Artikel 9.
87
86
De Rijksarchiefbewaarplaatsen in de hoofdplaatsen van de provinciën
zi|'n bestemd tot bewaring van de archieven der voormalige provinciale
en departementale besturen en van de tegenwoordige provinciale
besturen, voor zoover die archieven naar eene Rijksarchiefbewaarplaats
worden overgebracht.
Artikel 10.
Bij algemeenen maatregel van bestuur wordt bepaald, welke
andere archieven, die naar de Rijksarchiefbewaarplaatsen zijn of zullen
worden overgebracht, behalve de in artikelen 8 en 9 genoemde, in
elke der Rijksarchiefbewaarplaatsen bewaard zullen worden.
Artikel 11
De archieven der Hooge Colleges van Staat, dagteekenende van
vóór een tijdstip, telkens voor elk daarvan door Ons, op voordracht
van Onzen Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen, in
overleg met het betrokken college, te bepalen, worden naar de
Algemeëne Rijksarchiefbewaarplaats overgebracht.
Voor andere besturen (colleges of personen) zal telkens door Ons
op gemeenschappelijke voordracht van den daarbij betrokken Minister
en van Onzen Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen,
voor zooveel de archieven van de provinciale besturen na 1813 betreft,
in overleg met het betrokken bestuur, worden vastgesteld, welke ge
deelten hunner archieven naar genoemde Algemeene bewaarplaats of
naar de Rijksarchiefbewaarplaatsen in de provinciale hoofdplaatsen
zullen worden overgebracht.
In geval van oprichting van bewaarplaatsen, als bedoeld in art. 7,
wordt telkens door Ons aangewezen, welke archieven daarin geplaatst
zullen worden.
Artikel 1lb/s.
Wanneer ter uitvoering van artikel 11 van deze wet een gedeelte
van de op de griffies van de arrondissements-rechtbanken berustende
registers van den Burgerlijken Stand in de Rijksarchiefbewaarplaatsen
is overgebracht, dan zijn de beheerders van die bewaarplaatsen de
bewaarders van die registers in den zin van den derden titel van het
eerste boek van het Burgerlijk Wetboek en zijn ten aanzien van die
registers deze beheerders, in de plaats van de griffiers, belast met
het doen der door de wet voorgeschreven kantmeldingen.
Artikel 12.
Gedeputeerde Staten zijn verplicht zorg te dragen voor de
provinciale archieven, voor zoover zij niet overgebracht zijn in de
Rijksarchiefbewaarplaatsen.
Artikel 13.
In den dienst der Rijksarchieven zijn, onder de bevelen van den
Minister van Onderwijs Kunsten en Wetenschappen, door Ons of van
Onzentwege te benoemen ambtenaren werkzaam.
De inrichting van den dienst wordt door Ons vastgesteld, in dier
voege, dat aan elke Rijksarchiefbewaarplaats ten minste één weten
schappelijk ambtenaar, als in artikel 3 bedoeld, verbonden worde.
TITEL lil.
Van de Gemeentearchieven.
Artikel 14.
Burgemeester en Wethouders zijn verplicht zorg te dragen voor
de gemeentearchieven.
Artikel 15.
Het gedeelte der gemeentearchieven, dat dagteekent van voor
1813, wordt naar eene door het gemeentebestuur daartoe bestemde
archiefbewaarplaats overgebracht. Burgemeester en Wethouders zijn
bevoegd te bepalen, welk ander gedeelte van de gemeentearchieven
naar die gemeentelijke bewaarplaats zal worden overgebracht.
De in die bewaarplaats overgebrachte archieven worden beheerd
door een archivaris, die wetenschappelijke ambtenaar is in den zin
van artikel 3 van deze wet, of, zoo geen zoodanige archivaris mocht
zijn benoemd, door den Secretaris.
Het tweede lid van artikel 103 der Gemeentewet vervalt.
Onze Minister van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen is
bevoegd machtiging te verleenen tot het aanstellen van een archivaris,
die niet voldoet aan de eischen, bedoeld in artikel 3.
De archivaris wordt door den Raad, die eene aanbeveling zoo
mogelijk van twee personen, door Burgemeester en Wethouders in te
dienen, ontvangt, benoemd, geschorst en ontslagen. De tweede
alinea van artikel 95 der Gemeentewet is hierbij van toepassing.
Artikel 16.
Het toezicht op de behoorlijke uitoefening der in artikel 14 aan
Burgemeester en Wethouders opgedragen zorg wordt door Gedepu
teerde Staten uitgeoefend overeenkomstig bij algemeenen maatregel
van bestuur te stellen regelen.
Artikel 17.
De kosten van de uitoefening der in artikel 14 bedoelde zorg
komen ten laste van de gemeente.