Wat Dewey in Amerika deed, deed de Zaandamse gemeentesecretaris J.A. Zaal berg in ons land.48 Hij introduceerde de zaaksgewijze ordening, in samenhang met een decimale registratuurcode en kaartsystemen. De hardware betrok hij van de firma Salomons (importeur van de Stolzenberger mappen en kasten49) en de firma Blikman Sartorius; met de laatste sloot Zaalberg in 1909 een joint venture.50 Bij al deze innovaties waren de schrijfmachine, maar vooral het carbonpapier, onmisbaar. Zij maakten het mogelijk om kopieën van uitgaande stukken (op on derwerp op te bergen) snel en betrouwbaar te vervaardigen. Door de makkelijker toegang tot de zaaksgewijs geordende dossiers kon de registratuur weer de functie van organizational memory krijgen, of-zoals de hierna te introduceren archief consulent van Billiton, Lefèbre, het in 1928 uitdrukte- als intelligence office. Maar de registratuur was niet beperkt tot de correspondentie. Bij de Rotterdam- sche Bank Vereeniging (Robaver), de onbetwiste leider van kantoormechani- sering in de jaren twintig, vervaagt het onderscheid tussen boekhouding, administratie en bedrijfsstatistiek.51 De administratieve organisatie wordt een gegevensverwerkingsfabriek, die ook als een fabriek is ingericht. Als in 1939 de gemeente Utrecht het persoonskaartensysteem invoert, gebeurt dat met behulp van een stroomschema voor een "zoo doelmatig mogelijke opstelling van schrijf- bureaux en kasten; de ambtenaren zijn zoodanig geplaatst, dat de volgorde daarvan in overeenstemming is met die, waarin de verschillende onderdelen van het werk worden verricht".52 Interne communicatie Voor de interne sturing van de onderneming ontstonden nieuwe methoden en technieken: control through communication. Yates onderscheidt downward commu nication, upward reporting en internal correspondence.53 Zowel in Amerika als in Nederland liepen de spoorwegmaatschappijen voorop. Yates wijst op de gevolgen die de fysieke karakteristiek van spoorwegen heeft voor het management en de communicatie. Afstemming van aan elkaar in tijd en afstand gekoppelde activi teiten vergt specifieke managementinstrumenten (we zien dat ook in andere pro- cesbedrijven, zoals bij de hierna te behandelen Duinwaterleiding en de Tilburgse nutsbedrijven). Mondelinge instructie is niet voldoende voor de veiligheid en niet mogelijk door de afstanden, zoals ook transportondernemingen en multina tionals (Billiton, Koninklijke Paketvaart Maatschappij, Koninklijke Olie54) zouden ervaren. In 1867 formuleerden de Staatspoorwegen (waarover elders in dit jaarboek meer) het aldus: "Er is dan ook geen tak van dienst waarbij een spoedige mogelijke hande ling meer wordt gevorderd dan bij een spoorweg het geval is, omdat de veiligheid van het vervoer en het welslagen van de onderneming kan afhangen van een bevel, dat spoedig of langzaam is gegeven of uitgevoerd. Geen dienst kan dus eene zamengesteld bureaucratie minder toelaten dan de dienst van een spoorweg. Iedere tusschenkomst, die niet volstrekt noodig is, moet hier als schadelijk worden aangemerkt en vermeden."55 Het individuele geheugen maakt volgens Yates plaats voor het organisatie geheugen in regels en rapportages. De spoorwegen wijzen de weg ook aan andere grote ondernemingen. Geschreven en gedrukte dienstorders en voorschriften (met antecedenten in de militaire communicatie), aanplakbiljetten en hand boeken gaven algemene aanwijzingen aan het personeel (voorbeelden hierna bij de Duinwaterleiding, de Staatsspoorwegen, enz). Voor specifieke instructies werden formulieren ingevoerd (in Taylor's systeem had iedere werker een dage lijkse instructiekaart) voor werkopdrachten en als geleidebon voor materialen (zie de Duinwaterleiding). Soms diende hetzelfde formulier zowel voor instructie (naar beneden) als