8
tot bevordering van de belangen van den boekhandel, voor de door haar
op te richten vakschool voor boekhandelaars-bedienden en voor ambtenaren
aan bibliotheken en archieven. Uw bestuur had tegen de oprichting eener
vakschool voor archief ambtenaren onder leiding der boekhandelaars-ver-
eeniging overwegend bezwaar, omdat het meende, dat deze school, zooals
het openbaar gemaakte programma trouwens reeds bewees, niet tot eene
ernstige voorbereiding zou leiden, zelfs niet voor de lagere archief-ambte
naren. Gesteund door de beide vereenigingen van bibliothecarissen en
bibliotheek-ambtenaren, heeft uw bestuur derhalve den Minister verzocht,
de vermelding van eene opleiding van ambtenaren aan archieven en biblio
theken uit den naam der te subsidieeren school weg te laten. Het subsidie
is verleendmaar de Minister heeft het bestuur der vereeniging verzocht,
om den naam der school volgens onzen wensch te wijzigen. Het bestuur
der vereeniging heeft daaraan ook reeds voldaan bij de aanvraag van een
tweede subsidie aan den gemeenteraad van Amsterdam. Het zou wel ge-
wenscht zijn, dat wij naast dit negatieve succes ook een positief konden
vermelden; maar op het oogenblik zien wij daartoe nog geen kans.
Een evenement van eenig belang heeft zich voorgedaan, dat niemand
verbaasd heeft, omdat het in onze laatste vergadering reeds besproken was:
ons tijdschrift heeft een nieuwen redacteur gekregen. Toch verdient het
feit hier vermeldingwant het is belangrijkons orgaan toch is onze eenige
betrekking met de wereld buiten onzen kring. Wij weten, of althans ik
weet, hoe tijdroovend en hoe moeilijk het is, om in eene kleine vereeni
ging als de onze altijd medewerkers te vinden, die bereid zijn hun tijd te
geven aan het schrijven voor ons blad. Dankbaar waardeeren wij dus,
dat ons medelid Wiersum zoovele jaren deze moeielijke taak op zich heeft
willen nemenwij betreuren zijn onverwacht aftreden en laten hem niet
gaan zonder hem onzen dank te betuigen. Gelukkig achten wij ons, dat
wij in Dr. Heeringa een opvolger hebben gevonden, die, naar wij ver
trouwen, zijn voorganger zal evenaren in ijver en in toewijding.
Vele leden hebben wij verlorende sympathieke August Sassen, zeer
bekwaam muntkundige en gezellige feestvierder, is ons veel te vroeg
onverwachts door den dood ontrukt. Morren heeft na 25 jaren zijn ambt
nedergelegd, helaas om gezondheidsredenen. Beth heeft bedankt, omdat
nieuwe dienstregelingen, naar hij klaagde, zijn inkomen belangrijk besnoeid
hadden. En Dr. Smits heeft geen afscheid genomen, maar eenvoudig ge
weigerd de contributie langer te betalen. Zoo is het kleine getal onzer
leden dit jaar niet onbelangrijk verminderd. Gelukkig kan ik ook eenige
nieuwe leden welkom heeten in onzen kring: den nieuwen archivaris van
Vlissingen H. G. van Grol, den ambtenaar voor de Zuid-Hollandsche
gemeente-archieven T. van Rheineck Leyssius en den nieuwen commies
aan het Groningsche archief Dr. Poelman.
9
De gevallen van onze vereeniging zijn hiermede ten eindeik kom
tot de gebeurtenissen in de kleine wereld van het Nederlandsch archief
wezen. Allereerst wijs ik op de nieuwe instructie der rijksarchivarissen
van 17 October 1913, op de nieuwe bepaling der uren van openstelling
van de rijksarchieven van 31 October 1913 en op het nieuwe tarief voor het
geven van afschriften van 16 Juni 1914, vooral echter op het Kon. Besluit
van 13 Maart 1914, dat de tractementsregelingen der rijksarchivarissen
weder wijzigt. De eerste drie zaken zijn in hoofdzaak slechts kleine vorm
veranderingen de vierde brengt echter ook eene zakelijke verbetering van
de positie der archivarissen. Het zijn wel geene belangrijke hervormingen;
maar allen bewijzen op verblijdende wijze, welk een uitnemend administra
teur het nieuwe hoofd van het Nederlandsche archiefwezen is, en met welk
eene nauwgezetheid en ijver hij dit belang behartigt. Verblijdend is het;
want het kwam ons wel eens voor, dat deze zaak, die toch niet zonder
gewicht is, vroeger wat verwaarloosd werd. Maar van meer belang nog
is het, dat wij met waardeering kunnen opmerken, met hoeveel trouwe en
gestadige zorg onze nieuwe chef de belangen van het personeel behartigt
en ze steunt door zijn steeds wassenden invloed.
Overigens was het zakelijk stil op ons gebied. Maar persoonlijk was
dit niet zoo: de lotgevallen der leden van ons corps waren velen en
velerlei. Allereerst vermeld ik met blijde voldoening het groote, het ge
ruchtmakende feit van het jaarhet einde der zaak Ebell. Zij is besloten
zoo goed en zoo gelukkig als wij dat konden verwachten. Nadat het Hof
door zijne beslissing had uitgesproken, dat onze ambtgenoot slechts formeel
strafbaar moest geacht worden, heeft de Hooge Raad nog bovendien uit
gemaakt, dat de aanklacht zelve formeel onjuist was Zoo is dus ten slotte
de treurige zaak, die door het strenge vonnis der Rechtbank eene verras
send ernstige wending scheen te zullen nemen, ten slotte gereduceerd tot
eene opvolging van formeele vergissingen, die eenigszins lachwekkend zou
kunnen heeten, indien zij onzen ambtgenoot niet twee jaren van ondenk
baar zielelijden had gekost. Ik wil daarover niet meer uitweidende zaak
is geëindigd, en het leed is geleden. Slechts een woord van hartelijken
gelukwensch aan ons medelid wil ik spreken, een gelukwensch, die
zeker unaniem door alle leden onzer vereeniging wordt beaamd.
Met een plotselingen overgang wend ik mij tot heugelijker herinne
ringen: niet minder dan drie jubilea zijn er gevierd. Ons eerelid De Stuers
en het hoofd van ons archiefwezen Fruin hebben zulk een herinneringsdag
gevierd, en uw onderdanigen dienaar is het gegaan als dezen hoogen
dignitarissen. Eigenlijk is het niet juist om te zeggen, dat wij die herin-
neringsdagen gevierd hebben; ze zijn met ons gevierd geworden, want
ons aller rol bij de plechtigheden was absoluut passief. Wat zal ik, per
soonlijk bij het geval betrokken, tot deze dingen zeggen? Onlangs, zéér