bijlage Tabel van contextuele ontsluitingstermen15 Verklaring van de cijfers en tekens ARC HIE F O NT SLUITING IN DE PRAKTIJK Ontstaanscontext 1 2 3 4 516 6 717 8 9 10 11 12 13 14 actor aggregatieniveau o o *18 o (organisatie) naam *oc>***o*****o* (vestigings)plaats ooo*ooo- - - - - o bestaansperiode1' ooo***-*- - - o relatie naar voorganger -o- o - - - o relatie naar functie, mandaat - o o - o - o *20 - functie aggregatieniveau -oo - - - - - - o - omschrijving - o - - -•••-•- relatie naar functies -oo-* - - - - - o - (taak)gebied waarbinnen geldig -oo-* - - - o o - periode waarin uitgevoerd -o - *21 - relatie naar actor - o - - - o - - - *22 - relatie naar mandaat - o o - mandaat omschrijving - o o -••-••• - periode van geldigheid Q___#__#______ geografische aanduiding -oo-oo-oo - - - oo relatie naar actor, functie -oo***o*** - - *23 - relatie naar wet- en regelgeving - - - o - - - - o - bedrijfsproces omschrijving -oo-o - - o o o - *24 - (naam, doel, producten etc) wanneer uitgevoerd ooo-o**o- - o o *25 - plaats -oo-oooo - - o- oo beschrijving geldende procedure(s) o - - - - - o - - - o *26 - relatie naar functie o - - - - - o - - - - o relatie naar actor -o - - o- - o o - Context van beheer 1 2 3 4 516 6 717 8 9 10 11 12 13 14 beheer-regime selectiecriteria met geldigheidstermijn - o o - - uitgevoerde selectiehandelingen - o -------- o o - - uitgevoerde beschrijvingshandelingen - uitgevoerde vernietigingshandelingen ------ o27 - --#--- resultaat beheershandelingen 0 documentaire vorm en structuur -•• - - o - - context ordeningskenmerken - - o o - - *28 o bewaartermijnen toegangen en daarin genoemde - - - - - - o bronnen administratief vindplaats (locatie) *oo*-oo-o**o- beheer en omvang **-o-o----*--- logistiek afwijkingen #____0___0____ gebruik 029 (bv. in andere bedrijfsprocessen) bij digitaal archief ook: naam en versie applicatiesoftware _30_ #3i 230 THEO THOMASSEN EA. ARCHIEFONTSLUITING VANUIT DE CONTEXT: EEN KWESTIE VAN KIEZEN 1 Staten van Utrecht: A.N. Beets, H.L.Ph. Leeuwenberg en J. G. Riphaagen, De archieven in Utrecht. Overzichten van de archieven en verzamelingen in de openbare archiefbewaarplaatsen in Nederland, deel XI, Alphen aan de Rijn 1985, Alfabetische lijst van geïnventariseerde archieven. Het Utrechts Archief, versie november 2000. 2 S. Muller Fz. Catalogus van het archief der Staten van Utrecht 1375- 1813, Utrecht 1916. 3 Staten van Utrecht: indices op de resoluties 4 Gemeente 's-Gravenhage: Overzicht van de archieven berustende in het HGA, 1-1-199. 5 Gemeente 's-Gravenhage: De Gemeente Georganiseerd (institutioneel overzicht) 6 Gemeente 's-Gravenhage: R. Grootveld en R. Spork, Plaatsingslijst van het archief van het Gemeen tebestuur, (1888) 1937-1952 (195?) en daarbij gedeponeerde archieven, 1928-1954, Den Haag 1993 7 Gemeente 's-Gravenhage: indicateur 8 Landinrichting: RIO 59. Met rede gekaveld. Een institutioneel onderzoek naar taken en handelingen van actoren op het terrein van de landinrichting, 1945-1993. Den Haag ARA PIVOT, 2000. 9 Landinrichting: Basis Selectie Document voor het overheidsbeleidsterrein Landinrichting in de periode 1945-1995, PIVOT. 10 Landinrichting: institutionele toegang 1945-1995 (ARA-toegang 5.059.01) 11 Landinrichting: overzicht dynamische archieven 12 Landinrichting: Ordeningsplan voor de directie Dienst Landelijk Gebied DLG, september 1998 13 Ingenieursbureau Den Haag: tekeningenbeheersysteem (MicroSta Ordeningsplan voor de directie Dienst Landelijk Gebied DLG, september 1998tion) 14 ABS/Archeion lij st voorgangers LNV Geeft aan dat het desbetreffende contextelement expliciet als ontsluitingsterm wordt gebruikt, o Geeft aan dat het desbetreffende contextelement impliciet, indirect of incidenteel als ontslui tingsterm wordt gebruikt. Impliciet gebruik komt bijvoorbeeld voor bij de contexttermen "vesti gingsplaats" en "geografische aanduiding bij mandaat": zij worden doorgaans alleen expliciet gemaakt als ze afwijken van het gebruikelijke. Onder impliciet gebruik wordt hier ook verstaan representatie in de inhoudsopgave van de inventaris of anderszins in de structuur van de toegang. Onder het indirect gebruik van contexttermen wordt hier ook begrepen de expliciete vermelding van contexttermen in een toegang, zonder dat er systematisch op kan worden gezocht. - Geeft aan dat het desbetreffende contextelement niet als ontsluitingsterm wordt gebruikt. 15 Gebaseerd op: Hofman, Uitdijend heelal. Bijlage 1, pp. 62-63. 16 Scoort in ontstaanscontext en niet in context van beheer: het is een instrument om meer te weten te komen over de functies en taken van diverse instellingen en niet direct om de betrokken archieven te vinden. 17 Scoort bijna alleen op 'context van beheer': het is een beheersinstrument. 18 De naam van de archiefvormer maakt deel uit van de username en dus van het inlogprotocol 19 "Bestaansperiode" is in de praktijk vaak "Periode waarover archief is gevormd" (archievenoverzicht en plaatsingslijst). 20 Voor zover het de interne organisatie van het IbDH betreft, want elke afdeling heeft een eigen map met afdelings-ID in het archiefbestand van de tekeningen 21 Als een van de zoekcriteria waarmee de database kan worden bevraagd 22 De verticale structurering van de organisatorische context vertaalt zich (ten dele) in de beheersstructuur van het geautomatiseerd proces. Dit is o.a. van invloed op de gebruikte inlogprotocollen en maakt daarmee deel uit van het ontsluitingsproces 23 Zie onder 18. 24 Daar waar de naam van het organisatieonderdeel deel uitmaakt van het pad, is de naam een toegangselement en dus ontsluitingsterm. 25 Zie onder 17. 26 In relatie tot de verschillende fasen in het werkproces bijv. als toegang op het halffabrikaat 27 Stempels, waarvan soms niemand de betekenis meer weet. 28 d.m.v. pad-structuur. 29 Autorisatie van de gebruikersrol. 30 Digitale archiefbescheiden zijn hier niet aan de orde, omdat het papieren equivalent als het archiefexemplaar wordt beschouwd. 31 De gebruiker dient het icoontje van MicroStation aan te klikken om toegang tot het bestand (archief) te krijgen. 231

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2001 | | pagina 117