Het intellectueel beheer van archief bescheiden in het digitale tijdperk' Conclusie In dit artikel hebben wij de instrumenten besproken die door document-intensie ve organisaties worden aangewend om hun performance te verbeteren: informa tietechnologie, logistiek, workflow management, business process re-engineering en integrale kwaliteitszorg. Wij constateerden dat: informatietechnologie de prestatiedoelstelling doelmatigheid heeft bevor derd, maar de doelstelling rechtmatigheid uit het oog heeft verloren; logistiek de prestatiedoelstelling doelmatigheid bevordert, rechtmatigheids aspecten door middel van de interne controle niet uit het oog verliest, maar deze niet beschouwt als een aparte prestatiedoelstelling. Als gevolg daarvan wordt de verbetering daarvan genegeerd; workflow management de prestatiedoelstelling doelmatigheid bevordert en goede mogelijkheden biedt om de doelstelling rechtmatigheid te bevorderen. Aangezien evenwel rechtmatigheid niet als een afzonderlijke prestatiedoel stelling wordt gezien ontbreken ook hier pogingen tot verbetering daarvan; business process re-engineering grote verbeteringen teweeg kan brengen in de prestatiedoelstelling doelmatigheid, maar geen enkele aandacht besteedt aan de doelstelling rechtmatigheid; integrale kwaliteitszorg bijdraagt aan de prestatiedoelstelling doelmatigheid, een belangrijke aanzet geeft om de doelstelling rechtmatigheid te bevorderen, maar deze nog steeds niet beschouwd als een afzonderlijke prestatiedoel stelling. Deze conclusies wijzen er op dat alle besproken performance-verbeterende instru menten een functie negeren die binnen de informatiehuishouding van een organisatie als doel heeft verantwoording en bewijs te waarborgen en met inacht neming daarvan tracht de performance van bedrijfsprocessen te verhogen: het records management. Erkenning van de specifieke inbreng van records manage ment, namelijk het bevorderen van de prestatiedoelstelling rechtmatigheid binnen organisaties, zou de performance-verbeterende kracht van de beschreven instrumenten sterk optimaliseren. Op die wijze zou ook de 'responsiveness' van organisaties ten zeerste verbeteren. Inleiding Het verdwijnen van het archiefstuk als een fysieke entiteit is één van de meest intrigerende zaken in het digitale tijdperk. Archiefstukken in digitale vorm zijn als het ware onzichtbaar, abstract, ongrijpbaar en vluchtig geworden. Het ver trouwde papieren document is verdwenen. Archiefstukken van papier en perka ment zijn fysieke overblijfselen uit het verleden en kunnen ons over activiteiten uit die tijd vertellen. Ook als objecten geven zij ons een idee hoe het was, al was het alleen maar, omdat we ze kunnen aanraken en ruiken. Hoewel digitale archiefbescheiden hetzelfde doel dienen, zijn ze echter vluchtig. Als men niet de juiste hulpmiddelen heeft, dan kan men ze zelfs niet zien, laat staan aanraken of ruiken. Door het toenemende gebruik van informatie- en communicatietechnologie (ICT) wordt steeds meer informatie digitaal. Er zijn schattingen dat al zo'n 95% van alle informatie in digitale vorm is en dat op dit moment daarvan meer dan 10% digitaal wordt uitgewisseld. Met electronic data interchange (EDI) kunnen werkprocessen zelfs volledig automatisch worden uitgevoerd zonder enige mense lijke tussenkomst. De vraag is nu, wat betekent dit alles voor medewerkers docu mentaire informatieverzorging (DIV) en archivarissen en hoe dienen zij de digitale archiefbescheiden te beheren, waarvoor zij verantwoordelijk zijn? Een belangrijke activiteit in dit kader is het intellectueel beheer van archiefbe scheiden. Wat betekent dat in een digitale wereld? Of met andere woorden, welke invloed heeft de komst van digitale archiefbescheiden op het intellectueel beheer? In het navolgende wil ik ingaan op enige belangrijke ontwikkelingen op het terrein van archiefvorming en archiefbeheer als gevolg van het gebruik van ICT. In het bijzonder betreft dit de rol van metadata en contextgegevens bij het beschrijven van archiefbescheiden.2 Daarbij komt ook de rol van bestaande stan daards voor toegankelijk maken (archivistisch beschrijven) aan de orde, zoals deze zijn vastgesteld in ISAD/G en ISAAR. DE KWALITEIT VAN HET ARCHIEF EN HET ARCHIEFBEHEER 120 HANS HOFMAN 1 Dit artikel is een Nederlandse bewerking van een voordracht gehouden tijdens de 5th European Conference on Archives, op 27-30 mei 1997 in Barcelona: Hans Hofman, "Dealing with electronic records: intellectual control of records in the digital age", Janus (1998.1), pp. 153-163. 2 De termen metadata en contextgegevens worden veel gebruikt de laatste tijd. Met metadata wordt niet meer of minder bedoeld dan gegevens over gegevens, met contextgegevens gegevens over de context, waarin archiefbescheiden zijn ontstaan en gebruikt. Zie mijn, elders in dit jaarboek opgenomen, artikel "De digita le archivaris: een nieuwe wereld". 121

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Jaarboeken Stichting Archiefpublicaties | 1999 | | pagina 62