-e^Matvt'rrtfhS£^^rrdis-pennin9-
26
Dr. C. R. Vermaas, Penningmeester (1930).
Plaatsvervangend lid Mej. R. Visscher.
Vertegenwoordiger uit het Hoofdbestuur: Dr. E. Wiersum.
Afgevaardigde in de Centrale
Mr. A. Ie Cosquino de Bussy.
Verslag van de elfde afdeelingsvergadering op 5 October
1^9 in „De Hoofdwacht" te Haarlem.
Aanwezig 12 leden.
De voorzitter, Dr. W. Moll, opende om halfelf de vergadering en
gaf daarna een overzicht der gebeurtenissen in het afgeloopen ver-
emgingsiaar 1928- 29. De penningmeester bracht vervolgens het
finant.ee] verslag uit over 1928-'29 en werd gedechargeerd
Hierna waren de reglementswijzigingen aan de orde, zooals zij ter
1928S'29 uTdf aMOWnen Neder/™dsche Archievenblad,
1928 - 29, bl. 148 en 149. De invoeging van het woord „materiëele"
m art. 1 werd met 9 tot 3 stemmen aangenomen. De voorstemmenden
waren van meen.ng dat de afdeeling hiertoe verplicht was als gevolg
van hetgeen op de Algemeene vergadering, 29 September 1928
1928r- PT m Io ^eS'0ten W3S' Zie Nederlandseh Archievenblad,
1928 29, bl. 3 ev. Op voorstel van Dr. H. P. Coster werd met in
stemming van alle aanwezigen besloten, dat de secretaris in den brief
sWena i'n N 8 7^ entsverf"de™3en aan de Vereeniging van Archivaris^
sen in Nederland zou melden, zou te kennen geven, dat de afdeeling
noodgedrongen tot de invoeging van het woord „materiëele" was
overgegaan, maar deze verandering ten zeerste betreurt. Artikel 1
gaf aanleiding tot veel discussie, terwijl de andere wijzigingen alle
met algemeene stemmen werden aangenomen. Een voorstel van den
Heer N. J. M Dresch om het eerste lid van art. 5 te laten vervallen
vond geen bijval. De laatste alina van art. 8 verviel en hiervoor in de
plaats kwam een meuw artikel 16. Het veranderde reglement is hier
voor blz. 22 in zijn geheel afgedrukt.
door Mr. A.le Cosquino uE Bussy, tetwiil D,. W. MollenDr CR.Termaas
be.de aftredend, herkozen werden en Dr.W. Moll als voorzitter op
nieuw werd aangewezen. Tevens werd Mej. R. Visscher als plaats
vervaugend |id. Dr. W. Moll als vertegenwoordiger in he. Bestuur del
Vereeniging van Arch.varnssen in Nederland en Mr. A. le Cosquino de Bussy
als afgevaardigde in de Centrale aangewezen.
27
Ten slotte gaf de secretaris, een overzicht van de antwoorden,
welke ingekomen waren op de „Vragenlijst". Na deze voorlezing
merkte de Heer N. J. M. Dresch op, dat het niet op den weg lag van
onze afdeelingom een salaris-actie ter hand te nemen, maar dat zulks
overgelaten moet worden aan de bonden van gemeente-ambtenaren
en aan de bemoeiingen van den archivaris. De aanwezigen gaven te
kennen, dat aan het bestuur de beslissing zal staan, hoe in dezen
verder te handelen.
Na de rondvraag sloot de voorzitter de vergadering.
NIET-OFFICIEEL GEDEELTE.
De taak van den archivaris.
De rede, in de Algemeene Vergadering van de Maatschappij van
Nederlandsche Letterkunde te Leiden, werd dit jaar gehouden door
onzen oud-collega Dr. H. E. van Gelder. Die rede is getiteld:
Beoefening van de plaatselijke historie, en, zooals ook
was te verwachten, heeft Dr. van Gelder gelegenheid gevonden daarin
met enkele woorden aan te duiden, wat zijns inziens de taak van den
archivaris in dezen dient te zijn. De zaak is van groot belang voor
ons vak, en ik heb dan ook gemeend goed te doen door, nu onlangs
de rede in druk is verschenen, den lezers van ons blad, en in het
algemeen onzen vakgenooten, de meening van Dr. van Gelder in
dezen nader te doen kennen, en daaraan een enkele beschouwing
mijnerzijds toe te voegen.
Tot goed verstand van zaken volgt hier eerst uit de Handelingen
van de Maatschappij der Ned. Letterkunde 1928/1929, blz. 33, letter
lijk de passus uit Dr. van Gelder's rede, die hier vooral van belang is:
„Heb ik hiermede op het groote belang der plaatselijke geschied
beoefening gewezen, dan moet het mij van het hart, dat, ondanks het
feit, dat de belangstelling voor onze plaatselijke historie in het alge
meen groeiende is, aan hare beoefening te zelden de leiding gegeven
wordt, die haar zou kunnen opvoeren boven het niveau van een wel
willend dilettantisme, dat meestal door de boomen het bosch niet ziet.
Als een zeer belangrijke2) factor zie ik het daarbij, dat de zoo
L Bedoelde Vragenlijst is met een uitvoerige Circulaire in December 1928 aan de
leden van de Afdeeling toegezonden als gevolg van hetgeen in de Alg. Vergadering
en de daaraan voorafgegane Afdeelingsvergadering te Arnhem in September 1928 in
verband met de Reglementswijziging werd besloten. Circulaire en Vragenlijst
zullen door den Redacteur desgewenscht gaarne aan belang
stellenden ter inzage worden gezonden.
2) De spatieering is van ons (L. L.).