Nieuwe standaards voor de archiefontsluiting De klassieke toegang is een gestandaardiseerde toegang. De algemene toepassing van de Handleiding heeft geleid tot een uniform inventarisatieproces, een uniform product en een uniforme bevraging. Toch vertonen de toegangen die volgens de klassieke regelen der kunst zijn vervaardigd een grote diversiteit. Dit doet afbreuk aan een uniforme en universele toegankelijkheid van archieven, zorgt bij archivarissen en archiefgebruikers voor veel verwarring en onbegrip en staat de reïntegratie van afgedwaalde en verspreide bestanddelen in de weg. Het gebruik van ICT maakt de verdere ontwikkeling van beschrijvingsstan daards nodig en mogelijk. Archivarissen kunnen alleen de duurzaamheid van digitale procesgebonden informatie garanderen als ze gebruik maken van beschrijvingsstandaards die onafhankelijk zijn van de gebruikte hardware en software. Alleen als ze de afzonderlijke entiteiten van het archiefsysteem en hun onderlinge relaties in gestandaardiseerde vorm beschrijven, kunnen ze de moge lijkheden van digitale toegangen bij het indexeren, en representeren en doorzoek baar maken van archiefmateriaal alleen ten volle benutten. Verdergaande standaardisatie van archiefbeschrijvingen bij toepassing van ICT biedt nieuwe kansen om de ontsluiting van archieven te stroomlijnen en hun toe gankelijkheid te vergroten. Gestandaardiseerde beschrijvingen maken het archivarissen en archiefgebruikers gemakkelijker om de betekenis en het nut te begrijpen van de essentiële elementen waaruit archiefbeschrijvingen bestaan, vergemakkelijken de uitwisseling van gegevens over archieven op grotere schaal en maken de virtuele integratie mogelijk van bestanddelen van archieven die over ver schillende depots zijn verspreid.52 Verdere standaardisering van de archiefbeschrij ving is nodig om van de klassieke inventaris een digitale klassieke inventaris te maken en geeft vervolgens die klassieke inventaris een ander aanzien en meer gebruiksmogelijkheden. De internationale standaard voor de gegevensstructuur van toegangen: ISAD (G) Digitalisering heeft de behoefte vergroot aan een standaard voor de structuur van archieftoegangen, een standaard voor de elementen waaruit die toegangen bestaan en van de relaties tussen die elementen. De Committee on Descriptive Standards van de ICA heeft zo'n standaard ontwikkeld: ISAD(G), de Interna tional Standard for Archival Description.53 ISAD is niet bedoeld als een voor schrift waarmee kan worden vastgesteld welke elementen en relaties bij het beschrijven van archieven wel en welke niet mogen worden gebruikt, maar een model waarin in principe alle mogelijke relevante elementen en relaties kunnen worden ondergebracht. ISAD is een beschrijvingsstandaard die aansluit bij de methode van de multi level description. De manier waarop ISAD-inventarissen archieven representeren verschilt niet fundamenteel van de manier waarop inventarissen dat doen die die volgens de beschrijvingsstandaard van de Handleiding zijn gemaakt. Zowel de Handleiding als ISAD ondersteunen tegelijkertijd het intellectuele en het fysieke beheer van archief en uniformeren tegelijkertijd de beschrijving en de bevraging. Het belangrijkste verschil is eigenlijk, dat de Handleiding meer gericht was op een literair ambachtelijke productiewijze en een de presentatie van lopende tekst, terwijl ISAD gemaakt is om ook de geautomatiseerde bewerking van digitale documenten te ondersteunen. Het ISAD-model is (overdreven gezegd) het model van de Handleiding geschikt gemaakt voor een digitale omgeving.54 In de overeenkomst van ISAD met de klassieke inventarisatiestandaard ligt ook zijn beperking. ISAD legt de nadruk bij de archiefbeschrijving traditiege trouw niet op de ontstaanscontext van de archiefstukken maar op de archiefstuk ken zelf, niet op de dynamiek van de werkprocessen die het archief genereren, maar op het statische karakter van archief dat zijn actuele betekenis heeft ver loren. Bovendien is het model dat aan ISAD ten grondslag ligt, zoals Horman terecht opmerkt, een top-down-model. Het is "too static, too rigid an archival construct, which does not reflect the reality of record creation. Records, created in a series of organically interrelated business processes, form a fonds; a fonds is to be defined bottom-up, rather than top-down."55 Authority control: ISAAR (CPF)56 Het gebruik van beschrijvingsstandaards als ISAD(G) vraagt om de standaardisa tie van de informatie die uniform en dus gecontroleerd moet worden verstrekt, zoals plaatsaanduidingen, landen en talen, de namen van personen, families en organisaties en onderwerpen. Zo'n standaard is inmiddels ontwikkeld door de ICA Committee on Descriptive Standards: ISAAR(CPF), de International Standard Archival Authority Record for Corporate Bodies, Persons, and Families. Op dit moment is ISAAR nog slechts een hulpmiddel bij ISAD, een instrument voor authority control op vooral eigennamen. In de toekomst zou ISAAR echter meer dan nu het geval is een meer zelfstandig onderdeel van het archiefbeschrij vingssysteem kunnen worden. ISAAR is een beschrijvingsstandaard die aansluit bij de methode van authori ty control. Deze methode maakt het archivarissen mogelijk om informatie over personen, families en organisaties die in klassieke middelen tot ontsluiting deel uitmaakt van de toegangen zelf in afzonderlijke databases te bewaren. Dergelijke databases kunnen zo worden opgezet dat ze doorverwijzen naar toegangen en dat ze kunnen dienen als hulpmiddel bij het vervaardigen van toegangen op archie ven, en met name op ingewikkelde archieven waarvan de bestanddelen op ver schillende plaatsen worden beheerd. Die mogelijkheden zouden optimaal kunnen worden benut als dergelijke databases nationale of zelfs internationale dimensies zouden hebben (waarbij we de fysieke en conceptuele problemen die dergelijke monsterdatabases aankleven gemakshalve buiten beschouwing laten). Dit geldt ook en misschien nog meer voor andere standaards die nog in ont wikkeling zijn, zoals de standaard voor het beschrijven van competenties, func ties, taken en transacties.57 Zo'n standaard kan de afzonderlijke opslag en benutting bevorderen van gegevens over de context van herkomst van archiefdo cumenten, waardoor complexe relaties tussen actoren, handelingen en archief documenten beter kunnen worden gepresenteerd. In een dergelijk systeem is van een klassieke toegang geen sprake meer. DE KLASSIEKE ONTSLUITING EN HAAR ONTWIKKELING 52 http://www.dlib.org/dlib/november99/. 53 ISAD(G) (tweede herziene uitgave) is te vinden op: http://www.hmc.gov.uk/icacds/icacds.htm. 54 Dit is de uitkomst van nog niet gepubliceerd onderzoek dat ISAD-specialist Kent Haworth in 2001 in Nederland heeft verricht.. 122 THEO THOMASSEN KLASSIEKE TOEGANGEN OP ARCHIEVEN: EEN OVERZICHT 55 Horsman. Archival Description from a Distant View http://www.asap.unimelb.edu.au/asa/stama/conf/WWKHorsman.htm 56 ISAAR(CPF) is te vinden op: http://www.hmc.gov.uk/icacds/icacds.htm. 57 Hierop heeft Bearman al gewezen in 1989: "Authority Control Issues and Prospects", American Archivist 52 (1989) 286-299. 123

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2001 | | pagina 63