38 raamde uitgaven der vereeniging, voor haar was uitgetrokken. Door het uitbreken van den oorlog is deze post geschrapt en heeft het verzoek van de vereeniging aan het gemeentebestuur van 's Gravenhage om een jaar- lijksch subsidie van f 1500 nog tot geen resultaat geleid. Ten opzichte van het verwerven van archieven kan van een succes worden gesproken. Niet alleen in het eerste, maar ook in het nu loopende jaar zijn reeds verscheidene, voor onze economische geschiedenis hoogst be langrijke archieven geheel of gedeeltelijk verkregen, hetzij in eigendom, hetzij in bruikleen. Van deze mag in de eerste plaats worden genoemd het archief der Maatschappij van Nijverheid, dat van 1777, het jaar harer oprichting als Economische Tak der Maatschappij van Wetenschappen, tot en met het jaar 1899 tot wederopzeggens aan de vereeniging is afgestaan. Een tweede omvangrijk archief, waarop de aandacht van het bestuur werd gevestigd, is dat der heeren Loopuyt te Schiedam. Het neemt een aanvang met het jaar 1778, terwijl de stukken tot 1912 zijn afgestaan. Verder werden van de Vaderlandsche Mpij van Reederij en Koophandel, te Hoorn, verschillende koopmansboeken van het jaar harer oprichting in 1777 af ontvangen. Door den heer C. Staal, te Utrecht, werden een reeks effecten-prijscou ranten tusschen 1827—1910 tot wederopzeggens afgestaan. Deze reeks wordt door de in de verzameling Loopuyt aanwezige prijscouranten, die in 1796 beginnen, aangevuld. Van de universiteits-bibliotheek te Amster dam werd een collectie handelsboeken en handelsbrieven van E. J. Pot gieter in bruikleen ontvangen, van den heer J. IJzerman enkele papieren betreffende den handel op Oost-Indië, en van den heer C. Everts, te Amsterdam, eenige stukken betreffende de firma Van Zuylekom, Levert en Co., te Amsterdam, van 1827 en 1878. Blijkens het financieel verslag heeft het saldo over 1914 f 789 bedragen. De beide aftredende bestuursleden, de heeren Van Gelder en IJzerman, werden door de vergadering herbenoemd. In zijn slotwoord maakte de voorzitter melding van het plan van het bestuur, een Economisch-Historisch Jaarboek vanwege de vereeniging uit te geven, waarvan het eerste deel in het najaar het licht zal zien. (De Telegraaf9 Juli 1915.) Kerkelijke archieven. De algemeene synodale commissie der Ned. Herv. kerk heeft in eene tot haar gerichte aanschrijving de besturen van de Ned. Herv. kerk de zorg voor de hun toevertrouwde archieven ernstig aanbevolen. Het is haar in den laatsten tijd meer dan eens ge bleken, dat kerkelijke archiefstukken door nalatigheid van de beheerders in vreemde handen geraakt, zoo niet geheel verdwenen zijn, of door onvoorzichtigheid zonder de noodige waarborgen aan niet-kerkelijke instel- 39 lingen in bruikleen of ter bewaring zijn afgestaan, waarbij het gevaar van niet meer onbelemmerde beschikking over de stukken niet denkbeeldig is. In hare archieven, aldus de synodale commissie, bezit onze kerk een reusachtig, voor een niet gering deel nog ongeteld en ongemunt kapitaal. Allereerst moet piëteit jegens het voorgeslacht, welks kerkelijk leven in al zijne schakeeringen in deze bescheiden is nedergelegd, haar dringen om zorgvuldig voor hare archieven te waken. Daarenboven zijn vele van deze stukken voor de geschiedenis onzer kerk, ook voor die van hare rechten, van het grootste, zoowel wetenschappelijk als praktisch belang. Het spreekt dan ook als vanzelf, dat in de reglementen de zorg voor de bewaring der archieven met zoovele woorden tot de verplichtingen van eiken kerkeraad wordt gerekend. Wellicht zal de verzorging van de kerkelijke archieven in hun vollen omvang binnen eenigen tijd opzettelijk worden geregeld. In afwachting hiervan richt zich de Algemeene Synodale Com missie thans reeds tot alle besturen onzer kerk met het verzoek, zorg te dragen voor veilige bewaring en deskundige katalogiseering van de hun toevertrouwde archieven, terwijl zij hun in overweging geeft geen stukken in bruikleen of ter bewaring af te staan aan eenige niet-kerkelijke instelling, zonder daarover een hooger bestuur of den deskundige voor de kerkelijke archieven, dr. G. A. Hulsebos, te hebben geraadpleegd. NR. C., 5 Juni 1915.) Belgische archieven. De correspondent van de N. Rott. Courant te Brussel haalt in zijn schrijven van 28 Mei opgenomen in het Ochtendblad van 31 Mei uit een artikel van generaal Von Bissing, omtrent den uitslag eener inspectie van de Belgische archieven, de vol gende woorden aan: „Zeer overdreven geruchten over hun verwoesting deden de ronde, maar het is gebleken dat, afgezien van den beklagens- waardigen brand van de Leuvensche bibliotheek en van schade in eenige plaatselijke archieven, zooals het zeer kostbare van Dinant, ernstige ver liezen niet te betreuren zijn". Hij voegt daaraan toe: „Mijn persoonlijke inlichtingen luiden eenigszins minder optimistisch, maar het komt er ten slotte slechts op neer, wat men onder ernstig verlies verstaat. Het aarts bisschoppelijk archief van Mechelen blijkt door de geestelijke overheid bijtijds in veiligheid te zijn gebracht". In aansluiting bij deze citaten neme men kennis van het volgende uit de Bien public, van Gent, waarvan een uitknipsel 20 Augustus j.l. aan den redacteur van ons orgaan is toegezonden. Les actes d'état civil a Namur. On sait que chaque année, vers le Nouvel-An, les actes de l'état civil, dressés en double, sont transportés des maisons communales au tribunal de première instance de l'arrondisse- ment, pour subsister en cas de sinistre. Or, le 25 aout 1914, l'hótel de

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1915 | | pagina 25