82 Ik begon met het archief van den hertog van Alva. De archivaris Paz Y Milia gaf mij de gelegenheid ook des Zondags te werken. Ik vond hier o.a. a. een rapport over de beteekenis van de visscherij en handel van Holland, dat blijkens den inhoud een fragment vormde (zonder jaartal) b. een brief, waarin Willem van Oranie een som gelds belooft voor 't dooden van Alva (de brief is gedateerd Wytthen 5 Oct. 1568). c. diverse stukken betreffende den tachtigjarigen oorlog in de jaren 1569—1571. d. diverse stukken uit het jaar 1573. De tweede plaats, die ik op deze reis in Spanje nog bezoeken kon was Simancas, een gehucht met het bekende kasteel op enkele K.M. van Valladolid gelegen. Valladolid met 't paleis, waarin Philips ii geboren was, Simancas waar een Montigny is omgebracht. Men kan begrijpen, welke gedachten bij mij opkwamen, toen mijne vrouw en ik den straatweg van Valladolid naar Simancas opgingen. Eindelijk verrees het kasteel met zijn zware torens en zwaar muurwerk voor ons. Met dankbaarheid maakten wij gebruik van de uitnoodiging van den archivaris om het kasteel te zien, waarbij ons ook het vertrek getoond werd, waar Montigny gevangen had gezeten. Hierop toog ik aan den arbeid. Tal van stukken werden door mij gevonden, welke van belang waren voor de geschiedenis voor de HoIIandsche scheep vaart en handel. a. diverse stukken uit de jaren 1597—1612, hoofdzakelijk rap porten van de gezanten der Hanze-steden KampfErbeck en Butgens over den omvang van den handel der Hollanders en de schade, welke daardoor de Hanze-steden leden, 't Bleek mij, dat 't door mij in 't archief van Alva gevonden rapport deel uitmaakte van deze rapporten. In deze rapporten wordt verklaard, dat in 1598 de Hollanders een drukke scheepvaart hadden o.a. op Brazilië, Rio de Plata, Java maior en Java minor. b. diverse stukken uit de jaren 1579—1609, hoofdzakelijk be trekking hebbende op de verhouding van de Hanze-steden tot Spanje, maar toch ook voor onze handelsgeschiedenis van belang. Aangezien een deel van de Spaansche archieven in der tijd door Napoleon naar Parijs was gebracht, kon een bezoek aan de Archives Nacionales te Parijs beschouwd worden als een inherent deel van een reis naar de Spaansche archieven. Door de onwelwillende houding van het personeel van het 83 Fransche archief, kon ik hier niet zooveel arbeid verrichten als ik gedacht had. Voor onze handelsgeschiedenis waren van belang a. diverse stukken uit de jaren 1577/1578 en 1579, behelzende mededeelingen van den Spaanschen gezant Juan de Vargas over plannen van Willem van Oranie om de Spanjaarden in West-lndië aan te tasten. b. diverse stukken uit 't jaar 1578 betreffende den handel der Hollanders op Spanje (Sevilla). c. stukken uit 't jaar 1576 betreffende den handel der Hollanders op Portugal. d. stukken uit 't jaar 1575 over den aanvoer van levensmiddelen uit het Seinegebied in Holland. e. Stukken betreffende den lakenhandel van Middelburg op Nantes en Rouaan in 1574. Hiermede waren voor het jaar 1921 mijn nasporingen afgeloopen. Geëindigd waren zij nog niet. Nog verschillende archieven stonden op de lijst, 't Zou echter tot 1923 duren, voordat ik mijn onder zoekingen kon hervatten. E. C. G. BRÜNNER. Het niet-duurzame van fotografieën en de toekomstige foto-documentatie. Men herinnert zich ongetwijfeld de actie, die meer dan vijf-en- twintig jaar geleden gevoerd is door nu wijlen dr. M. Greshoff over de deugdelijkheid en het onderzoek van papier. Geen bezwaar had hij, terecht, tegen het gebruik van ondeugdelijk papier voor allerlei drukwerken en schrifturen, die na weinige dagen, zelfs na een paar jaren met stelligheid hun roeping vervuld hebben, maar hij, en hij niet alleen, verzette zich er tegen dat voor acten en voor publicaties van blijvende waarde, wetenschappelijke uitgaven en authentieke acten gebruikt werden papieren van een dusdanige kwaliteit, dat dit voorbestemd was na langeren of korteren tijd als van zelf vernietigd te worden en daarmede dus ook dat, wat door druk of door schrijven aan dat papier was toevertrouwd. Hij gaf ontstellende voorbeelden van het van zelf vergaan van zulke papieren; hij herinnerde er o.a. aan, dat zeer belangrijke documenten betreffende den fransch-duitschen oorlog (1870) tot stof waren vervallen. En is van deze ondeugde lijkheid der grondstof niet een bekend en tevens een berucht voor beeld de onafhankelijkheidsverklaring van 1776 van de Vereenigde Later gepubliceerd door PAZ y MlLIA in Bol. Real. Ac. Hist. LXXIX, p. 460,

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1924 | | pagina 47