waarin zij benadrukt dat welke wetgeving dan ook ten spijt, eigenaren een cruciale
rol spelen bij het behoud van particuliere documenten. Caroline de Hart sluit hierbij
aan en beschrijft waarom het van belang is dat zowel grote als kleine archiefinstellin
gen een acquisitieprofiel ontwikkelen en gebruiken. Margreet Windhorst en Geert
Luykx gaan dieper in op de methodiek en laten zien dat op lokaal niveau veel van de
aanbevelingen uit het rapport Gewaardeerd Verleden zijn overgenomen. Twee artike
len werken waardering en selectie van particuliere archieven in het nationale beleid
verder uit. Het zijn detailstudies bij het artikel van Eric Ketelaar. Omdat de artikelen,
die respectievelijk Canada en Zweden vertegenwoordigen, naast elkaar staan, kan de
lezer komen tot overeenkomsten en verschillen.
Het katern 'Digitaal particulier archief' gaat specifiek in op digitale particuliere
archieven. Karin van der Heijden opent met een artikel over haar onderzoek naar een
strategie voor het behoud van digitale vormgevingsarchieven. Ze wij st op het belang
van een bewaarstrategie waarbij bewuste keuzes worden gemaakt over wat wel en
niet bewaard moet worden. Bovendien stelt ze dat de erfgoedsector een rol heeft om
particuliere archiefvormers te leren hoe ze archieven voor de lange termijn beschik
baar kunnen houden. Filip Boudrez gaat verder in op het behoud van digitale parti
culiere archieven en geeft aan dat er bij het behoud van digitale particuliere
archieven nieuwe uitdagingen zijn voor zowel de archiefvormers als de archiefdien
sten en -instellingen die ze verwerven. Boudrez roept archivarissen op van digitaal
archiveren een métier maken, iets dat niet alleen is weggelegd voor specialisten of
grote archiefinstellingen. Met concrete adviezen helpt hij de archivaris op weg.
Het katern 'Archiefvormer en particulier archief' focust op de relatie tussen de
archiefvormer en de archiefinstelling die een archief wil verwerven. Het katern
opent met een briefwisseling tussen Theo Vermeer en Ron Blom. Zij corresponderen
onder andere over de noodzaak om met archiefvormers afspraken te maken over de
wijze waarop het 'eigenaarsschap' gestalte krijgt na de overdracht van een archief.
Zij gaan hierbij onder meer in een overeenkomst afspraken worden vastgelegd over
zaken als auteursrecht en openbaarheid. In het tweede artikel zet Teun de Bruijn
uiteen hoe Erfgoedcentrum DiEP de organisatie rond de verwerving van particuliere
archieven heeft ingericht en welke contacten en verbindingen met externe partners
de instelling legt. Het laatste artikel van dit katern is van de hand van Francisca de
Haan en Annette Mevis. Zij exploreren de geschiedenis van het Internationaal
Archief voor de Vrouwenbeweging, tegenwoordig Atria, kennisinstituut voor
emancipatie en vrouwengeschiedenis. Hierbij hebben ze in het bijzonder aandacht
voor de collectie die deze instelling heeft opgebouwd sinds de oprichting in 1935 en
de invloed van historische, culturele en politieke ontwikkelingen op het acquisitie
beleid.
The making of.
Zomer 2011, warm weer... Iedereen op het strand, behalve Hylke Faber en Theo
Vermeer. Vanaf deze plek willen wij Hylke bedanken voor zijn inzet vanaf het eerste
uur. Zonder zijn bijdrage was de opzet van het jaarboek Particuliere Archieven niet tot
stand gekomen. Hij bedacht hoe het mogelijk was om het begrip 'maatschappijvast
te houden en van daaruit het onderwerp te behandelen. Het jaarboek is daarom een
beetje te vergelijken met een drieluik. Vaak staat dan een persoon centraal en wordt
de persoon belicht vanuit diverse momenten in zijn leven. In dit j aarboek houden we
vast aan deze gedachten en belichten we elk onderwerp vanuit drie invalshoeken.
In de maanden die volgden veranderde de samenstelling van de redactie, omdat
Hylke vertrok en Petra Links en Justin Klein toetraden. In dezelfde periode werden de
auteurs aangeschreven, die alleen tot februari 2013 schrijftijd kregen. De artikelen
werden in verschillende versies aangeleverd, van een meer ruwe, eerste versie, tot de
laatste versie. Het was een spannend proces, maar gelukkig werd de eindstreep
gehaald en kon deze bundel verschijnen. Het is dankzij de inspanning van de auteurs
dat de bundel voor u ligt. Graag willen wij alle auteurs hartelijk danken voor hun
medewerking en de inspirerende bijdragen.
Voor u ligt een kleurrijk jaarboek, een verzameling van artikelen die allemaal raken
aan het centrale thema particuliere archieven. De redactie heeft de auteurs in
belangrijke mate vrij gelaten. Daardoor ligt aan sommige artikelen een wetenschap
pelijk onderzoek ten grondslag, terwijl andere artikelen een praktischer inslag
hebben. Voor alle artikelen geldt datze inhoudelijk gezien een bijdrage leveren aan de
discussie die over het behoud van particuliere archieven gevoerd wordt. Artikelen die
dit niet konden, zijn niet opgenomen. Wij hopen dat u veel genoegen ondervindt in
het lezen van de bijdragen en dat u eenzelfde plezierige ervaring heeft als wij hadden
bij het samenstellen van de bundel.
Bij ons als redactie blijft na de totstandkoming van dit jaarboek de gedachte over
particuliere archieven hangen dat het altijd nodig is om na te blijven denken over de
plaats van deze bijzondere categorie van archieven in ons archiefbestel en de wijze
waarop wij het behoud ervan organiseren. Dit is temeer nodig daar in een periode
van economische spanningen het belang van verwijderen van particuliere archieven
naar de achtergrond dreigt te verdwijnen. Zonder deze discussie en te nemen conse
quenties dreigt in de toekomst veel waardevol materiaal verloren te gaan. Wij roepen
daarom op tot het maken van keuzes, het tonen van durf en een grote(re) mate van
samenwerking.
Theo Vermeer (eindredacteur)
Petra Links
Justin Klein
WOORD VOORAF
10
THEO VERMEER, PETRA LINKS EN JUSTIN KLEIN
11