lijkt de mens hier vooral een passieve rol te hebben. Alsof het archiefsysteem ons overkomt en niet door de mens bepaald wordt. De definitie van informatiesysteem is veel passender voor dit artikel. In de Archief terminologie luidt deze: "Geheel van bestanden, procedures, apparaten en daarbij benodigde hulpmiddelen, ingericht door een persoon, groep personen of organisatie ten behoeve van de uitvoering van zijn of haar taken. "4 Met name "ingericht door" geeft nadruk op de bepalende rol, die de mens op systemen heeft. Deze rol uit zich in de gekozen procedures, apparaten etcetera, die voor de archiefvorming worden ingezet. Onderzoek naar archiefvorming tijdens de Sjoa zou een indicatie kunnen geven van de mate waarin deelnemers aan de Sjoa verantwoordelijk zijn voor de moord op miljoenen Joden. Archieven kunnen daarop een antwoord geven. De moeilijkheid is echter, dat de 'dode' archiefblokken, die in onze depots staan, ooit fungeerden als 'levende' registraturen, als werkmateriaal voor functionarissen, die hun dagelijkse werkzaamheden documenteerden.5 De brug reconstrueren van dood naar levend archief is zelden gemakkelijk. Nazi's en bureaucratieën Hoewel Eichmann zich aan zijn verantwoordelijkheid probeert te onttrekken door zijn superieuren de schuld te geven, het blijft een feit dat op het Berlijnse hoofdkwar tier, net als in talrij ke Duitse kantoren over heel Europa, over het lot van de Europese Joden vérgaande beslissingen genomen worden op basis van documenten, dossiers en dat deze beslissingen op hun beurt weer gedocumenteerd worden. De bedenkers en uitvoerders proberen de uitvoering van de Sjoa te beheersen in documenten. Deze massamoord moet in een min of meer georganiseerde manier plaatsvinden: de omvang is te groot, het handelt om te veel landen, en te veel mensen en organisaties hebben er een aandeel in. Een van de eersten die dit aspect aanstipt, is Raul Hilberg. De vernietiging van de Joden beschouwt Hilberg als an administrative process involving the participation of bureaucrats from every sphere of organized life in Germany". Zijn visie kan men een bureaucracy of violence noemen.6 Adolf Eichmann is het stereotype voorbeeld geworden van de bureaucraat van die vernietigings bureaucratie.7 Yaacov Lozowick wijdt in zijn boek Hitlers Bürokraten, een werk over Eichmann en zijn afdeling, een fascinerend hoofdstuk aan de rol en het gebruik van documenten in het nazistische, bureaucratische systeem. Hij verbindt registratuur- kenmerken aan opstellers en ondertekenaars van documenten, waardoor verantwoordelijkheden duidelijker worden. Lozowick geeft antwoorden op enkele van de vragen, die ik eerder stelde over de dossiers van Eichmann. Maar hij gaat ver der: hij legt een verbinding tussen de nazistische, bureaucratische organisaties en de aan de Hitler-periode voorafgaande bureaucratische ministeries van de Weimar- republiek.8 Inderdaad is het nazistische systeem een voortzetting van het systeem van voor 1933, maar het kent twee gezichten. Het eerste gezicht is, dat het Duitse systeem van voor 1933 sterke connotaties heeft met hetgeen vanaf het midden van de 19e eeuw tot het begin van de Eerste Wereld oorlog in bedrijven in de Verenigde Staten ontwikkeld wordt. Dat is door JoAnne Yates beschreven in haar boek met de treffende titel Control through communication. Zij toont aan hoe informatie en communicatie in ondernemingen drastisch worden gereorganiseerd en daarna een vast onderdeel zijn van het zogenaamde systemati sche, later scientific management.9 Hierdoor slaagt het bedrijfsmanagement er in zijn fabrieken efficiënt te laten werken. De aard van de technologie beïnvloedt de com municatie voor een groot deel. Zo beschrijft Yates hoe de introductie van het carbon papier de managementsystemen verandert en de communicatie vergemakkelijkt.10 Het tweede gezicht van de nazistische bureaucratie heeft te maken met de ideologie. Het systematische en het scientific management proberen het ad-hoc-management uit te bannen, dat op individuen en niet op systemen en procedures vertrouwt. In de woorden van Eric Ketelaar: "Systematisch management verruilde leiding door een individu voor rationele en niet van een persoon afhankelijke systemen (,..)