ven en aanverwante instellingen, inclusief de manier waarop deze zijn georgani seerd en door de overheid worden gereguleerd. Er werden 725 mensen uitgenodigd om aan het onderzoek mee te doen. Het ging daarbij om een kleine zeshonderd individuele beroepsbeoefenaren die lid waren van de KVAN en die bevraagd werden uit hoofde van hun professie. De overige vragenlijsten werden uitgezet onder de diensthoofden van Nederlandse archief instellingen, die samen de branche vormen en het instellingsperspectief vertegenwoordigen. Van de uitgezette vragenlijsten werden er 310 ingevuld en teruggestuurd. Hieronder worden de uitkomsten van het onderzoek kort weergegeven.3 De verantwoordelijkheid voor en het beheer van overheidsarchieven Bijna alle respondenten vonden dat de verantwoordelijkheid voor het beheer van overheidsarchieven een overheidstaak moet blijven. Bijna tweederde was van mening dat daarnaast ook het beheer zelf een overheidstaak moet blijven. BRAIN-leden stonden vaker open voor wijzigingen op dit punt dan KVAN-leden. De verantwoordelijkheid voor en het beheer van particuliere archieven Ruim driekwart van de respondenten, BRAIN-leden iets meer dan KVAN-leden, meende dat de overheid de verantwoordelijkheid moet nemen voor het beheer van particuliere archieven die van belang zijn voor de Archiefcollectie Nederland. Vooral respondenten die zelf in het openbaar archiefwezen werken, waren die mening toegedaan. Er was verschil van mening over de vraag of de overheid het beheer van particuliere archieven ook zelf ter hand moet nemen. Een krappe meerderheid (55%) vond van wel; deze respondenten kwamen vooral uit het openbare archiefwezen. Van de 21% die vond dat hier geen taak is weggelegd voor de overheid, werkten veel mensen in de private sector. De overheidsverantwoordelijkheid voor archieven nader beschouwd Ongeveer 36% van de respondenten zag de verantwoordelijkheid voor archieven bezien vanuit de optiek van bedrijfsvoering, bewijsvoering en democratische con trole het liefst liggen bij de beide ministers die die verantwoordelijkheid nu samen dragen: die van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) en de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK). De overige respondenten pleitten voor wijziging ten opzichte van de huidige situatie: 28% vond dat deze verantwoordelijkheid bij de minister van BZK moet liggen, 18% zag deze liever bij de minister van OCW en 16% prefereerde hier het gezag van de minister van Algemene Zaken. Er waren daarbij kleine verschillen waarneembaar tussen KVAN- en BRAIN-leden. Ten aanzien van de verantwoordelijkheid voor archieven vanuit de optiek van het cultuurbeleid vond ruim tweederde van de respondenten MARGREET WINDHORST BRANCHE EN PROFESSIE: SAMEN STERK de Wob, de privacywetgeving en de Archiefwet 1995. Waar nodig zullen wij ook de regelgeving aanpassen voor de accentverschuivingen die wij met dit beleid en deze actielijnen beogen. Daarbij kunnen ook archief- wettelijke begrippen verduidelijkt worden. 2 De bindende kracht van BRAIN. Beleidsplan 2008-2009, p. 12. 3 Conclusies en cijfers ontleend aan het rapport De achterban over het archiefbestel. Eindrapport over een digi tale peiling in opdracht van BRAIN/KVAN van Bureau ART (Gouda, december 2008). 269

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2010 | | pagina 271