De openstelling onzer archieven. 88 Bat van een jongen man, die gedurende betrekkelijk korten tijd zulk een werkzaamheid toonde, nog veel verwacht mocht worden, zal wel nie mand betwijfelen r). Zijn plotseling overlijden is dan ook een groot verlies geweest, niet het minst voor ons archief, waarin hij zich zoo geheel en al ingewerkt had. Rotterdam. Unger. Berichten, enz. Benoemd tot adjunct-archivaris der gemeente Amsterdamde heer Dr. J. C. Breen. tot commiezen bij het Algemeen Rijksarchiefde heeren AtGr- Ross en Th. Morren; tot adjunct-commiezen bij het Algemeen Rijksarchief de heerenAA7. G. van Oyen, J. C. Beth en P. Berends; tot adjunct-commies bij het Rijksarchief in A oord-Brabant de lieer Mr. C. 0. B. Ebell. tot amanuensis bij het Rijksarchief in Overijselde heer J. Geesink. Overleden de heer H. Eilers, amanuensis bij het Rijksarchief in Friesland; de heer Mr. AA7. Bezemer, adjunct-archivaris der gemeente Rotterdam. Ingevolge eene opdracht der Regeering zal Dr. JS. van A een, com mies bij het Rijksarchief te Arnhem, zich binnenkort naar Parijs begeven, om er onderzoek te doen naar Geldersclie oorkonden. Dagblad van Zuid-Holland en 's Gravenhage, 17/18 Apiil 1898). Het volgende ontleenen wij aan de Nieuwe Rotterdamsche Courant van 28 AI ei 1898 Be stukken betreffend© de herziening van de verordeningen regelende de rangen en de wedden der ambtenaren ter secretarie en aan het Archief dezer gemeente zijn thans in druk rondgedeeld. Het archief en de bibliotheek der gemeente Rotterdam vormen één ad ministratie. Baaraan kunnen worden verbonden een archivariseen adjunct-archi varis een conservator en klerken. 89 Beze ambtenaren zijn aan den gemeente-secretaris ondergeschikt en worden, wat hunne benoeming betreft, als tot de secretarie belioorende beschouwd Be bezoldiging bedraagtvoor den archivaris van 2500 tot 3500 voor den adjunct-archivaris van 1G00 tot 2400voor den conservator van 800 tot ƒ1200; voor de Ist6 klerken van ƒ650 tot ƒ1000; voor de 2Je klerken van 400 tot 600. Boor den Rijksarchivaris in Gelderland zijn aan de Gemeentebesturen in dat gewest de volgende vragen ter beantwoording toegezonden: 1°. of de archieven der Gemeenten zijn geregeld, en zoo ja, of die weten schappelijk, dan wel globaal of voorloopig zijn geregeld 2°. of er gedrukte inventarissen van de archieven der Gemeenten bestaan 3°. of van de inventarissen duplicaten bij openbare colleges of inrichtin gen berusten; 4°. zoo de archieven zijn geregeld, wie die regeling heeft verricht. I. Geschiedenis. Gebruik van archieven is eigenlijk altijd gemaakt zoolang er archie ven bestaan: gebruik door de bezittende belanghebbenden natuurlijk in de eerste plaats, gebruik voor wetenschappelijk doel echter ook. Anders hadden, om maar iets te noemen, nimmer de Aliddeleeuwen ons den rijken schat van kronieken kunnen nalaten, die wij het beste kennen uit de groote verzameling van Pertz en de talrijke Belgische uitgaven en die reeds vóór de uitvinding der drukkunst in tal van afschriften verspreid waren. Bat wetenschappelijk gebruik echter bepaalde zich oudtijds uitsluitend tot de bezitters zeiven, of tot de bepaald aangestelde historieschrijvers van een vorst. Eerst langzamerhand werd ook aan anderen het gebruik van archieven toegestaan, en moeilijk heeft zich de idee baan gebioken der zoo goed als onbeperkte publiciteit van archieven, der openstelling ook voor hen die recht zoeken tegenover de gemeenschap of tegenover haar zich in rechten willen verdedigen, der tengebruikestelling van de vrije wetenschap. Pontanus, Mattheus, van Heussen, Miraeus en Foppens mochten zich reeds verheugen in den toegang tot en het ge bruik van oude staatsstukken, A7ele verzamelingen van kopieën van deze. In de Berichten en Mededeelingen van hei Hist. Gen. te JJtrechi (1896) gaf hij ook nog„De magistraaisverandering te Utrecht."

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1898 | | pagina 3