18 Minister geschreven om dat voorstel te bestrijden. Hij vreesde voor overvoering van de markt der wetenschap, voor een te sterke repro ductie der grondstoffen, waarvoor geene bewerkers genoeg aanwezig waren; hij wees op de provinciale genootschappen, die een soort gelijk doel, als eventueel de Commissie zich zou stellen, nastreefden, op het particulier initiatief van mannen als Groen, De Jonge, M. L. van Deventer, Lodewijk Mulder, die zonder moeite uitgevers konden vinden; hij wees op de groote en toenemende kosten, die zulk eene commissie veroorzaken zouhij vreesde voor monopoliseering der archieven door de Commissie en hare medewerkers, en wanneer de Commissie zich tot toezicht op de door anderen ondernomen uitgaven beperkte, dan voorzag hij op het door zulk eene „jury" uitgesproken oordeel vele aanmerkingen van teleurgestelden en onte vredenen. Laisser faire was zijne leus. Thans nu de Commissie er is en sinds jaren werkt, komen deze bezwaren wel wat gezocht voor. In elk geval heeft de vrees van Bakhuizen van den Brink zich niet verwezenlijkt, en de instelling der Commissie en haar arbeid zijn ongetwijfeld niet slechts de historiographie, maar ook de belangstelling in onze archieven ten goede gekomen. Gelijk te verwachten was, is bij de vergelijking tusschen de tijden van Bakhuizen van den Brink en de tegenwoordige licht en schaduw over beide beelden verdeeld. In het algemeen moge de toestand thans beter zijn, de oude onverschilligheid van velen is nog niet overwonnen, en er is allerminst reden om, gezien de behaalde resultaten, in onzen arbeid te verslappen. R. FRUIN. Voorwaarden voor de uitleening van archiefstukken naar tentoonstellingen, zooals die zijn vastgesteld op de Algemeene Vergadering van de Vereeniging van Archivarissen in Nederland op 25 September 1926. a. Dat de lokaliteit, waarin de tentoonstelling gehouden wordt, in het algemeen voldoende waarborgen oplevert tegen inbraak en brandgevaar en dat, indien deze lokaliteit er niet een is, doorgaans bestemd voor de bewaring of tentoonstelling van openbare ver zamelingen van wetenschap of kunst, volgens verklaring van het hoofd der plaatselijke brandweer de noodige maatregelen zijn genomen ter voorkoming en beteugeling van brand; b. dat, tenzij de tentoonstelling gehouden wordt onder onmiddellijk toezicht van den beheerder eener openbare verzameling van 19 wetenschap of kunst, door het bestuur der tentoonstelling uit zijn midden iemand worde aangewezen, die in het bijzonder belast wordt met het toezicht op de naleving der bepalingen, in het belang der inzendingen gemaakt, alsmede op de ontpakking, ten toonstelling, verpakking en terugzending der ingezonden voorwerpen; c. dat de inzendingen tegen alle risico worden verzekerd voor een door den inzender te bepalen waarde; dat de voorwerpen zooveel mogelijk in vitrines of achter glas worden tentoongesteld en zoodanig, dat gevaar voor aantasten door het licht is uitgesloten. Van de tentoonstelling in vitrines of achter glas mag alleen worden afgeweken na voorafgaande toe stemming van den inzender; e. dat de verpakking, verzending en terugzending geschieden op kosten der tentoonstelling en volgens de daarbij door den inzender gegeven voorschriften en desgewenscht onder persoonlijk toezicht van den inzender of zijn gemachtigde dat aan den inzender of zijn gemachtigde op de uren, waarop de tentoonstelling geopend is, kosteloos toegang wordt verleend tot de door hem ingezonden voorwerpen; g. dat voor andere inzendingen dan archiefstukken, voor zooverre eze met van bijzondere waarde en gemakkelijk vervangbaar zijn, afwijkingen van deze bepalingen kunnen worden toegelaten; dat onder ^zender is te verstaan de beheerder van de verzameling, waaruit de inzending is geschied. Afdeeling van Rijksarchiefambtenaren. 1 December 1926. Mr. R. Bijlsma, Voorzitter (1927). Mej. Dr. S. W. A Drossaers, Secretaresse, (1928). J. Geesink, Penningmeester (1927). Plaatsvervangende leden: Dr. P. A. Meilink; A. 't Hart. Vertegenwoordiger uit het Hoofdbestuur: Jhr. Mr. D. P. M. Graswinckel. Bestuur N.B. Het jaartal achter de namen der bestuursleden geeft aan het jaar waarin zij niet herkiesbaar zijn. Afgevaardigde in de Centrale: A. 't Hart.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1927 | | pagina 15