dergelijke wettelijke bepalingen van kracht. Niet in al deze landen liggen hier grote politieke omwentelingen, zoals nation building, aan ten grondslag, maar spelen ook andere zaken een rol. De ontwikkeling van de archiefwet van Suriname past bijvoor beeld in een breder plan dat de slechte staat van het archiefwezen in dit land moest verbeteren. Ook in Nederland is de aanleiding voor de wettelijke bescherming van particuliere archieven niet politiek van aard. Hier spelen vooral culturele veranderin gen een rol bij de vraag om wettelijke bescherming van particuliere archieven.31 De beschermende bepalingen in de wetten hebben veel overeenkomsten met de in Nederland geldende voorschriften voor gebouwen en objecten die vallen onder de Monumentenwet en de WBC. Alle wetten gaan uit van de bescherming van de parti culiere archieven, maar leggen geen verplichtingen op ten aanzien van een verplichte acquisitie van de documenten door een archiefbewaarplaats. Wel zijn er binnen de wetten verschillende gradaties aan te geven. Het meest vrijblijvend is de archiefwet van Jamaica. Deze gaat niet verder dan het bevoegd verklaren van de archivist om particuliere archiefbescheiden te acquireren, maar verbindt daaraan geen verplich tingen, noch ten aanzien van de archivaris, noch ten aanzien van de eigenaar.32 De archiefwet van Hongarije is daarentegen in dit opzicht het meest verstrekkend: het Hongaarse Bureau voor de Bescherming van Cultureel Erfgoed is bevoegd de eige naar van als beschermd aangewezen archiefbescheiden te verplichten de stukken over te brengen naar het nationaal archief van Hongarije voor het maken van kopieën. Het nationaal archief regelt in deze situatie in overleg met de eigenaar het transport van de archiefbescheiden en is vervolgens verplicht de reproducties perma nent te beheren. De eigenaar heeft het recht te bepalen wanneer het archief open baar wordt en of onderzoekers wordt toegestaan kopieën van de bescheiden te maken.33 In de wetgeving is het bij houden van een register voor particuliere archieven die als beschermd zijn aangemerkt, vastgelegd. Zo verplicht de Israëlische archiefwet het Israëlische staatarchief tot het bijhouden van een register met particuliere archieven die van historisch belang zijn, om zo eigenaren te stimuleren hun archieven over te dragen.34 Ook de nationale archivaris van Zuid-Afrika houdt een register bij van par ticuliere archieven die volgens hem van blijvende waarde zijn.35 In Suriname is de minister die is belast met de zorg voor het archiefwezen verantwoordelijk voor de registratie. Hij stelt vast welke particuliere archiefbescheiden van bijzondere beteke nis zijn voor het cultureel-historisch erfgoed van Suriname en neemt deze op in het nationale register als de eigenaar met registratie instemt. Geeft de eigenaar hiervoor geen toestemming, dan bepaalt uiteindelijk de president of het archief in het register opgenomen moet worden.36 Opvallend is dat er in Noorwegen één registratie is voor zowel particuliere als overheidsarchieven, het Archives System to All (ASTA).37 De aard van de beschermende bepalingen voor archieven die vastgelegd zijn in het register loopt uiteen. In Hongarije zijn eigenaren van als beschermd aangewezen archieven verplicht hun archieven eerst aan te bieden aan het nationaal archief en de aankopende partij ervan in kennis stellen dat het om een beschermd archief gaat. Voor het uitvoeren van als beschermd aangewezen archieven naar het buitenland moeten eigenaren bovendien een vergunning aanvragen bij het nationaal archief van Hongarije of bij een lokale archiefbewaarplaats.38 In Zuid-Afrika is het verboden archieven die zijn opgenomen in het nationaal register te vernietigen of uit te voeren zonder de National Archives Advisory Council (een adviescollege dat de minister adviseert over het archiefwezen) ten minste 90 dagen daaraan voorafgaand in te lichten