moment moeten we echter constateren, dat de sites nog niet de unieke neerslag van overheidshandelen bevatten, behalve dan van de communicatie van de over heid met burgers en derden. Wel kunnen ze interessant zijn uit cultuur-historisch oogpunt, reden waarom wij dan ook overwegen om regelmatig (bijvoorbeeld eens per jaar) 'snapshots' van de sites van de gemeentelijke diensten te laten maken en die bij het archief van de organisatie te voegen. We willen daarnaast op het belang wijzen van websites voor niet-overheidsarchief. Veel organisaties, bijvoorbeeld ook migrantenorgani saties, voeren een website terwijl ze anderszins vaak geen goed bijgehouden archief hebben, en ook niet over een andere vorm van periodieke berichtgeving beschikken die we zouden kunnen collectioneren om zo een beeld van hun ontstaan en functioneren te kunnen behouden. Websites kunnen dus met name uit cultuurhistorisch oogpunt op onze belangstelling rekenen. Wat betreft de technologie van het preserveren wordt allerwegen gewezen op het betrekkelijk eenvoudige en goed beschikbare instrument HTT*-track; het probleem dat Albert Meijer noemt om ook de links te bewaren, wordt hiermee overigens niet opgelost. Digitale kaarten: Geografische informatiesystemen (GIS) en grafische informatiesystemen (CAD) Onze ervaring met digitale kaarten staat nog slechts in de kinderschoenen. De periodieke systematiek van de verwerving zal hier waarschijnlijk niet voor problemen zorgen, omdat de 'papieren' kaart immers ook telkens nieuwe uit gaven kende. Het is natuurlijk wel zaak om te bepalen of we alle nieuwe versies van de digitale kaart gaan verwerven, of slechts die aan bepaalde criteria voldoen. Een specifiek probleem zou kunnen zijn, dat er op dit moment nog geen officiële GIS-standaardformaten voor zijn. Desalniettemin lijken de standaarden zich meer en meer af te gaan tekenen. Hetzelfde lijkt voor Computer Aided Design (CAD)-tekeningen te gelden. Onze archiefvormers (in dit geval met name de afdelingen Bouw- en Woningtoezicht van de stadsdelen) worden nu door aanvragers van vergunningen benaderd met de vraag of in plaats van teke ningen ook CAD-bestanden (d.w.z. de door architecten gemaakte bestanden met bouwtekeningen) mogen worden aangeleverd en uiteraard mag, nee MOET dat als het de originelen betreft (en dat doet het) en zullen we daar als archivarissen op moeten inspelen. Een CAD-bestand geeft immers veel meer en veel toeganke lijker informatie over het te bouwen object dan tekeningen, alle reden dus om de voorkeur te geven aan het CAD-bestand als origineel en te bewaren archiefbe scheid boven de tekening, in feite de kopie van het bestand. Statistische bestanden Een bezoek aan de digitale afdeling van het archief van de Bondsrepubliek heeft in 2000 mijn warme belangstelling voor statistische bestanden gewekt, omdat daar zeer intensief werd gewerkt aan het preserveren en toegankelijk maken van nogal 'hot' materiaal, namelijk een heel groot aantal statistische bestanden die door de DDR vanaf de zeventiger jaren waren aangelegd over allerlei aspecten van het Oost-Duitse leven. De Oost-Duitsers, zo wisten onze Bundesarchiv- collega's te vertellen, waren dol op statistiek en legden alles wat maar cijfermatig te benoemen is, dan ook op die manier vast. Of het nu ging om het aantal en soort lidmaatschappen van verenigingen van hun prominente partijleden of om het aantal en soort incidenten die door de jaren heen plaatsvonden aan de Oost- Duitse zijde van de Muur, het werd allemaal zo nauwkeurig mogelijk vastgelegd. Natuurlijk was er meteen na de val van de muur grote belangstelling van onderzoekers en zagen de archivarissen zich dus niet alleen gedwongen om een oplossing te vinden voor de preservering van deze - op toen (1989) al zeer verou derde IBM-mainframetapes vastgelegde - bestanden, maar ook voor het ter beschikking stellen ervan. Dat laatste wordt gedaan door de bestanden op CD ter beschikking te stellen, samen met (moderne) statische programmatuur om de bestanden te ontsluiten. In Amsterdam constateren we ten aanzien van de statistische bestanden die door het bureau Onderzoek en Statistiek en zijn voorganger zijn gemaakt en nu naar GAA zullen worden overgebracht, dat ten eerste (de toelichting op) de metadata van de gegevenscategorieën nogal eens ontbreken en/of onduidelijk zijn, maar dat verder de vraag rijst, in hoeverre deze bestanden voor de bezoeker iets toe voegen aan de (nogal uitgebreide) onderzoeksrapporten in boek- of schriftvorm die wij al in onze collecties hebben opgenomen. Het antwoord hangt natuurlijk enerzijds van het soort publiek en zijn wensen af, en anderzijds van de toeganke lijkheid van het materiaal. Wanneer de mankementen in de metadata te groot zijn, dan kunnen we ons de moeite van het bewaren uiteraard beter besparen. We vrezen dat ons publiek wel eens teleurgesteld zou kunnen zijn in de gegevens, vooral omdat de manier van verzamelen door de jaren heen niet uniform is geweest. Voor de technologische preservering geldt overigens min of meer hetzelfde als voor wat over databases is gezegd. Digitale foto's In de gemeente (bij andere overheden zal dat niet anders zijn) wordt steeds meer digitaal gefotografeerd, en daarmee is de noodzaak ontstaan om deze digitale foto's op een goede, geordende en toegankelijke wijze te kunnen bewaren. Wat betreft de bestandsformaten en de techniek om deze foto's te bewaren is er m.i. een specifieke probleem: de 'Regeling geordende en toegankelijke staat' schrijft PDF en TIFF als bestandsformaten voor, terwijl het meest gebruikte formaat JPEG is. Inhoudelijk: we merken nu dat fotografen die digitaal fotograferen, veel meer beelden opleveren dan de 'ouderwetse' op film fotograferende vakbroeders. Daarom moet de selectie na de creatie intensiever zijn, willen we tenminste hetzelfde resultaat krijgen: een goed geselecteerde verzameling foto's, die het bewaren waard zijn en geen doublures vertonen. Verwerven van digitale archiefbescheiden in het algemeen In vogelvlucht is hierboven een en ander gezegd over vóórkomen en waarde van verschillende digitale bestandstypen bij de archiefvorming van de overheid, met enige nadruk op de gemeente. Moraal van het verhaal is, dat we hopeloos in de DE TOEPASSINGSPRAKTIJK 174 CAROLIEN SCHÖNFELD DIGITALE ARCHIEVEN VERWORVEN EN GEWAARDEERD 175

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2004 | | pagina 89