Het'geheime'archief van de'Commissie-Beel" Inleiding Midden jaren 1950 zijn er toestanden op Soestdijk. Het koninklijk paar verzoekt in juni 1956 de Ministerraad te bemiddelen. De op dat moment demissionair minister-president Willem Drees wil, kan of mag geen politieke verantwoorde lijkheid dragen. Opmerkelijk, want 'de toestanden' kunnen een bedreiging zijn voor de monarchie. De zaak wordt afgedaan als een privé-aangelegenheid, waar voor en waardoor de ministeriële verantwoordelijkheid niet ter zake doet. Om de door het koninklijk paar verzochte bemiddeling vorm te geven, wordt een com missie samengesteld; de 'Commissie-Beel' is op 29 juni 1956 een feit, een rapport zal volgen. Een rapport over een affaire die bekend zal worden als de Hofaffaire of ook wel de Greet Hofmans-affaire. Om het privékarakter van de aangelegenheid te benadrukken leggen de drie leden van de commissie hun openbare functies neer. Voor de commissie zijn, zo is bekend, hand en spandiensten verleend door ambtenaren. Daarnaast, en dat is opvallend voor een zogenaamde privé- aangelegenheid, volgt Drees de zaak zeer nauwlettend. Of eigenlijk, hij zit er op als een bok op de haverkistde 'privé'-belangen zijn kennelijk zo groot dat 'de' politiek in het algemeen en enkele politieke kopstukken in het bijzonder, zich niet afzijdig houden, ook al wordt in de media -op nadrukkelijk verzoek van de regering- aan de kwestie niet of nauwelijks aandacht geschonken. Een privéaangelegenheid met veel actoren Rondom het ontstaan en beheer van het rapport zijn verschillende personen en organisaties (rechtsobjecten) als actoren actief. Om te beginnen de koninklijke: mevrouw Juliana van Lippe-Biesterveld-van Mecklenburg en de heer Bernhard van Lippe-Biesterfeld, al dan niet in de hoedanigheid van Koningin der Nederlanden, respectievelijk Prins der Nederlanden. Dan de drie leden van de commissie. Buiten naamgever L.J.M. Beel (van 1946 tot 1948 premier), P.S. Gerbrandy (van 1940 tot 1945 premier van de 'Londense kabinetten') en A.W.L. Tjarda van Starkenborgh Stachouwer (van 1936 tot 1945 gouverneur- generaal van Nederlands-Indië). HANS WAALWIJK 1 Dit artikel is gebaseerd op de artikelen "Het 'geheime' archief van de 'Commissie-Beel'" in Ars Aequi, Juridische studentenblad 56, juli/augustus 2007) p. 598-600 en "Het Kabinet der Koningin in spagaat geen bestuursorgaan maar wel overheidsorgaan", in Ars Aequi 56, (december 2007) p. 961-962. Vlak voor het ter perse gaan van het jaarboek, is het rapport van de 'Commissie-Beel' integraal gepubliceerd; Zie C. FasseurJuliana <Sc Bernhard. Het verhaal van een huwelijk. De jaren 1936-1957. (Amsterdam 2008). Het rapport lijkt een vooral privaat karakter te hebben, hetgeen niet wegneemt dat er ook staatsrechterlijke aspecten in worden behandeld. De publicatie van de inhoud van het rapport staat echter los van de archiefwettelijke status daarvan. Bijgevolg blijft dit artikel actueel. 79

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2006 | | pagina 81