22
welke de onderhandelingen werden gevoerd, doch de orde was dermate
verstoord, dat de herstelling daarvan noodig werd geoordeeld, voordat
aan een beschrijving kon gedacht worden, welke later zal moeten dienst
doen bij het terugbrengen der stukken naar de plaatsen waar zij eigenlijk
thuis hooren. Met ditzelfde doel is begonnen aan het maken van beschrij
vende inventarissen van andere nog bestaande Peroniaansche seriën, die
eveneens systematisch zijn ingericht zonder rekening te houden met het
herkomstbeginsel.
Summiere inventarissen werden aangelegd van de stukken betreffende
het bestuur van den keizerlijken commissaris Montecuccoli over de Itali-
aansche streken, die in het begin van 1848 door Oostenrijk opnieuw bezet
waren of nog bezet zouden wordenvan het archief der Milaneesche
Commissie van bijstand voor de emigratie uit Venetië en de provinciën,
die door Oostenrijk waren bezet (18591866); van dat der Publieke
veiligheid (1862—1876).
Talrijke stukken zijn in den loop van 1913 nog gevoegd bij reeds
globaal herstelde serieën van het archief-ViscoNTi. Met den druk der hiertoe
behoorende regesten is begonnen evenals met het herstellen der serie
„handelingen en overeenkomsten buiten het territoir"waarin worden
opgenomen de stukken, die, hoewel betrekking hebbende op de verhou
ding tot het buitenland, toch niet behooren tot de eigenlijke brievenver
zameling.
Intusschen is het eerste deel verschenen van de serie Regesten en
Inventarissen van het archief-ViscoNTi, nl. de inventaris der registers, be
werkt door Dr. Cesare Manaresi.
Een gedeelte van de zeer uitgebreide algemeene brievenverzameling van
hertog Frans Sforza is nieuw geordend volgens de verschillende bureaux,
waartoe de stukken behoorden.
Dr. Fornarese zette zijn studie voort over de lotgevallen der klooster
archieven uit de provincie Pavia.
Dr. Ferorelli herstelde het archief van S. Grata di Bergamo volgens
de oorspronkelijke signaturen en voltooide den ouden analytischen inven
taris daarvan. Een soortgelijk werk werd voor het archief van S. Chiara
Vecchia di Lodi verricht door Dr. Vittani.
De gebruikelijke uitvoerige bijlagen besluiten wederom het jaarverslag.
Archivalische Zeitschrift, herausgegeben durch das baye-
rische allgemeine Reichsarchiv in München. Neue Folge, Zwanzigster
Band. München, Theodor Ackermann, 1914.
Dr. Fr. L. von Baumann geeft een overzicht van de geschiedenis van
het Algemeen Rijksarchief te München in de eerste eeuw van zijn bestaan
(1812—1912).
23
Drs. O. Riedner en A. Mitterwieser bespreken den toestand der
Beiersche gemeentearchieven aan het einde van 1913.
Verder bevat deze aflevering een inhoudsopgave van de eerste twintig
deelen der nieuwe serie van dit tijdschrift, van de hand van J. Deml.
A. M. v. E.
Ingekomen boeken. - The financing of the Hundred Years War,
1337—1360, by Schuyler B. Terry, Londen, Constable and Co. Ltd.
1914. De schrijver heeft de stof voor zijn boek geput uit het onuit
gegeven materiaal in het Public Record Office en uit bronnenpublicaties,
met gebruikmaking van een aantal geschiedwerken. Voor zijn arbeid in
het Record Office had hij een wegwijzer in Scargill-Bird's Guide to
the Public Records en genoot hij de voorlichting van den archiefambtenaar
Mr. Hubert Hall, als schrijver over onderwerpen uit de geschiedenis
van het Engelsche belastingwezen in dezen zeer bevoegd. In de inleiding
betuigt de schrijver bovendien zijn dank aan de professoren Benjamin
Terry, van de Universiteit van Chicago, en Dr. James Willard (van de
Universiteit van Colorado).
Niederlandisches Bibliothekswesen. Eine Ubersicht in acht Aufsdtzen.
Utrecht, 1914. Deze geïllustreerde bundel is bij gelegenheid van de
Internationale tentoonstelling voor „Buchgewerbe und Graphik" (Bugra)
te Leipzig met ondersteuning van de Nederlandsche regeering uitgegeven
door de Vereeniging van Nederlandsche Bibliothecarissen, de Neder
landsche Vereeniging van bibliothecarissen en bibliotheekambtenaren en
de Centrale vereeniging voor openbare leeszalen en bibliotheken. Van
de acht opstellen handelen er zeven over verzamelingen van gedrukte
werken, het eerste, van Dr. A. Hulshof, over „Die Mittelatterlichen
Bibliotheken", welke uit handschriften hebben bestaan en welke zich
bevonden te Utrecht, Egmond, Bloemhof, sedert het optreden van Gerrit
de Groote mede in verschillende andere plaatsen.
K. H.
Berichten.
Bij Kon. besluit van 20 Juni 1914 is, met ingang van 1 Augustus,
benoemd tot commies bij het rijksarchief in Gelderland Jhr. Mr. A. H. Martens
van Sevenhoven, te 's-Gravenhage.
Bij Kon. besluit van 17 Juli 1914 is, met ingang van 1 Augustus,
benoemd tot commies bij het rijksarchief in Noordbrabant Dr. H. P. Coster,
te Groningen.
Tot correspondeerend lid der Berlijnsche Academie van Wetenschappen
is benoemd Dr. mr. S. Muller Fz., rijksarchivaris in Utrecht.