230 Nasporingen en studiën op het gebied der Nederlandsche krijgsgeschiedenis. Negende jaarverslag, 's Gravenhage, Gebroeders van Cleef, 1904. De krijgsgeschiedkundige nasporingen werden voortgezet, o. a. in het Huis-Archief der familie Pels Rijcken. Dit onderzoek heeft enkele be langrijke zaken aan het licht gebracht over inkwartieringen gedurende het laatste gedeelte van den 80-jarigen oorlog en den Spaanschen Erf opvolgingsoorlog, ook over schattingen tijdens den oorlog van 1672 1678 door de baronie van Breda aan de Franschen betaald. Te 's Hertogenbosch, Kampen, Zwolle en Weert is de geschiedenis der vesting nagegaan, te Arnhem en Deventer werd daarmede een begin gemaakt. Daar echter de meest in aanmerking komende bescheiden, de stadsrekeningen„gewoonlijk in oud en moeilijk te lezen schrift zijn gesteld, eischt dit onderzoek veel tijd en inspanning en vordert betrek kelijk langzaam". De officier, belast met de nasporingen te Hoorn, heeft tevens de in het Gemeentearchief te Enkhuizen voorhanden krijgs geschiedkundige bescheiden in excerpt en afschrift behandeld; de officieren, die te Amsterdam, Groningen en Assen werkzaam zijn, zullen respec tievelijk ook Broek in Waterland en enkele gemeenten in Groningen en Drente bezoeken. „Aangaande de bij het 8ste Jaarverslag blz. 11 bedoelde bestemming der in den Inventaris van Thielen omschreven archieven van het Departement van Oorlog is nog geen beslissing ont vangen." Het Repertorium voor de Nederlandsche krijgsgeschiedenis is ter perse. Het handschrift, voor zoover de bibliographische indeeling betrof, werd herzien door den heer Louis D. Petit, conservator der Universiteits-bibliotheek te Leiden. Bij de bewerking van de „Archieven der Waterschappen" verleende de civiel-ingenieur Jhr. L. F. Teixeira de Mattos zijn hulp. Het Archief breidt zich snel en aanzienlijk uit; de tot dusverre beschikbare ruimte is zeer beperkt. In de overige garnizoenen is het werk geregeld voortgezet; de onderzoekingen te Amsterdam verdienen bijzondere aandacht en worden uitvoeriger vermeld. „Alle officieren hebben zich met ijver en inspanning van hunne taak gekweten. De beheerders en bewaarders der Rijks- Gemeente-archievenvan bijzondere verzamelingen en der Universiteits- Boekerijen hebben dien arbeid krachtig bevorderd en gesteund." Vermelding der aanwinsten, waaronder opvalt een groot legaat van wijlen A. O. baron Snouckaert van Schauburg. Gebruik der krijgsgeschiedkundige bescheiden. In bewerking zijnde bescheiden van G. J. W. Koolemans Beynen over den veldtocht van 1799 in Noord- Holland, van G. Snel over Rabenhaupt, van J. Eysten over de geschiedenis 231 der Pontonniers. Kapitein F. H. van der Kop zond in het handschrift betreffende het beleg van Doornik in 1709. Mr. A. C. Bondam. Verslag omtrent de ordening en inventariseering van oude Gemeente- en Waterschaps-archieven in Noordbrabant over 1903, uitgebracht aan de Gedeputeerde Staten dier provincie, 's Her togenbosch, 1904. Wederom werden een aantal gemeenten bezocht met het oog op de archieven der gemeenteenvoor zoover er aanleiding of gelegenheid toe was, die der daar bestaande polder- en kerkbesturen. Gunstige gevolgen van deze en vorige bezoeken waren merkbaar. Een uitvoerig verslag wordt gegeven van den toestand der Gemeente-archieven te Vlijmen, Den-Dungen, OisterwijkNieuwkuik en Onsenoort, Bokhoven, Zes-Gehuchten en Deurne. Als leiddraad voor de inventarisatie van het nieuw-archief (na 1810) geeft de heer Bondam het volgende schema: A. Eigenlijk gemeente-archief, verdeeld in 7 rubrieken; 1. Eigen domsbewijzen enz.2. Registers van besluitennotulenprocessen-verbaal enz. met ingekomen en minuten van uitgegane brieven, 3. Gemeente rekeningen en bijlagen, en verdere comptabiliteitsbescheiden4. Ver slagen; 5. Bevolkingsregisters, stukken betrekkelijk volkstellingen enz.; 6. Registers en stukken voor de militie en van de schutterij; 7. Registers en stukken betreffende de uitvoering van Rijkswetten. B. Archief van den Burgerlijken Stand. C. Archief van den Algemeenen Arme. D. Kadastrale bescheiden. Van deze inventarisatie totaal af te scheiden is de catalogiseering van a. gedrukte werken, verzamelingen van wetten enz. en geschriften van bijzondere personen; b. landkaarten en atlassen. De heer M. van Visvliet, oud-archivaris van Middelburg en non-actief ambtenaar bij het Rijks-archief, heeft de regeling van het oud-gemeente archief van Tilburg op zich genomenterwijl de heer Bondam zelf de lastige taak heeft aanvaard om het oude stads-archief van Grave zooveel mogelijk in orde te brengen. Vele rekeningen zijn vrij aardig hersteld, alsmede de ingekomen stukken en de registers der resolutiën. Lijsten van het tot heden gereconstrueerde worden meegedeeld. Doch een groote massa blijft nog in verwarden toestand liggen. Voor de ordening hiervan is „eigenlijk speciale hulp van een deskundige noodigdie er geregeld aan zou kunnen blijven." De inventaris van Raamsdonk's oude gemeente- en polderarchieven is in revisie genomen. Als deze gedrukt iszal die van Beek en Donk volgen. Museum. Red. Blok, Salverda de Grave, Kluyver en Speyer. Jaargang XII, nrs. 4 en 6. Leiden, A. W. Sijthoff.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1905 | | pagina 30