voor rapportage (naar boven). Op de eerder genoemde T.O.P.A. toonde de Eerste Nederlandsche Verzekering-maatschappij haar systeem van doopbrieven': formulieren waarin alle aangaande één contract te verrichten handelingen waren opgenomen, met opsomming van de te raadplegen en te muteren bescheiden, in een stroomschema; deze formulieren 'liepen' door het kantoor van afdeling tot afdeling, van ambtenaar tot ambtenaar.56 De gedepersonaliseerde werkverhoudingen kregen hun tegenwicht in in-house magazines (personeelstijdschriften), een ander door ons, in het voetspoor van Yates waargenomen, nieuw genre van interne communicatie, naast verga deringen van managers.57 Rapportage was niet nieuw, maar nieuw was de systematisering van vorm en inhoud. Aanvankelijk heeft het rapport nog de vorm van een brief, met aanhef en groet, maar dat wordt vervangen door in te vullen statistische formulieren en tabellen, die in het systematic management zo belangrijk zijn ("meten is weten"). Het scientific management voegt daaraan de stroomlijning van in één oogopslag te verwerken informatie toe, door grafieken, organisatie- en stroom schema's.58 De T.O.P.A. was ermee bezaaid. Hierna reproduceren we er enkele CONTEXT EN FUNCTIONEEL INSTITUTIONEEL ONDERZOEK: PRAKTIJK 48 Ketelaar, 'Recordkeeping systems'; E. Ketelaar, 'Zaalberg en Otlet: een hoofdstuk uit de geschiedenis van Belgisch-Nederlandse innovatie op archiefgebied', in: G. Janssens, G. Maréchal en F. Scheelings (red.), Door de archivistiek gestrikt Liber amicorum prof. dr. Juul Verhelst (Brussel 2000) 157-164. 49 Gemeentearchief Amsterdam, bibliotheek, N 42.175.16. 50 Niet 1907, zoals vermeld in Van den Ende, 'Kantoor en informatietechnologie', 222. Mededeling van M.A. Vos, die het archief van Blikman Sartorius inventariseerde en in 1994 voor het keuzevak archiefweten schap aan de Universiteit Leiden een werkstuk schreef over 'Het Nederlandsch Registratuurbureau en kan toortechnologie 1890-1930'. 51 Van den Ende, 'Kantoor en informatietechnologie', 255-260. 52 Van den Ende, 'Kantoor en informatietechnologie', 259. Zie de afbeeldingen hierna bij H. Waalwijk, 'Besturen door registratuur bij De Nederlandsche Bank'. 53 Yates, Control through communication, 65-100. 54 Zie hierna bij C. MacDonald, 'Het intelligence office van de Billiton Maatschappij'; J.N.F.M. a Campo, Koninklijke Paketvaart Maatschappij. Stoomvaart en staatsvorming in de Indonesische archipelI888-I9I4 106 ERIC KETELAAR BESTUREN DOOR REGISTRATUUR, 187O-I94O (Hilversum 1992) 479-480, 628-629. M.A. Vos bereidt een doctoraalscriptie archiefwetenschap voor over de vernieuwingen van het archiefbeheer bij de Bataafse Petroleum Maatschappij. Daarin besteedt zij ook aandacht aan de KPM, die evenals de BPM, bij Zaalberg's Vereeniging Het Nederlandsch Registratuurbureau (1909) was aangesloten. Mej. Lefèbre, die het archiveringssysteem voor Billiton opzette, had bij de KPM ruime ervaring opgedaan. 55 Utrechts Archief, archief MESS, Concept-nota over de inrichting van de administratie van de maatschappij, 1867, met begeleidend schrijven (Regelgeving, structuur van de diensten), voorl. inv.nr. 8. 56 De tentoonstelling, I, 195-198. 57 Yates, Control through communication, 15-20, 74-77, 98-100; Yates, 'Business use of information', 126-129, wijst erop dat de in de jaren dertig als nieuwe fenomenen opkomende personeelsafdelingen en sociale wet geving hun eigen informatiebehoeften schiepen. 58 Yates, Control through communication, 85-91; Van den Ende, 'Kantoor en informatietechnologie', 258-259, over de waarde van schema's en scientific management. Hierna een voorbeeld van een schema bij D. Brongers, 'Informatiestromen bij de Haagse Duinwaterleiding'. 107

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2000 | | pagina 54