236 70-jarige, die er niet tegen op had gezien, zijn krachtige schouders te leenen tot de oprichting van het Nederlandsche Openlucht museum. Zeer onder den indruk, releveerde de heer Hoefer in het kort zijn levensloop, waarbij hij naar voren bracht zijn vaderlandsliefde, en hoe hij van jong kind af als ideaal gehad had, iets te kunnen doen om het roemrijk verleden van Nederland weer te doen herleven voor het nageslacht, en dat hoewel de sprekers hem ongetwijfeld te veel eer hadden toegezwaaid,' het hem toch een voldoening was, iets te hebben mogen doen om de grootheid van Nederland, al is het dan de grootheid der monumenten, voor het nageslacht te bewaren. Th. Morren. 31 Mei 1920 overleed de oud-hoofdcommies Morren, die in Indië vertoefde met het doel de geschiedenis van Soerabaja te schrijven. Wijlen de heer Morren heeft zich voor de geschiedenis van Den Haag in hooge mate verdienstelijk gemaakt, o a. door zijn secretariaat van de vereeniging Die Haghe. Hij schreef verschillende opstellen over deze ge schiedenis, met name over Buitenrust, Zorgvliet en Rustenburg. Een reeks van jaren heeft de heer Morren de zooveel studie en tijd vereischende taak van redacteur van het Jaarboek van Die Haghe vervuld. Ook organiseerde hij enkele tentoonstellingen op het gebied der ge schiedenis van de stad zijner inwoning, o.a. een over Den Haag in de 19e eeuw. Nadat de heer Morren eervol ontslag had gevraagd en verkregen als hoofdcommies aan het Algemeen Rijks-Archief, maakte hij een reis naar West-lndië, om daar voor het Rijk archieven over te nemen. Vervolgens maakte hij een wereldreis, deed ook Indië aan met het doel van daar naar het moederland terug te keeren De duikbootoorlog en de daardoor ont stane afbreking van het scheepvaartverkeer tusschen Nederland en zijn Koloniën maakte dit echter toen onmogelijk, waarop hij zich in Indië met geschiedkundige studiën bezig hield. De heer Morren was ridder in de orde van Oranje-Nassau en in de St.-Anna-orde van Rusland, welke laatste onderscheiding hem destijds werd toegekend in verband met door hem verrichten archivarischen arbeid ten behoeve van de Russische legatie. (N. R. C. 2 Juni 1920.) Rotterdam De archivaris van Rotterdam dr. E. Wiersum heeft het goede denkbeeld gehad om het 25 jarig jubileum der aanhechting van Kralingen, Katendrecht en Charlois bij de gemeente te baat te nemen om uit de vele schatten, die het archief bergt, iets voor den dag te halen, ten einde dit in een 28 Februari geopende tentoonstelling in het mooie' gebouw aan de Mathenesserlaan onder de aandacht van belangstellenden te 237 brengen. Zij is een groot succes geworden. In de zeven dagen dat zij geopend was, is zij door niet minder dan 1901 personen bezocht. Ook de burgemeester mr. A. R. Zimmerman en de wethouder mr. S. J. L. van Aalten, voorzitter der archiefcommissie, gaven door een bezoek van hun belang stelling blijk. Een gelukkig gevolg van deze tentoonstelling is bovendien, dat vele bezoekers geschenken voor het archief hebben aangeboden of in uitzicht gesteld. V 1 a a r d i n g e n. Bij gelegenheid van de oprichting van een Vlaar- dingsche oudheidkamer en visscherijmuseunj, heeft de archivaris een ten toonstelling gehouden van oude voorwerpen, platen, teekeningen en derge lijke, betrekking hebbende op het verleden der stad. De raad van Vlaardingen heeft de bezoldiging van den gemeente archivaris bepaald op 2500 tot f 3800. Yerseke. Sedert eenigen tijd wordt te Yerseke onder leiding van den president-kerkvoogd het archief van de Ned. Herv. Kerk opnieuw geordend en geïnventariseerd. Het oudste boek dateert van 1597. Ver schillende rekeningen en andere stukken geven bijzonderheden omtrent een recht betreffende het veer op Gorishoek, dat de kerk sedert heel lang uitoefent, doch nu zonder financieel voordeel. Bij het onderzoek is een kleine gaping tusschen de archiefstukken ontdekt, die vroeger nog grooter geweest is, want voor eenigen tijd ont ving de kerkvoogdij van het bestuur van den Olsendepolder (gemeente Kruiningen) een oud rekeningenboek ten geschenke, dat aan de kerk te Yerseke had toebehoord. De kerkvoogden hebben eenige hoop, dat nog wel andere stukken te vinden zouden zijn, als verschillende families hier eens aan 't zoeken gingen. MiddelbC. 28 April 1920.) Zwolle. In tegenwoordigheid van vele genoodigden, o. w. de plaatselijke geestelijkheid, de wethouders, secretaris en gemeenteraadsleden van verschillende richtingen had de plechtige inzegening plaats van de R K O. L. „Johan Cele". De Leeszaal is genoemd naar de vermaarde onderwijs-autor'iteit, wiens leerplan omstreeks 1400 nagenoeg door geheel Europa werd nagevolgd. Dr. M. Schoenoen, rijksarchivaris en bestuurslid der Leeszaal, die het leeuwen-aandeel heeft gehad in de voorafgegane werkzaamheden (aange vangen 1917), is bereid gevonden als bibliothecaris op te treden. (Bibliotheekleven, Januari).

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1920 | | pagina 48