6 spoorde handels- en bedrijfsarchieven van elke plaats, waar een of meer openbare archiefdepöts aanwezig zijn, opneemt, ze aan een dier depóts aan te bieden"; dit denkbeeld verwerft 6 stemmen. Daarna neemt de ver gadering met op één na algemeene stemmen het voorstel aan, zooals het door Mr. Biji.sma, met wien Dr. Wiersum accoord gaat, is geamendeerd: „Onze vereeniging wende zich tot het bestuur van het Nederlandsch Economisch-historisch archief met het verzoek om, voordat het de opge spoorde handels- en bedrijfsarchieven van elke plaats, waar een of meer openbare archiefdepóts aanwezig zijn, opneemt, over de deponeering te rade te gaan met den bestuurder van een dier depóts." Omdat hij zijn voor naamste doel nu bereikt acht, neemt Dr. Wiersum zijn tweede voorstel terug. Nadat de voorzitter nog heeft medegedeeld, dat de heer Van Beresteyn, voorzitter der vereeniging „De Nederlandsche Leeuw", voor de oprichting van een Documentatiebureau op genealogisch gebied medewerking vraagt, en dat het bestuur zich zal wenden tot de Staatscommissie voor de regeling der salarissen van de rijksambtenaren, met het verzoek dat onze vereeniging evenals andere vakvereenigingen zal worden gehoord, wordt de vergadering gesloten. Toespraak van den Voorzitter. Van harte heet ik U welkom op deze vergadering, en als gewoonlijk begin ik met U een kort verslag te geven van hetgene in het afgeloopen jaar op het beperkte gebied onzer vereeniging, en ook op dat van het Neder landsche archiefwezen, mij de eer der vermelding waard is voorgekomen. Allereerst wil ik herdenken, dat ons orgaan, het Nederlandsch Archievenblad, thans zijn 25en jaargang beleeft. Het feit is wel opmerkelijk: in ons weinig talrijke corps hebben wij en dit is de hoofdzaak steeds de mannen gevonden, die het tijdschrift wilden leiden ik noem U de namen van Gratama, Fruin, Wiersum, Heerinoa. Allereerst verdienen zij een woord van hartelijken dank en welgemeende hulde; want wij weten het, het is lang niet gemakkelijk, om geregeld onder ons personen te vinden, die bereid zijn, om een onderwerp, dat behandeld moet worden, te bespreken, of, nog ernstiger, die, als er niet zulk een onderwerp aan de hand is, toch bereid zijn, om een onderwerp van belang op te zoeken en te behandelen. Maar gelukkig, de drang van den redacteur zal zeker wel eens noodig geweest zijnmaar hoe dit zij, altijd is het gelukt, zulke verdienstelijke personen in ons corps te ontdekken. Geregeld hebben Van Gelder en Coster jarenlang de lotgevallen der gemeente-archieven besprokenBrugmans heeft de bibliographie geleverd Bouricius en Meerkamp van Embden hielden de literatuur-kroniek bij. 7 En eene lange lijst van personen, levenden en dooden, hebben ons telkens verblijd door belangrijke bijdragen. Het tijdschrift bloeit en is ook buiten onzen kring bekend. Het is natuurlijk niet mogelijk, dat dit speciale vak tijdschriftje algemeen in Nederland wordt gelezenmaar het heeft toch verscheidene abonné's buiten onzen eigen kring, en dat dit zoo is, daarvoor weten wij, dat wij allereerst dankbaar moeten zijn aan onzen ijverigen redacteur. Moge zijne taak door de bereidwillige medewerking der leden steeds gemakkelijker wordenIk ben overtuigd, dat ik ook namens hem spreek, indien ik U allen daartoe nog eens opwek. Van de fata onzer Vereeniging in het afgeloopen jaar vallen twee feiten te vermelden. Allereerst de lotgevallen van de commissie, die volgens uwe opdracht de beoordeeling van een nieuw systeem van registratuur zou voorbereidendie lotgevallen zijn die van een ongeboren kind, maar ik moet ze toch vermelden. Gij herinnert U, dat in onze jaarvergadering van 1915 door mij aan de orde gesteld is de bespreking van een systeem, dat ik (niet zonder moeite) ontworpen en in het Archievenblad ge publiceerd had. Ik wilde de eventueel door ul. daartegen geopperde bezwaren trachten te weerleggen, en als mij dit gelukte, hoopte ik op uwe goedkeuring van het (al dan niet geamendeerde) systeem. De zaak gelukte echter niet goedhet debat was verward, en ten slotte maakte Mr. Fruin de opmerking, dat de vergadering nog te onvoldoende ingelicht bleek om het systeem te beoordeelen, waarmede ik mij vereenigde. In de volgende bestuursvergadering heb ik toen voorgesteld, om te trachten de voorbereiding te verbeteren door de benoeming eener commissie, die over het voorgestelde systeem zou rapporteerenMr. Fruin gaf in overweging, in die commissie ook eenige mannen der praktijk, niet-leden der Vereeni ging, op te nemen. Dit denkbeeld nam ik gaarne over, en ik stelde aan uwe vergadering van 1916 voor, het bestuur te machtigen tot het benoemen van de leden dezer commissie, hetgeen goedgekeurd werd. In onze bestuursvergadering zijn toen zes personen drie leden en drie niet-leden onzer vereeniging aangewezen, en ik heb mij daarna beijverd, om de hoofdpunten van mijn systeem te preciseeren in tien stellingen, die ik tegen de eventueele bezwaren der commissie hoopte te verdedigen. Het bestuur heeft die stellingen, die het in vraagpunten omgezet wenschte te zien, goedgekeurdMr. Fruin heeft er nog eenige bijgevoegd. Ik stelde mij voor, dat nota's, die door leden der commissie tegen of over de belangrijkste punten ingezonden konden worden, in het Archievenblad gepubliceerd zouden worden met het eindrapport der commissie, dat zou moeten concludeeren tot het aannemen van mijn (al dan niet geamendeerd) stelsel, of tot de verwerping daarvan. Daarna zou, meende ik, eene uit spraak van uwe, dan beter ingelichte vergadering over de zaak kunnen volgen. Toen ik dit werkplan bij de rondzending der vraagpunten schriftelijk

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1917 | | pagina 9