Op de hiervoor afgebeelde Liro-kaart (figuur 1) staat het nummer 18828 in het vakje H.R.no. vermeld. Het betreft een kaart voor de sieraden die door mevrouw J. Culp-Simons in 1942 bij Liro zijn ingeleverd. Op de lijst (figuur 2), waarmee de totale Liro-claim als Sammelverfahren in Duitsland is ingediend, staat deze individuele claim vermeld onder volgnummer 2351. In de Duitse administratie is deze individuele claim bekend onder kenmerk 9WGA/NL/L/02.682. Op de Liro- kaart uit 1942 staat uiteraard slechts het H.R.-nummer uit 1942 vermeld. De lijst uit 1958 bevat het volgnummer van de individuele claim, alsook het nummer van het bewijsstuk, het H.R.-nummer. De kaart uit het WGA-kaartsysteem (figuur 3) vermeldt naast de twee Nederlandse kenmerken -lijstnummer 2351 en H.R.-nummer 18828- ook het Duitse dossiernummer. Aardig is nog te consta teren dat tenslotte in het Nederlandse exemplaar van de lijst met de pen ook het Duitse dossiernummer is vermeld. De Nederlandse dossiers, die in de rechter kolom staan vermeld, zijn voor een gedeelte vernietigd. Alleen de dossiers van de stichting Jokos bestaan nog. De nummers van deze dossiers staan vermeld in de meest rechtse kolom van de bovenste regel. Hierdoor is het Berlijnse WGA-kaartsysteem ook een toegang op de in Amsterdam berustende Jokos-dossiers. Bovendien worden lijsten en dos siers uit verschillende archieven via het kaartsysteem aan elkaar gekoppeld. Zo wordt het mogelijk gegevens die in het ene archief ontbreken te verkrijgen uit een ander archief. Conclusie 'The context is all'. Dit is de titel van een artikel van Heather MacNeil uit 1992, verschenen in het Canadese boek The archival fonds: from theory to practice.11 De verhandeling in deze bundel beoogt de juistheid van die uitdagende titel te onderstrepen. Het gaat inderdaad om de context. Zeker bij de opsporing, waarde ring, bewerking en gebruik van archieven. Onvoldoende kennis over de context van archieven leidt vrijwel altijd tot onjuiste beslissingen bij de acquisitie, selec tie en inventarisatie van archiefmateriaal. Soms kan dat desastreuze gevolgen hebben, zoals bij de hier geschetste vernietiging van het Liro-archief. Het feit van deze vernietiging bezorgde een aantal ambtenaren en politici enige onaangename momenten. De aanwezigheid en beschikbaarheid van kennis over de context waarin archieven zijn gevormd, heeft positieve gevolgen gehad bij de totstand koming van het rapport van de Commissie-Kordes. Bovendien was het tevens mogelijk documenten en dossiers eerder en beter te interpreteren, te begrijpen. Inzicht in de fysieke structuur van deze archieven maakte het mogelijk verloren gewaande informatie als gevolg van vernietiging geheel of gedeeltelijk toch beschikbaar te krijgen. Combinatie van gegevens uit verschillende archieven levert meer op dan de som van de losse elementen. Nog dagelijks blijkt dat de Duitse WGA-dossiers, die nu in groten getale aan belangstellenden beschikbaar gesteld worden, voor deze mensen onbegrijpelijk zijn. Zij missen de kennis van en het inzicht in de omgevingselementen waaronder organisaties hebben gefunc- tioneerd en archieven hebben gevormd. Zij kennen niet de doeleinden, taken, handelingen en activiteiten van archiefvormers, noch de organisatorische struc tuur, de procedures, de relaties met derden, laat staan de inrichting van het archiefsysteem. Iedere keer weer blijkt er dan een archivaris nodig te zijn om de contextinformatie te leveren, die minimaal nodig is voor het begrip van de archiefbescheiden. DE CONTEXT EN DE GEBRUIKER 11 Heather MacNeil, 'The context is all: describing a fonds and its parts in accordance with the rules for archival description', in: The archival fonds: from theory to practice (Ottawa 1992) 198-225. 272 HENNY VAN SCHIE JOODSE TEGOEDEN EN ARCHIEVEN. CONTEXT IN DE PRAKTIJK 273

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 2000 | | pagina 137