28 en kunnen zij thans met meer vrucht worden geraadpleegd. Den heer Overvoorde breng ik dan ook gaarne een woord van lof voor zijn voortreffelijk en nuttig werk, hetwelk ongetwijfeld zijn naam in lengte van jaren aan Leidens archief zal verbinden. Het is opmerkelijk, dat er in den laatsten tijd bij de gemeente besturen toenemende belangstelling bestaat voor de verzorging der archieven. Den Haag heeft een nieuw, ruim archiefgebouw gekregen, te Alkmaar werd de archiefdienst ondergebracht in een der fraaiste patriciërshuizen der stad, terwijl de Gemeenteraad van Amsterdam een aanzienlijk crediet toestond voor de vergrooting van het archief gebouw aan den Amsteldijk. Het is te hopen, dat andere gemeenten weldra zullen volgen, daar er op het gebied van archiefverzorging door gemeenten in den lande nog veel te doen valt. Het bestuur der afdeeling heeft zich o.a. bezig gehouden met de toestanden aan het zoo belangrijke archief der gemeente Bergen op Zoom. Aan den Raad dier gemeente werd een adres verzonden, houdende het verzoek daarin verbetering te willen brengen en de positie van den gemeentearchivaris aldaar anders te willen regelen dan totdusver geschied is. N. J. M. Dresch. NIET-OFFICIEEL GEDEELTE. IN MEMORIAM. Dr.J.HUGES. Dr. Jan Huges is van ons heengegaan Na een lang, smartelijk lijden is hij ons ontvallen, vrijwel als gewoonlijk voor velen nog onverwacht. Langzaam sloopte een ongeneeslijke ziekte zijn eens zoo krachtig lichaam Geboren te Groningen den 1 1 November 1873 en na zijne studie in de Nederlansche letteren aldaar te hebben voltooid, zocht en kreeg hij plaatsing bij het Middelbaar Onderwijs. Achtereenvolgens was hij werkzaam aan de Hoogere Burger scholen te Leeuwarden, Groningen en Sappemeer. In 1906 werd hij benoemd tot leeraar aan de Rijks Hoogere Burgerschool te Gouda en het was in deze stad dat hij de kroon op zijne studie zette door op 1 September 1909 aan de Universiteit zijner geboortestad te promoveeren tot Doctor in de Nederlandsche 29 letteren op eene dissertatie getiteld Het /even en bedrijf van Mr. franchois Vranck ('s Hage, Martinus Niihoff 1909). De studie ten behoeve van deze dissertatie in het Goudsche archief gemaakt, heeft blijkbaar zijn speurzin aangewakkerd, want reeds in 1910 verschijnt opnieuw een studie van zijn hand, n.l. Een Uoudsch Vredesplan van 1588 en nog iets over Mr. Franchois Vranck (Bijdragen 1910, pag. 157 e.v.). In I91 I verliet Dr. L. A. Kesper de bekende Goudsche ge meente-archivaris, wiens overlijden wij nog zoo kort geleden ook in dit blad memoreerden - metterwoon Gouda en werd Dr. Huges door het gemeentebestuur in zijn plaats gesteld. Veel en velerlei is de arbied geweest, die hij in deze functie verrichtte. Ondanks de ernstige krankheid, die hem - vooral de laatste jaren vóór zijn ontslag teisterde, was het zijn ijzeren wil, die hem steeds en arbeid, dien hem zoo lief was, met groote ambitie en toewijding deed verrichten. Behalve dat hij een summieren inventaris van het archief der beide (het St. Catharine- en het St. Elizabeth-) gasthuizen te Gouda samen stelde (Gouda J. van Bentum en Zn. 1912) en het archief van de St. Janskerk aldaar, dateerende van na de Hervorming, beschreef (Gouda, J. van Bentum en Zn., 1913), verschenen van zijn hand diverse artikelen, onder meer in de Navorscher en Oud-Holland. Zoolang het hem maar eenigszins mogelijk was vervulde hij zijn taak In 1921 nam hij, daartoe noode gedwongen door zijn lichamelijke gesteldheid, ontslag als archivaris. Zijn taak als leeraar bleef hij nog tot het voorjaar 1924 waarnemen, maar toen dwong zijn krankheid hem in deze functie ziekteverlof te verzoeken. Zijn ongesteldheid nam evenwel hand over hand toe en einde 1924 vroeg en kreeg hij eervol ontslag als leeraar. Kort daarop verliet hij Uouda, om zich te Hilversum te vestigen. Op 16 September 1926 verwisselde hij daar het tijdelijke met het eeuwige. Wederom is dus één van hen, die een sieraad waren van de archivarissen in Nederland, zijn familie, vrienden en bekenden ontvallen! Vroeg te vroeg nam dit werkzame leven een einde!! Moge evenwel zijn nagedachtenis voort blijven leven bij hen, die hem leerden kennen en waardeeren; moge de herinnering aan zijn werken en streven hen een troost zijn Hij ruste in vrede I G. J. J. Pot.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1927 | | pagina 20