zoekswerkplaats niet alleen een hele krachtige maar ook een heel aantrekkelijke educatieve omgeving wordt, die met elke andere educatieve omgeving kan concurreren. In een onderzoekswerkplaats wordt de dienstverlening anders georganiseerd dan in de informatiesupermarkt. In de informatiesupermarkt beleeft de klant vooral iets aan het product en in de onderzoekswerkplaats vooral aan het proces. In een informatiesupermarkt is de belangrijkste vraag: hoe krijgen we de informatie die de klant zoekt zo snel gevonden en zo goed gepresenteerd, dat de klant zich niet alleen goed bediend, maar ook entertained voelt? In een onderzoekswerkplaats is de belangrijkste vraag: hoe faciliteren we het onderzoeksproces zodanig, dat de klant de grootste kans op succes en de grootst mogelijke interpretatievrijheid heeft? Het type belevenissen dat je als archiefdienst wilt verkopen is bepalend voor de ontsluitingsstrategie die je toepast op je archiefbestanden. In een informatie- McDonald's moet je hapklare informatiebrokken kunnen genereren. Daar is het bij de ontsluiting van het materiaal vooral van belang dat je de informatie vanuit de verwachte vraag van de klant voorstructureert. In een onderzoekswerkplaats is de ontsluitingsstrategie, zoals ik al eerder opperde, vooral gericht op het over bruggen van de kloof tussen de onderzoekscompetenties die de gebruiker heeft en de onderzoekscompetenties die hij nodig heeft om het betrokken archief met vrucht te raadplegen. De meeste artikelen in deze bundel hebben betrekking op dit thema: op de moge lijkheid om de kloof tussen aanwezige en noodzakelijke onderzoekscompetenties van gebruikers in de dienstverlening van archiefdiensten te overbruggen. Dit heeft alles te maken met de ontstaansgeschiedenis van deze bundel. In de tweede helft van 2003 werd besloten om tussentijds een jaarboek over het gebruik van archieven te maken, nadat was komen vast te staan dat de kern van dit jaarboek zou kunnen bestaan uit bewerkingen van werkstukken die studenten archief- en informatiewetenschap aan de Universiteit van Amsterdam in het kader van mijn colleges archiefbenutting hadden gemaakt. De bijdragen aan deze bundel van Christian van der Ven, Joost Salverda, Herman Bongenaar, Marthe Tholen, Reijer Rutgers en Sandra Sacher behandelen allemaal manieren waarop archiefdiensten in een tekort aan onderzoekscompetenties bij hun bezoekers kunnen voorzien, omdat dat het onderwerp van dit college was. Ook het artikel over de functionele eisen voor een applicatie om in archief beschrijvingen te zoeken gaat van onderzoekscompetenties uit. Het is geschreven door een voormalige student archivistiek aan de Hogeschool van Amsterdam, Tamara Groot. Het is een bewerking van haar afstudeerscriptie, die door haar opleiding werd uitgeroepen tot het beste afstudeerproject van het jaar 2003 en bovendien met de Duparcprijs werd bekroond. Het studentenaandeel in dit jaarboek wordt gecompleteerd door artikel van Robert van Vuuren, dat een bewerking is van de doctoraalscriptie over 'De digitale voorouder' waarop hij in 2002 afstudeerde. Slechts twee van de veertien auteurs van dit jaarboek hebben jarenlange ervaring in het archiefwezen. Het zijn Fred Schot, projectleider bij de DIVA en verantwoor delijk voor de kwaliteitsprojecten en de ontwikkeling van het bezoekershandvest in het bijzonder, en Paul Post, hoofd van de afdeling Kennis en Informatie van het Theaterinstituut en uit dien hoofde ook verantwoordelijk voor de geïntegreer de ontsluiting van de talrijke gegevensbestanden via het internet. Zij schrijven over twee aspecten die in "Naar een nieuw archiefbestel" ook een prominente rol spelen: de ontwikkeling en implementatie van op het publiek gerichte kwaliteits standaarden en de integratie van verschillende typen van cultureel erfgoed. Jan Sas, docent publieksbegeleiding aan de Reinwardt Academie, de archiefschool voor museumprofessionals, belicht in twee artikelen de rol van het publiek in het beleid van erfgoedinstellingen en algemene methoden en technieken voor het doen van publieksonderzoek. Twee Engelstalige artikelen, van Yakel en van Duff en Johnson, vertegenwoordigen zoals gebruikelijk de internationale dimensie van dit jaarboek. Theo Thomassen WOORD VOORAF 10 11

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2002 | | pagina 7