draait, zonder alle technische opsmuk en leuke kleurverloopjes daaromheen: een ontwikkeling waarbij het internet verandert in een plek waar meedoen voorop staat. Voorheen passieve consumenten worden nu zelf producenten, personalise- ren hun online werkterrein, verenigen zich in community's en gaan aan de slag. Ze uploaden nieuwe content, bewerken andermans content, geven daarop reac ties, voegen trefwoorden toe, leggen verbanden, waarderen informatie en bouwen gezamenlijk aan mooie producten en diensten. En ook archivarissen kunnen en mogen meedoen! Als gewone deelnemer, als specialist of als professional met autoriteit: hun nieuwe rol zullen archivarissen zelf moeten ontdekken. De archivaris als deelnemer? Archieven zijn niet de enige traditionele instituten die met deze uitdaging gecon fronteerd worden. Bekend zijn de worstelingen van de gedrukte media, zoals kranten en boeken, met digitale ontwikkelingen, of de problemen waarmee de muziekindustrie zichzelf geconfronteerd ziet. Oude zekerheden blijken onzeker geworden, nieuwe bestaansvormen (en business models) worden gezocht. Daarbij kruipen de wereld van Web 1.0 en Web 2.0 steeds dichter naar elkaar toe. Sprekend voorbeeld hiervan is nog steeds de verhouding tussen - beide werden al genoemd - een oude waarde als de Encyclopaedia Britannica en nieuwlichter Wikipedia. Die laatste is zonder twijfel het meest succesvolle communityproduct tot nu toe, maar deze zogenaamd 'vrije encyclopedie' ziet zich hoe langer hoe meer genoodzaakt hiërarchie aan te brengen in haar eigen organisatie (of het gebrek daaraan). Was enige tijd geleden iedereen nog gelijk, tegenwoordig is er een kerngroep van moderatoren (de zogenoemde Wikipedianen), die net iets meer te vertellen heeft dan willekeurige andere gebruikers. Ook zijn sommige artikelen niet zomaar meer door iedereen te wijzigen en wordt de encyclopedie meer en meer een gesloten bolwerk van een oude groep gebruikers.8 Brittanica daarentegen - tot voor kort een onneembare vesting voor de normale gebruiker - heeft de deuren inmiddels op een kier gezet voor de commentaren van Jan en Alleman op de lemma's van deskundigen.9 Het voorbeeld van Wikipedia raakt aan een van de kernvragen waarop we een ant woord zullen moeten geven: doe je als archivaris of zelfs als archiefbeherende instelling mee aan het sociale web of niet? Of is dit eigenlijk wel een keuze? Is niet-participeren nog een serieuze optie? Want of je Wikipedia nu ziet als een ver schrikkelijk medium waar iedere leek eindelijk z'n podium om vanaf te schreeu wen heeft gevonden, of als je Wikipedia ziet als innovatief project om onze gezamenlijke kennis te bundelen, feit is dat de encyclopedie massaal gebruikt wordt en wie via Google zoekt naar historische informatie komt eerder uit bij Wikipedia dan bij de website van een archiefdienst. Dit klinkt misschien als een dwingende boodschap om met deze wind mee te zeilen, maar feitelijk hebben archieven natuurlijk altijd al geprobeerd maatschappelijk relevante ontwikkelin gen te volgen en daarop te anticiperen. CHIDO HOUBRAKEN, CHRISTIAN VAN DER VEN, M.M.V. INGMAR KOCH DE SOCIALE ARCHIVARIS 9 'Britannica's New Site: More Participation, Collaboration from Experts and Readers', Britannica Blog (3 juni 2008) http://www.britannica.eom/blogs/2008/06/britannicas-new-site-more-participation- collaboration-from-experts-and-readers (laatst geopend 1 februari 2010). 53

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2010 | | pagina 55