en zonder daarvoor goedkeuring te hebben gekregen. Op overtreding van dit artikel staat een geldboete.39 In Suriname is het eveneens verboden particuliere archiefbescheiden die zijn opgenomen in het nationaal register te vernietigen, te vervangen, te wijzigen of te ordenen zonder voorafgaande toestemming van de nationale archivaris. De minis ter, die over het archiefwezen gaat, wordt geadviseerd door een Nationale Archiefraad en kan hetbesluitvan de nationale archivaris herroepen als het belang van het behoud van de archiefbescheiden in goede, geordende en toegankelijke staat niet opweegt tegen het belang van de eigenaar om over zijn archiefbescheiden te beschikken. Indien de eigenaar van particuliere archiefbescheiden die zijn opgeno men in het nationale register, verhuist of de archiefbescheiden aan iemand wil schenken, is hij verplicht hieraan voorafgaand de nationale archivaris hiervan op de hoogte te brengen. Bovendien is iedereen verplicht de nationale archivaris ervan in kennis te stellen als hij archiefbescheiden te koop aanbiedt die in het nationale regis ter van Suriname zijn opgenomen. Tot slot is het in Suriname verboden particuliere archiefbescheiden die zijn opgenomen in het nationaal register uit te voeren zonder voorafgaande toestemming van de minister. Op overtreding van deze bepalingen staat evenals in Zuid-Afrika een geldboete.40 Helaas is er weinig studie gedaan naar de effectiviteit van de beschermende bepalin gen op het daadwerkelijke behoud van de particuliere archieven. Maar in dit licht is de opmerking van de Noorse historicus en archivaris Naess opvallend. Hij stelt dat hoewel de nationale archivaris in Noorwegen bevoegd is om eigenaren te verbieden hun archieven te vernietigen, diens autoriteit in de praktijk zwak is: "Even though the National Archivist has the opportunity to prohibit private archive owners from shredding their archives, this authority is of a rather weak character, so that for all practical purposes the saving of non-governmental archives within public reposito ries is normally the result of voluntary agreements between the firm or society on one hand and the archives institution on the other."41 Het centrale belang van het vertrouwen van de eigenaar De opmerking van Naess laat zien dat in Noorwegen, ondanks de aanwezigheid van een archiefwet met beschermende bepalingen ten aanzien van het behoud van parti culiere archieven, de eigenaar nog altij d een cruciale rol speelt bij het behoud van zijn archieven. Een overdracht van een archief aan een archiefbeherende instelling komt alleen tot stand als de eigenaar er zelf achter staat. Dit blijkt ook uit de ervaringen die categoriale instellingen in Nederland hebben met de verwerving van archieven.42 Zowel het IISG, Aletta en het NIOD leggen prioriteit bij het onderhouden van goede MAATSCHAPPELIJK EN PARTICULIER ARCHIEF 31 Zie visie Paul Klep, hoofdstuk 1. 32 Archiefwet Jamaica, The Archives Act (1984), artikel 8. 33 Archiefwet Hongarije, artikel 33. 34 Mossek en Budowski, 'Private Papers and Archives in Israel' 236-237. 35 Archiefwet Zuid-Afrika, artikel 14.5. 36 Archiefwet Suriname, artikel 50 37 Nsess, 'Overview of Business Archives in Norway' 2. 38 PETRA LINKS PRIVÉPAPIEREN IN BEWARING 38 Archiefwet Hongarije, artikelen 6 en 34. 39 Archiefwet Zuid-Afrika, artikel 14.6. 40 Archiefwet Suriname, artikelen 50, 52 en 53. 41 Nsess, 'Overview of Business Archives in Norway' 2. 42 Voor de totstandkoming van mijn scriptie 'Privépapieren in bewaring' bestudeerd ik drie categoriale instellingen als casus: het Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG), NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies en Aletta Instituut voor vrouwengeschiedenis. Tijdens mijn onderzoek hield ik verschillende interviews met medewerkers van het IISG en Atria. 39

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2012 | | pagina 21