84 Voor de leden onzer vereeniging kan het zijn belang hebben iets meer hieromtrent te weten. De zaak is deze: Aan den Luitenant-Kolonel F. de Bas is door den Minister van Oorlog opgedragen nasporingen te doen op het gebied der „Nederlandsche Krijgs geschiedenis." Daartoe wordt volgens een door dezen ontworpen tabel, aan officieren, welke daarvoor in aanmerking komen, gelast de stukken in de verschillende archieven voorhanden en op het bedoelde onderwerp betrek king hebbende te „excerpeeren", en de uitkomsten daarvan op te zenden. Om den geheelen omvang van het plan goed te vatten, stelle men zich voor, dat het onderzoek zich zal uitstrekken over alle oorlogen en krijgsbedrijven in Europa, waarbij ons vaderland betrokken was, en dat van af „de oprichting der staande legers" tot ongeveer 1835, toen onze oorlogsmaatregelen tegenover België een einde hadden genomen. Voor de werkkracht, welke dit materiaal, dat bovendien natuurlijk in den meest verschillenden en uiteenloopenden vorm inkomt, zal moeten ordenen en schiften, dient men eerbied te hebben. Hij of zij, die het zal of zullen moeten bewerkenzullen daarin een hoogst omvangrijken arbeid vinden. Het historisch bruikbaar maken er van zal een werk zijn, zoo verdienstelijk, dat het aller bewondering verdient. Maar, zonder het laatste is het nut van dat opeenhoopen van gegevens van zulk een heterogenen aard vrij problematiek. Als hier het spreekwoord maar niet wordt bewaarheidQui trop embrassemal étreint In verband met het eerste stuk in dit nummer, zij er op gewezen, dat door den heer E. G. Volkersz te Zutphen, een brochure is verspreid, waarin hij „eenige toelichting over het Normaal papier" geeft, en daarbij de vereischten bespreekt, waaraan goed papier, bepaaldelijk voor stukken, wier langere bewaring is gewenscht, moet voldoen. Ook wordt een over zicht gegeven van onderzoekingen, verricht aan het proefstation te Char- lottenburg, van verschillende papiersoorten. Blijkens de medegedeelde cijfers staat te dien aanzien het bekende Hollandsche schrijfpapier niet hoog. Het werkje eindigt met de tabellenvoor de verschillende papier soorten in Pruisen vastgesteld, en met 1° Jan. van dit jaar in werking getreden. De schrijver is tevens agent voor Nederland en koloniën van de firma Felix Schöller und Bausch te Neu-Kaliss (Mecklenburg), welke bedoelde „Normaal-papiersoorten" vervaardigt, overeenkomstig de eischen van het Pruisische reglement. Advertentiën. I^SgT" Men vrage bij zijn Boekhandelaar NEELMEIJER'S KABINET INKT. Het is een Nederlandsch fabrikaatdat liefhebbers van een goede Inktsoort ongetwijfeld zal voldoen. xNEELMEiJER Co. Apeldoorn. NEDERLANDSCH ARCHIEVENBLAD.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1893 | | pagina 13