De Franse archiefpraktijk is volgens Combe niet gericht op openbaar maken,
maar op verbergen en geheim houden. Van documenten die niet expliciet open
baar zijn gemaakt, wordt geen melding gemaakt. Zodoende blijft in Frankrijk het
bestaan van veel archiefdocumenten onbekend. Combe noemde in dit verband
een kaartsysteem van Joodse burgers, dat op die manier in de vergetelheid raakte.
De Franse wetgeving is volgens haar de minst liberale van Europa.
Reacties op 'Archives interdites'
De aanklacht die Sonia Combe onder woorden bracht in haar boek leidde tot
nogal wat beroering in het Franse archivistische en historische vakgebied. Enkele
maanden na verschijnen van het werk, opende de 'Association des archivistes
francais' met een eensgezind commentaar het julinummer van 'La Gazette des
Archives'.27 Deze reactie is ronduit sarcastisch van toon. De archivarissen
verzetten zich fel tegen de van hun geschetste karikatuur van slippendragers van
de macht. Volgens het artikel ziet Combe een complot waarbij de fragiele geloof
waardigheid van de staat enkel in naam zou kunnen blijven voortbestaan door
het verraad van zijn klerken. Combes wens voor openstelling van de archieven
wordt geridiculiseerd: "In naam van de heilige rechten die hun zijn toegevallen
door de oneindig durende pijnen, eisen de slachtoffers van de geschiedenis of hun
nakomelingen in de vorm van geïmproviseerde historici een vrije toegang op tot
de archieven, die men hen goed kan toevertrouwen, al was het maar om de
praktijk aan te passen aan die van minder elitaire democratieën of minder
gecompromitteerde elites".28 Combes werk wordt onder andere ongenuanceerd,
gespeend van gevoel voor humor en neigend naar paranoia genoemd. Hoewel
haar initiatief persoonlijk is, wordt het geplaatst in een breder perspectief van
jaloerse aanvallen op de competentie van het archivistisch vakgebied vanuit de
vakbroeders van bibliotheekwetenschap en geschiedenis. Combes oproep om
de bronnen van-, en het debat over de geschiedenis voor iedereen die dat wil, open
te gooien, staat haaks op wetenschappelijk verantwoord onderzoek, en kan leiden
tot een chaos zoals is ontstaan in de Verenigde Staten, waar een (onwenselijk)
debat is losgebarsten over de herinnering aan de atoombombardementen op
Hiroshima en Nagasaki, zo betoogt de beroepsvereniging. De aanval van Combe
wordt door de vereniging van archivarissen persoonlijk opgevat. Ze komt van
"een auteur die ons zeker niets goeds wenst". Echt inhoudelijk gaat het artikel
verder niet in op de vermeende cultuur van geheimhouding en onthouding aan
de gewone burger van zijn recht op toegang. Het blijft bij een ferme oproep om in
de dagelijkse praktijk nog eens te laten zien dat de Franse archivaris competent en
integer zijn werk doet, en dat deze veel beter in staat is moeilijke beslissingen te
nemen over inzage en toegankelijkheid dan niet-ingewijden in dit vakgebied.
Dat de zienswijze van Combe zeven jaar na het verschijnen van Archives interdites
nog steeds omstreden is, toont een bespreking van een herdruk van het boek door
de historicus Sébastien Laurent, uit 2001 aan.29 Wat opvalt bij lezing van de
bespreking van het boek van Combe door Laurent, is dat ook hij voorbijgaat aan
het door Combe geconstateerde oneigenlijke gebruik van de uitzonderings-
173
JAAP VAN RIJSWIJCK OPENBAARHEID VAN OVERHEIDSDOCUMENTEN EN ARCHIEVEN IN FRANKRIJK
27 'Le bureau de l'Association des archivistes francais, "Archives interdites? A propos du livre récent de
Sonia Combe', La gazette des archives (1995) p. 233-237.
28 Ibidem, p. 234.
29 Sébastien Laurent, 'Dans les souliers de Charles Péguy?' op www.parutions.com/pages/l-4-95-3784.html.