36 Van Citters en J. H. W. Unger. Yerslag van de commissie voor liet archief der gemeente Rotterdam over het jaar 1896. 32 bladz. 80. Verbetering in de bewaarplaats van het archief is dringend noodig het tegenwoordige depót is vochtig en veel te klein. Daarom werd het voorstel gedaan, een nieuw gebouw te stichteneenige binnen- en buitenlandsche depóts werden met het oog daarop be zocht, en gewapend met de opgedane ervaring werd een plan ontwor pen, naar genoegen der archief-commissie. Materieel© verbeterin gen werden voor eenige archivalia aangebracht. Het doorzien der oude grafelijklieidsregisters en het in regest brengen van de stukken daarin aanwezig, belangrijk voor Rotterdam, werd voortgezethet zelfde werk aangevangen voor de Memorialen van het Hof van Hol land sedert 1428. Het maken van indices op registers ging voort. Verschillende rapporten werden vervaardigd. Als derde deel van de Bronnen voor de geschiedenis van Rotterdam werd ter perse ge legd een© uitgave der oude stadsrekeningen. Verschillende aan winsten worden vermeldo. a. werd in bruikleen ontvangen van den Algemeenen Rijksarchivaris de oud-rechterlijke archieven van Katendrecht, Ckarlois en Kralingen. Het oud-rechterlijk archief van Schoonderloo en eenige rechterlijke archivalia van Delftshaven werden daarentegen naar 's Rijks archief in den Haag overgebracht. De collectie van Stolk kon niet worden aangekocht, maar bleef voor de stad behouden. - Omtrent de bibliotheek valt niets bizonders te vermelden. Als bijlagen zijn toegevoegd aan het verslagsta ten van geraadpleegde en van uitgeleende boeken en van bezoekers der gemeente-bibliotheek over 1896, en inventarissen der oud- rechterlijke archieven van Oatendrecht, Charlois, Kralingen en Schoonderloo, vervaardigd op het Algemeen Rijksarchief. D. Ragay en S. Muller Ez. Verslag over het voorgevallene in de ge meente-verzamelingen (van Utrecht) in 1896. 57 bladz. 80. De omvangrijke lijst van regesten der Oorkonden van het stads archief tot 1528 verscheen als 110. 2 der „Bijdragen voor een oorkon- denboek van het Sticht Utrecht." De inventarisatie van de archie ven der tien begijnhuizen werd voortgezet, waarbij tevens bleek, dat de indeeling der stukken over de verschillende gestichten onnauw keurig was geschied en dus opnieuw verricht moest worden. De ar chieven van 7 begijnhuizen moeten nog behandeld worden. Aan de indices op het register van middeleeuwsche procuratiën en certifi catie 11 en op de raadsnotulen van 17831786 werd voortgewerkt. Van belang is de terhandneming door archivaris en rechts kundig ambtenaar van volledige rapporten over de Vreeburg-zaak. „Het onderzoek over de perceelen van het Vreeburg, dat sedert tal 37 „van jaren de opvolgende rechtskundige ambtenaars telkens weder „heeft beziggehouden, kan dus thans eindelijk van de agenda van „het archief afgevoerd worden." Belangrijke rapporten over andere zaken' werden geleverd. Er werd voorgesteld voor het afschrijven van moeilijk leesbare akten de leges te verhoogen en in overeenstemming te brengen met het op het rijksarchief gehevene tarief. Het archief van het waterschap Pijlsweerd is thans in zijn geheel met het stads archief vereenigd. Het archief van het Ambachts-kinderhuis werd tot 1824 overgenomen, en eenige andere aanwinsten werden verkre gen. De verbetering van den materieelen toestand van het archief is geheel voltooid, doch moet, door het vele gebruiken van som mige registers, voortdurend bijgehouden worden. De belangrijkste aanwinst voor de bibliotheek was een klein pakje zeer merkwaardige oude Utrechtsche pamphletten, geschon ken door den heer Gr. C. D. d' Aumale baron van Hardenbroek. Van Mrs. Overvoorde en Joosting ontving de gemeente het 2e deel van hunne uitgave der middeleeuwsche bescheiden over de geschiede nis der Utrechtsche gilden, van den heer J. de Vries eene geïl lustreerde beschrijving van het museum der gemeente. Ook de atlassen ontvingen eene belangrijke vermeerdering o. a. werden ongeveer 30 der belangrijkste stukken in platino-typie gereproduceerd, terwijl de archivaris ontwierp een plattegrond van den middeleeuwsclien toestand van het Domplein. Tentoonstellin gen van de in de atlassen aanwezige schatten werden gehouden over de geschiedenis der Hoogeschool en over den Dom. Vermeld zij, wat het museum betreft, dat de belangstelling vooruitgaat, doch nog niet is naar den wensch van den archivaris. W. Bezemer. Oude rechten van Steenbergen, 's Gravenhage, Marti- nus Nijhoff, 1897. XXI en 129 bladz. 80. (Werken der Vereeniging tot uitgave der bronnen van het oude vaderlandsche recht, gevestigd te Utrecht, Eerste reeks no. 20). Het Voorwoord wordt geopend door eenige mededeelingen om trent Steenbergen en zijne heeren. - Drie handschriften werden voor de uitgave gebruiktA. een perkamenten register in 4o. berus tende in het gemeente-archief van Steenbergen, groot 101 bladen, door opvolgende handen geschreven, met nog 5 bijgebonden bladen in papier (Antiqua kora van 1272, in het Latijn (oorspr. tekst) en Nederlandsch, Middelkeur van .1291, Nieuwe keur van 1308, ver schillende stukken van 12871504, en de blijde inkomst van Hen drik van Nassau van 1504. 6 stukken, niet Steenbergen betref fende, werden niet afgedrukt), B, een handschrift in folio, papier, 17de eeuw, in het Algemeen© Rijksarchief (vertalingen der 3 keuren

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1897 | | pagina 9