Overzicht 2 Bij het stellen van consultation-vragen wil de grootste groep vraagstellers (8 van de 19) een advies van de archivaris. Ze willen dan meestal weten hoe ze het beste kunnen zoeken naar een bepaald archiefstuk in een archief, maar ook hoe ze iets op de website kunnen vinden. Als belangrijkste givens geeft men naam, plaats, gebeurtenis en datum, waarbij in alle 8 vragen een naam als given wordt gegeven. Plaats, gebeurtenis en datum worden vermeld in respectievelijk 63%, 38% en 50% van de vragen in deze subcategorie. In 11 van de 15 user education-vragen wilde men biografische informatie. Ik sluit mij aan bij de veronderstelling van Duff en Johnson, dat deze verzoeken voornamelijk van beginnende genealogen afkomstig zijn. Dit is af te leiden uit het feit dat weliswaar naam, datum, plaats en gebeurtenis de meest gebruikte givens zijn, maar dat men in het algemeen geen specifieke documenten of bronnen noemde. In 82% van de vragen werd de datum vermeld. Hier wreekt zich het gebruik van verzameltermen. In 6 van de 9 vragen naar biografische informatie waarin als given de verzamelterm datum is vermeld, werd slechts een jaar of een bepaalde periode genoemd. In overzicht 3 worden de percentages weergegeven. Overzicht 3 In de categorie administrative/directional vormen de vragen naar algemene informatie de grootste subcategorie: 15 van de 34 vragen. De givens onderwerp, naam, plaats en archiefstukken worden hierin het meest door de vraagstellers vermeld: respectievelijk 93%, 33%, 27% en 27%. Procedurele vragen vormen de tweede grote subcategorie binnen administrative/directionahll van de 34 vragen. Onderwerp, naam, archief (inclusief archiefomschrijving) en archiefstukken worden het meeste vermeld: respectievelijk 73%, 36%, 36% en 36%. Dat archief stukken en archief met name in deze categorie tot de top 4 van de givens behoren is op zich logisch. Men wil inzage in dossiers of op de hoogte gesteld worden van de regels met betrekking tot bewaartermijnen en geeft daarbij aan om welke stukken of om welk archief het gaat. Duff en Johnson besteden in hun artikel overigens geen aandacht aan deze categorie. Samenvattend kan gezegd worden dat overeenkomstig de resultaten van het onderzoek van Duff en Johnson en voorgangers uit dit onderzoek naar voren kwam, dat vraagstellers namen, plaatsen, data, gebeurtenis, onderwerp en archief of archiefstukken (als given en wanted) in hun vragen gebruiken. Naam, plaats, datum en gebeurtenis zijn de meest gebruikte givens. Een uitzondering hierop vormen de subcategorieën algemene informatie en procedurele vragen uit de administrative/directional-categorie en in mindere mate de subcategorie archiefstukken van de resource discovery questions. Daar behoren onderwerp, archief en archiefstukken respectievelijk onderwerp en gebeurtenis tot de 4 meest gebruikte givens. Deze conclusie was op zich te verwachten aangezien de meeste door onder zoekers gebruikte termen door mij vertaald werden naar deze verzameltermen. Zo treedt er een effect op van self-fulfilling prophecy. Suggesties met behulp van de resultaten uit het onderzoek In hoeverre kunnen nu de resultaten van dit op de classificatiemethode gebaseer de onderzoek, worden gebruikt om onderzoekers met verschillende onderzoeks- competenties beter van dienst te zijn?. Deze vraag heb ik aan de hand van de website van het Nationaal Archief proberen te beantwoorden. Doordat ik mijn onderzoek moest begrenzen en over weinig onderzoekstijd beschikte heb ik niet uitvoerig, dat wil zeggen per subcategorie, onderzocht of mensen hun informatie van de website hadden kunnen halen.8 De conclusies in deze laatste paragraaf zijn daarom globaal en zouden in een eventueel vervolgonderzoek kunnen worden uitgewerkt. De Beleidsverkenning Nationaal Archief 2002-2005 laat zien hoe het aanbod van digitale informatie van het Nationaal Archief in de jaren tot 2005 eruit moet gaan zien. Eén van de speerpunten is de ontwikkeling van een klanteninforma tiesysteem waarmee het aanbod van informatie snel en eenvoudig doorzocht kan worden op basis van nieuwe zoekingangen, onder andere op trefwoord.9 Deze zoekingangen kunnen worden gecreëerd op basis van de classificatie van Duff en Johnson. De website van het Nationaal Archief is nog voornamelijk informatief.10 Tot nu toe staan er slechts twee inventarissen op de website en kunnen enkele bestanden met persoonsgegevens online worden doorzocht. Voor de rest moet de onderzoeker het doen met een archievenoverzicht waarin kort iets over het archiefblok wordt vermeld. Op de website wordt door middel van informatie bladen, onderzoeksgids, een rubriek veel gestelde vragen en een helpdesk onder steuning geboden bij onderzoek. Door middel van kopjes boven de tekst moet ONDERZOEKERS IN EEN DIGITALE ONDERZOEKSOMGEVING Vraagcategorie: Resource discovery questions (n=31) Wanted: archiefstukken N=12 Giventerm Aantal Relatief Naam 11 92% Datum 8 67% Onderwerp 5 42% Gebeurtenis 3 25% Vraagcategorie: User education (n=15) Wanted biografische informatie N=ll Giventerm Aantal Relatief Naam 10 91% Datum 9 82% Plaats 7 64% Gebeurtenis 7 64% 188 SANDRA SACHER-FLAAT DE ONTSLUITING VAN ARCHIEVEN EN DE COMPETENTIE VAN DE GEBRUIKER 8 Dit onderzoek werd verricht in het kader van het college Archiefbenutting van de studie Archiefwetenschap aan de Universiteit van Amsterdam. 9 Beleidsverkenning Nationaal Archief 2002-2005.-geschiedenis binnen handbereik (Den Haag 2002) 23-24. 10 Zoals al in noot 5 is vermeld is deze paragraaf geschreven op basis van de vorige versie van de website van het Nationaal Archief. 189

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2002 | | pagina 96