10 archivarissen. Toen hij meende, dat die niet voldoende behartigd werden door de Vereeniging van Archivarissen, heeft hij het initiatief genomen tot het oprichten van eene vereeniging van gemeente archivarissen. Echter was zijne liefde voor de oude vereeniging groot genoeg, om, toen hij bemerkte, hoezeer mr. Muller vreesde, dat door de nieuwe vereeniging onherstelbaar nadeel aan de oude zou worden toegebracht, mede te werken tot de opheffing der nieuwe vereeniging en tot hare vervanging door de oprichting binnen onze oude ver eeniging van eene afdeeling voor de gemeentearchivarissen. Voor de archieven, over welke hij gesteld was en die hij in uitnemende inventarissen beschreef, had hij groote liefde, zoo zelfs, dat hij - want iedereen heeft les défauts de ses gualités - moeilijk afstand kon doen van een eens door hem verworven stuk, zelfs al behoorde het beslist elders thuis, tenzij dan tegen een zeker aequivalent. Bij de van de Clezerie afkomstige archieven heb ik daardoor zelfs ernstige moeilijkheden met hem gehad. Ook de materieele zorg der archieven had zijne belangstelling. Wie herinnert zich niet de door hem opgestelde voorwaarden, waar onder alleen archivalia naar eene tentoonstelling mogen worden uit geleend? Het is daarom maar gelukkig, dat hij het niet meer heeft beleefd, dat tengevolge van een voorschrift, dat indertijd door hem gegeven was juist om het gevaar voor overstrooming af te weren, het Leidsche gemeentearchief voor een belangrijk deel is ondergeloopen en waterschade heeft geleden. In schrille tegenstelling tot Overvoorde, wiens gestel reeds sinds lang door ziekte ondermijnd was, zoodat zijn heengaan zeker niet onverwacht kwam, is mejuffrouw De Gelder nog in volle levenskracht aan haar werk ontrukt. Zij was geen lid onzer Vereeniging en daar om wellicht bij velen Uwer onbekend; maar de ambtenaren en de bezoekers van het Algemeen Rijksarchief zullen haar en hare altijd even welwillende hulpvaardigheid niet licht vergeten. Zij had eene opleiding genoten als bibliothecaresse en was dan ook met de zorg voor de bibliotheek van het Algemeen Rijksarchief belast. Zij heeft de bibliotheek geheel geordend en had de catalogiseering er van volgens de nieuwe beginselen der bibliotheekleer nagenoeg voltooid, toen een noodlottig toeval een auto-ongeluk een einde aan haar leven maakte. Gelukkig wie in de kracht van het leven heengaat, zonder de verzwakking zijner geestvermogens te beleven. Dat gevoelen zullen zeker de weinigen Uwer beamen, die den oud-archivaris der gemeenten Middelburg en Delft, den oud-chartermeester van het Rijksarchief in zeeland M. H. van Visvliet hebben gekend. Toen hij in het laatst 11 afgeloopen jaar stierf, was zijn geest reeds lang verduisterd. Zijn dood was voor niemand en zeker niet voor hem zelf een verlies. Ik heb hem nog in zijn goeden tijd gekend en kan dus-beter dan vele anderen getuigen, hoe goed zijn oorspronkelijke aanleg was, en hoeveel door zijne geestesziekte verloren is gegaan. Dit wat de verliezen betreft, die de dood ons berokkend heeft daarnaast moge hier er aan herinnerd worden, dat de heer Acquoy aan zijn reeds vroeger aangekondigd voornemen om zijn ambt als gemeentearchivaris van Deventer neer te leggen heeft gevolg gegeven. Bij zijn aftreden is hij naar verdiensten gehuldigd en, gelijk te verwachten was, is de heer B. van 't Hoff, die reeds gemeentebibliothecaris was, hem opgevolgd. Ook in de vacature-GiMBERO, aan welke ik reeds verleden jaar herinnerde, is voorzienmejuffrouw Smelt moge een aangenamen werkkring te Zutphen vinden; het archief is belangrijk en er is nog veel aan te doen. In de plaats van den heer Hazewinkel, die naar Rotterdam ging, is de heer Van Campen te Utrecht gekomen, wiens plaats bij het provinciaal archief en bij de provinciale inspectie van Overijsel door den heer Formsma ingenomen is. Te Rotterdam is het lid onzer Vereeniging mejuffrouw dr. Kersbergen aan het personeel toegevoegd. Ons medelid Asberg is afgetreden als secretarieambtenaar, belast met de zorg voor het gemeentearchief te Bergen op Zoom helaas, is in zijne plaats een outsider, die op archiefgebied een volkomen onbekende is, aangesteld. Ook de nieuwe archivaris van Hulst, de heer Adriaanse, is een homo novus op archiefgebied; maar hij heeft zijne benoeming naast zijne groote belangstelling voor het archief zijner woonplaats te danken aan de aanbeveling van collega Meerkamp van Embden, en dat is ons eene reden om hem een hartelijk welkom in onzen kring toe te roepen. Ons medelid Hartmans heeft eene be noeming aan het Amsterdamsche gemeentearchief aanvaard, terwijl ons medelid Smit, die tot dusverre aan het Algemeene Rijksarchief in hoofdzaak als photograaf werkzaam was, thans een zijner meer waardigen werkkring gevonden heeft; hij is bij de tweede afdeeling (de Rijksarchieven na I796) aangesteld. Nog altijd niet voorzien is in de vacature, ontstaan door het overlijden van onzen Delftschen collega Bouricius. Het schijnt wel, dat het gemeentebestuur van Delft ai zijne energie en alle beschik bare gelden besteedt om de verzameling ethnographica, die nog uit den tijd stamt, toen te Delft de Indische inrichting bestond, waar jongelieden voor den dienst als rechterlijk en burgelijk ambtenaar in Nederlandsch-Indië werden opgeleid, behoorlijk te verzorgen en daarbij het gemeentelijk archief ten eenenmale achterstelt. Nochtans schijnt

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1931 | | pagina 11