dings- en trainingsprogramma voor het Kroatische archiefwezen opgezet zou kunnen worden. Het train-the-trainer concept van de ICA vormde het uitgangs punt voor het onderzoek. Dat hield in de vooronderstelling van de (gespreide) aanwezigheid van kennis, de beschikbaar van trainers, de transformatie van de archiefdienst naar een lerende organisatie en de ontwikkeling van een leeromge ving. Een aantal groepsinterviews in drie verschillende rijksarchieven (Zagreb, Osiek en Pazin) nuanceerde niet alleen het beeld van de enquête, maar bevestigde ook de hypothese dat de medewerkers gezamenlijk over voldoende kennis en lerend vermogen beschikten om aan de kennisbehoefte te kunnen voldoen. Een tweedaagse workshop in Zagreb in september 2008 rond onderkende prioriteiten (problemen) versterkte dat beeld. De deelnemers, afkomstig uit alle rijksarchie ven, waren als groep bovendien heel goed in staat cursussen te ontwerpen en deze in Moodle uit te zetten. Het onderwerp was inmiddels al niet meer beperkt tot records management, maar uitgebreid tot alle mogelijke beroepsgerichte onder werpen, van inspectie tot toegankelijk maken, van waardering en selectie tot de toepassing van ISAD. Wat van het ICA-project overeind bleef was het concept van train-the-trainer. Het vergroten van de kennis van een organisatie hoeft niet altijd te betekenen het inhuren van externe docenten, maar kan in veel gevallen effec tiever georganiseerd worden door interne experts te trainen in het geven van onderwijs. Dat de Kroatische archieven uiteindelijk niet voor Moodle kozen, maar voor een systeem dat direct op het bestaande archiefbeheersysteem aansluit, deed aan de opzet niets af. Op de conferentie in Dubrovnik, waarmee het project in april 2009 formeel werd afgesloten, presenteerde de betrokken medewerker een duidelijk in het beleid ingebed leerprogramma. dNA In verband met de ingebruikname van het digitaal depot onderkende het Nationaal Archief in 2008 de noodzaak van een trainingsprogramma voor de eigen medewerkers. In nauw overleg met het 'consortium' aan welk de opdracht tot ontwikkeling van het programma werd gegund, werden doelen ruimer gesteld. Het Nationaal Archief maakt grote veranderingen door, vormgegeven in het pro gramma digitaal Nationaal Archief (dNA). Alle medewerkers krijgen daarmee te maken en dienen bijgeschoold te worden, afhankelijk van functie en verworven kennis.10 Omdat er sprake is van continuous education, gaat het niet om eenmalige activiteiten, maar om de opzet van een aanpasbare, herbruikbare leeromgeving. Gelet op de ervaringen in voorgaande projecten lag daarvoor de keuze van Moodle voor de hand. Speciaal voor het Nationaal Archief werd een site ingericht. De toepassing van de huisstijl geeft de Moodle site een voor de medewerkers her kenbaar, eigen gezicht. In eerste opzet dient de site als een platform voor de cur sussen en het bijbehorende materiaal. De ontwikkelaars en trainers gebruiken het ook voor onderlinge communicatie. Een voorzichtige aanzet is gemaakt met blogs, discussielijsten en wikis. De noodzaak om op korte termijn alle medewerkers de noodzakelijke cursussen te laten volgen, belemmert nog de uitbouw van Moodle als platform voor samenwerking en organisatie leren. De korte doorlooptijd van PETER HORSMAN LEREN DUURT EEN LEVEN LANG. EEN ARCHIEFDIENST ALS LERENDE ORGANISATIE - 9 Het MATRA project had als doel het Kroatische archiefwezen op een hoger niveau te brengen. Het project werd uitgevoerd door het Nationaal Archief. Drs. Roelof Hol was projectleider. Voor de Archiefschool voerde ik de activiteiten uit. 10 Zie voor het project het artikel van Hans Hofman, elders in dit Jaarboek. 173

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2010 | | pagina 175