inferior).*9 Op basis van een aantal uitzonderingsgronden kan men bepaalde informatie niet ter beschikking stellen aan burgers.50 Tevens vallen een aantal overheidsorganisaties op het gebied van (nationale) veiligheid en inlichtingen diensten niet onder de wet.51 Over deze uitzonderingsgronden wordt later meer gezegd. Records management Overheidsorganisaties dienen hun documenten zo gecatalogiseerd en geïndexeerd te hebben dat voldaan kan worden aan de RTI-ActTevens dienen alle documen ten die daarvoor geschikt zijn gedigitaliseerd te worden. Deze moeten worden opgenomen in een netwerkstructuur zodat de toegankelijkheid hiervan verbeterd wordt.52 Overheidsorganisaties dienen verder op basis van de RTI-Act veel gegevens rondom records management te publiceren. Zo staat er onder andere in dat de organisatie moet publiceren: Een verslag over de organisatie, de functies en verantwoordelijkheden; De taken en bevoegdheden van de ambtenaren; De regels, instructies, procedures enz. door de ambtenaren gebruikt in het werkproces; Een overzicht van de categorieën documenten in het bezit van de overheids organisatie; Loon en andere betalingen die ambtenaren maandelijks krijgen; Namen en contactgegevens van de verantwoordelijken voor de RTI-Act.53 Procesloop Overheidsorganisaties dienen een Public Information Officer (PIO) aan te stellen. Bij deze ambtenaar dient een burger zijn verzoek om informatie in te dienen. De PIO onderzoekt of er aan dit verzoek voldaan kan worden en draagt zorg voor de overdracht van de informatie. Indien deze informatie bij een andere overheids organisatie blijkt te berusten dan stuurt hij het verzoek binnen vijf dagen door naar de desbetreffende PIO. De centrale overheid heeft daarnaast een Assistant Public Information Officers (APIO). Deze is niet verbonden aan een specifiek departement, maar ontvangt eveneens verzoeken die hij doorstuurt aan het des betreffende departement.54 Binnen dertig dagen dient door een PIO voldaan te worden aan het verzoek om informatie. Wordt het verzoek doorgestuurd door een PIO of een APIO dan mag dit laatste vijfendertig dagen duren. Indien er sprake is van een levensbedreigende situatie of als de informatie noodzakelijk blijkt te zijn in een strafzaak dan dient deze binnen twee dagen boven tafel te komen.55 Aangezien er betaald moet worden voor het verzoek en de informatie die dit oplevert, wordt de tijd om deze financiële transactie(s) af te handelen niet meegenomen binnen deze termijnen. Bij de centrale overheid hanteert men het volgende tarief: tien roepies voor het MAAIKE BERGMANS, EVERT FLORIJN, MARIS KA HEI J MANS-VAN BRUGGEN, JULIA ROM IJN-WIXLEY, ARON DE VRIES VOORBIJ GEHEIMHOUDING IN HET GEMENEBEST RTlAct, artikel 2, lid h. 48 Ibidem. 49 RTIAct, artikel 22. 50 RTIAct, artikel 8. 51 RTI Act, artikel 24 en 'the second schedule'. 52 RTI Act, artikel 4 lid a. 53 RTI Act, artikel 4 lid b. 54 RTI Act, artikel 5 en 7. 55 RTI Act, artikel 5, 7 en 24. 149

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2006 | | pagina 151