Dit is in het Handvest Publieke Verantwoording (2005) voor uitvoeringsorganisaties uitgewerkt in drie indicatoren, te weten: voldoen aan eisen uit wetten, regelingen, protocollen en contracten; op verzoek informatie verschaffen; omgeving proactief informeren. In de afgelopen jaren hebben ZBO's die zich hebben aangesloten bij het handvest ervaring opgedaan met deze bredere vorm van verantwoording. In dit artikel staan we stil bij de vraag of het verbreden van het verantwoordingsproces een versterking kan betekenen van dit proces: Wat kunnen gemeenten leren van de versterkte aandacht bij publieke uitvoeringsorganisaties voor horizontale verantwoording? Uitvoeringsorganisaties oogsten over het algemeen weinig waardering voor hun functioneren De structuur van deze bijdrage is als volgt. Allereerst wordt ingegaan op de begrippen horizontaal en verticaal verantwoorden. Daarna wordt aandacht besteed aan twee initiatieven die een belangrijke impuls hebben gegeven tot horizontaal verantwoor den, te weten de oprichting van de Handvestgroep Publiek Verantwoorden en de Rijks brede Benchmark Groep. Uitvoeringsorganisaties oogsten over het algemeen weinig waardering voor hun functioneren. Vervolgens wordt stilgestaan bij mogelijke oor zaken en met name wat de gedragsreacties van de politiek zijn geweest. Ten slotte wordt een format voor gemeenten gegeven hoe horizontale en verticale vormen van verantwoording samen kunnen komen. Verticaal versus horizontaal Verticale verantwoording is traditioneel inputgericht. Het gaat om een match tussen geautoriseerde begrotingsbedragen en feitelijke uitgaven (accountantscontrole), waarbij gelet wordt op volledigheid, juistheid en tijdigheid. Door het uitbrengen van jaarverslagen en jaarrekeningen verantwoorden bijvoorbeeld uitvoerende organisaties als ZBO's zich naar de minister. Een essentiële schakel daarbij is de goedkeurende accountantsverklaring. Een andere controle op deze verantwoordingsproducten wordt uitgevoerd door de Algemene Rekenkamer. Horizontale verantwoording haakt aan bij het proactief informeren van de omgeving. Het is de organisatie zelf die zich actief naar derden toe verantwoordt. De nadruk daarbij ligt op het aan de - relevante - omgeving van de organisatie overbrengen hoe het is gesteld met de doelmatigheid en doeltreffendheid van de dienstverlening. Een directe 'juridische' relatie tussen verticale en horizontale verantwoording ontbreekt. De rapporten die in het kader van horizontale verantwoording worden uitgebracht (bijvoorbeeld bevindingen van externe visitatiecommissies van ZBO's)kunnen op dit moment niet gebruikt worden ter vervanging van rapporten die gebruikt worden bij verticale verantwoor dingprocedures, zoals jaarverslagen, jaarrekeningen en accountantsrapporten. Sterker nog, de Algemene Rekenkamer is van mening dat horizontale verantwoording als zodanig geen vorm van verantwoording is, maar meer beschouwd moet worden als vorm van brede publieke verantwoording.5 In de praktijk is er wel degelijk een grote overlap in de rapporten en meetprocedures die ten grondslag liggen aan enerzijds de verticale verantwoordingswijze en anderzijds de horizontale verantwoording s- wijze. Het gaat immers in beide gevallen om de verantwoording van de performance en de prestaties van de uitvoeringsorganisatie. Bij verticale verantwoording gaat het om de onderbouwing van de rechtmatigheid van financiële uitgaven en om doel matigheid en doeltreffendheid van de bedrijfsvoering. Bij horizontale verantwoor ding richt de aandacht zich uitsluitend op doelmatigheid en doeltreffendheid van de bedrijfsvoering. In onderstaande tabel is dit nog een keer tot uitdrukking gebracht. - Handvestgroep Publieke verantwoording Horizontale verantwoording is een fenomeen dat vooral bij zelfstandige bestuurs organen in zwang is gekomen.6 Een belangrijke impuls hierbij is de instelling van de Handvestgroep Publieke Verantwoording geweest. In november 2000 heeft een aantal zelfstandige bestuursorganen een handvest geschreven waarin eisen zijn vastgelegd ten aanzien van publiek verantwoorden. De deelnemende ZBO's geven door ondertekening van het handvest aan dat ze zich naast het afleggen van verantwoor ding aan de minister (verticaal)ook willen verantwoorden aan klanten en de samenleving over hun handelen en de kwaliteit van de dienstverlening. In een politiek-bestuurlijk krachtenveld waarin waarden domineren als politiek primaat, ministeriële verantwoordelijkheid, financiële controle willen directies van uitvoe ringsorganisaties een tegengeluid laten horen.7 Ondertekenaars van het handvest hebben de intentie zich publiek te verantwoorden naar de waarden van het handvest en willen zich daarop extern laten toetsen door een onafhankelijke visitatiecom missie. Hoofddoel van de Handvestgroep is publiek verantwoorden. Publiek verant woorden richt zich tot de samenleving in het algemeen en tot de kring van belanghebbenden van de afzonderlijke organisaties. Als belanghebbenden zijn onderscheiden: direct belanghebbenden in de maatschappelijke omgeving van het zelfstandig bestuursorgaan: klanten belangenorganisaties, ketenpartners (overige) opdrachtgevers etc.; de politieke principaal als eigenaar en opdrachtgever (meestal een ministerie); de samenleving. HET BESTEL 108 JAN HAKVOORT EN HENK KLAASSEN VERANTWOORD VERANTWOORDEN Verticale Horizontale verantwoording verantwoording Financiële controle (rechtmatigheid) X Doelmatigheid van de bedrijfsvoering X X Doeltreffendheid van de bedrijfsvoering X X Tabel i. Verticale en horizontale verantwoording vergeleken 5 T.A. Brandsen, A. Meijer en C. van Montfort, 'De dubbele helix van publieke rekenschap' in Bestuurskunde, 2005, 1 (februari), p. 7. 6 R. Rouw en T. Schillemans, 'Horizontalisering als complement op een andere overheid' in Bestuurskunde, 2005, 6, p. 15. 7 Tot de Handvestgroep Publiek Verantwoorden behoren: Centrale Financiën Instellingen (CFI)Centraal Orgaan Opvang Asielzoekers, College voor Zorgverzekeringen, Centrum voor Werk en Inkomen, Immigratie- en naturalisatiedienst (IND), Informatie Beheer Groep, Kadaster, Prorail, Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW), Staatsbosbeheer, Sociale Verzekeringsbank, Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) en Centraal Bureauvoor de Statistiek (tot 4-09-2009). 109

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2013 | | pagina 56