiefambtenaar. Voor het diploma van wetenschappelijk
archiefambtenaar zijn geslaagd de Heeren Dr. W. M. BUCH te Maastricht, Mr. A.
VAN DER Minne te Amsterdam en Mr. J. BEIJERMAN te Utrecht; voor dat van
wetenschappelijk archiefambtenaar der tweede klasse is geslaagd Mej. L, G. RllYS,
te 's-Gravenhage.
Rijksarchieven.
Algemeen Rijksarchief. - Met ingang van 1 Januari 1932 is aan den
heer J. K. BONDAM eervol ontslag verleend als hoofdcommies bij het Algemeen Rijks
archief. Na eerst geruimen tijd bij het onderwijs te zijn werkzaam geweest, voelde de
heer BONDAM zich aangetrokken tot het archiefwerk. Op 1 October 1900 aangesteld
tot klerk bij het Algemeen Rijksarchief, volgden achtereenvolgens zijn benoeming tot
adjunct-commies op 1 Juni 1902, die tot commies op 1 April 1913 en eindelijk die
tot hoofdcommies op 1 April 1918, steeds bij het Algemeen Rijksarchief. Zoo is hij
gaan behooren tot een der oudste ambtenaren aan die inrichting verbonden. De onder
vinding, gedurende deze lange reeks van jaren door hem opgedaan, maakte hem in
vele gevallen tot een vraagbaak voor de overige ambtenaren en ook voor hen, die
onderzoekingen kwamen instellen. Het zou niet in zijn geest zijn om hier breedvoerig
uit te weiden over zijn verdiensten, over de toewijding, nauwkeurigheid en zorgvuldigheid,
waarmede hij zijn ambtstaak verrichtte, en evenmin over de groote bereidwilligheid en
hulpvaardigheid, die hij betoonde tegenover allen die daarop een beroep kwamen doen.
Zijn heengaan zal een ledige plaats achterlaten, en door velen betreurd worden, vooral
wel door hen, die onmiddellijk met hem werkzaam waren. Dit zal hem gebleken zijn
door de wijze, waarop men op 31 December van hem afscheid heeft genomen. Bij het
bereiken van den daarvoor gestelden leeftijd, meende hij zijn ambtelijke werkzaamheden
ten nutte van de gemeenschap te moeten beeindigen. In de lange reeks van jaren
van rust, die hem gegund moge zijn, mag hij met voldoening terug zien op wat achter
hem ligt. C. D. E.
Tot tijdelijk klerk (bibliothecaris) is benoemd de heer j. A. BeTTINK, te Amsterdam.
Rijksarchief in Gelderland. - De heer H. L„ DR1ESSEN is met ingang
van 1 November bevorderd tot hoofdcommies.
Gemeente- en Waterschapsarchieven.
Inrichting archiefbewaarplaatsen. In de door de Vereeniging
voor Nederlandsche Gemeenten ingestelde Archiefcommissie, welke tot doel heeft de
bestudeering en behandeling van verschillende aangelegenheden rakende de verzorging
der gemeente-archieven, is o.m. ook in behandeling genomen het vraagstuk betreffende
de bescherming van de archieven tegen brand en brandgevaar. Als resultaat hiervan
zijn maatregelen opgesteld, welke bij circulaire van 19 Januari 1931, no. 15842, afd. BB,
door den Minister van Binnenlandsche Zaken en Landbouw ter kennis zijn gebracht
van de gemeentebesturen.1) De vraag is evenwel gerezen, of deze aanwijzingen vol
doende zijn ter voorlichting van de gemeentebesturen en of met deze aanwijzingen
wel de noodige waarborgen zouden zijn te verkrijgen, dat in de toekomst archief
bewaarplaatsen worden ingericht, die aan al de daarvoor te stellen eischen voldoen.
Deze vraag is door de commissie ontkennend beantwoord. De noodzakelijkheid is
ingezien, dat door een commissie van deskundigen algemeene regels worden opgesteld,
in acht te nemen bij de inrichting van archiefbewaarplaatsen, opdat het mogelijk zoude
zijn voor deze inrichting zekere minimum eischen vast te stellen. In verband hiermede
is ingesteld een commissie als hiervoor bedoeld, waarin onder Voorzitterschap van
den heer Mr. A. |ONKER, Directeur der Vereeniging zitting zullen hebben
als bouwkundige de heer Ir. B. A. VERHEY te Amersfoort;
als deskundige op het gebied van ventilatie, verwarming, enz. de heer Ir. F. G.
UNGER te Amersfoort;
als deskundige op het gebied van de brandweer, de heer Ir. E. V. VAN DER 1 AS
te Rotterdam
als provinciaal inspecteur der gemeente-archieven de heer JhrMr. I H. V. RHEINECK
LEYSSIUS te Voorburg;
als vertegenwoordiger der Vereeniging, om het gemeentelijk element in de
commissie te doen vertegenwoordigen, de heer P. NOORDENBOS, Directeur van het
Registratuurbureau der Vereeniging. P- N.
Waterschap Hunsingo te Onderdendam. Eerst na afsluiting
der vorige aflevering bereikte ons het bericht, dat de Archivaris van dit waterschap
de Heer P. H. MEEKHOFF DOORNBOSCH is overleden.
Raadpleging van archieven.
Instituut voor geschiedkundig en kunsthistorisch onder
zoek te Rome. Bij kon. besluit van 5 November is in vasten dienst aangesteld
tot geschiedkundig medewerker bij het Nederlandsch Instituut voor geschiedkundig en
kunsthistorisch onderzoek te Rome dr. R. R. POST, thans tijdelijk als zoodanig werkzaam,
en is hem de persoonlijke titel van secretaris bij dit instituut toegekend.
Verzending van archiefstukken. - In aansluiting van het )g. 1923/1924
blz. 110 medegedeelde vermelden wij, dat thans ook de te Amsterdam gevestigde
Economisch-historische Bibliotheek van de Ver. „Het Neder
landsch Economisch Historisch Archief en de Bibliotheek van
de R. K. Hoogere Handelshoogeschool te Tilburg door den Minister
van O., K. en W. zijn aangewezen als instellingen, in welke stukken uit onder de
Archiefwet vallende archieven desgewenscht ter raadpleging moeten worden gegeven.
Zie Ned. Archievenblad 1930—1931, blz150 vlg.