."11 En hoewel de Duitse ministeriële bureaucratie, net als in andere Europese landen, diep beïnvloed is door wat er in de Verenigde Staten is ontwikkeld, bestaat er in het nazisysteem ook een andere, ingrijpende invloed. Leiders, zoals het hoofd van de SS Heinrich Himmler, stimuleren continu het individuele initiatief. Vanuit hun 'managementvisie' geven leiders als Himmler de ondergeschikten met een proactie ve instelling prominente plaatsen in het systeem. Met deze ondergeschikten probeert Himmler het Beamtentum te bevechten; de ambtenarij, waaraan de nazi's een hart grondige hekel hebben. Het gevolg is echter, dat tijdens de Sjoa tussen talrijke organi satieonderdelen veel en soms openlijke wedijver plaatsvindt; niet het minst gestimuleerd door de vele onduidelijkheden over verantwoordelijkheden en taken, hetgeen niet bevorderlijk is voor een goed geoliede bureaucratie. Volgens Hilberg is de vernietigingsmachine een verzameling; geen enkele dienst is belast met de gehele operatie. Hoewel een bepaalde dienst een leidende rol in de implementatie van een bepaalde maatregel kan spelen, leidt of coördineert geen enkele instantie het gehele proces. "The engine of destruction was a sprawling, diverse and, above all, decentra lized apparatus."12 Hoewel ze de bestaande bureaucratische systemen en hun dienaren verafschuwen, kunnen de nazi's de Duitse samenleving niet 'ontbureaucratiseren'. Het nazistische systeem kan niet met de meeste bureaucratische systemen en hun sterk ingebedde procedures breken, omdat de Duitse samenleving dan zou instorten. En vanuit leiders als Himmler gezien nog erger, de naziorganisaties worden veelal zelf bureau cratische systemen. Lozowick verwijst in zijn boek Hitiers Bürokraten naar een HOOFDSTUK 8 4 Den Teuling, Archief terminologie, lemma 5. 5 Peter Horsman heeft eens gesuggereerd om inventarissen vergezeld te laten gaan van foto's van hoe de archiefblokken in de administratie geplaatst waren, op de afdelingen en bij de medewerkers, om een indicatie te geven hoe ze gebruikt werden. 6 C. Browning, The path to genocide. Essays on launching the Final Solution (Cambridge 1995), 125, 77. 7 Johannes Houwink ten Cate stelt in zijn oratie de vraag of Eichmann wel representatief is voor de typische schrijftafelmoordenaar en bespreekt vervolgens twee andere leden van de vernietigingsbureaucratie: Willi Zoepf en Wilhelm Harster. Beide zijn SS'ers, tijdens de oorlog voor langere tijd in Den Haag gestationeerd, en worden bepalende helpers bij de deportatie van de Joden uit Nederland, maar lijken qua gedrag niet erg op Eichmann. J. Houwink ten Cate, De naam van de misdaad en de persoon van de schrijftafel moordenaar (Amsterdam 2003), 15-18. 108 DAAN HERTOGS DODELIJKE INFORMATIESYSTEMEN 8 Y. Lozowick, Hitiers Bürokraten. Eichmann, seine willigen Vollstrecker und die Banaliteit des Bösen (Zürich/ München2000, (oorspr. Hebreeuwse uitgave)), 65-66. 9 E. Ketelaar, 'Besturen door registratuur, 1870-1940', in: P. Horsman, E. Ketelaar, T. Thomassen (red.), Context. Interpretatiekaders in de archivistiek ('s-Gravenhage 2000), 98. Eric Ketelaar gebruikt in zijn artikel, dat mede is gebaseerd op het boek van Yates, de term "systematisch management" en ziet deze beweging als voorloper van het scientific management. 10 J.A. Yates, Control through communication. The rise of system in American management (Baltimore/Londen 1989), xvii, 22; E. Ketelaar, 'Archiefvorming in de context van systematisch management in Nederlandse bedrijven, 1870-1940', in: P. Horsman, E. Ketelaar en T. Thomassen (red.), Context. Interpretatiekaders in de archivistiek ('s-Gravenhage 2000); en E. Ketelaar, 'Besturen door registratuur, 1870-1940'. 11 E. Ketelaar, 'Besturen door registratuur, 1870-1940', 97. 12 R. Hilberg, The destruction of the European Jews (New Haven/Londen 2003), 52. 109

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2014 | | pagina 56