De archiefervaring van Anje van der Lek Nee, ik ben nooit tot tranen toe geroerd geraakt door het in mijn handen houden van een eeuwenoud stuk. Die historische sensatie heeft mij niet voor het archiefvak gewonnen. Mijn fascinatie voor de structuur van informatie begon tijdens mijn studie geschiedenis, in de tweede helft van de jaren negentig van de vorige eeuw. Ik ben van de laatste 'non-digital native' generatie, die nog braaf vanuit naslagwerken en Leidse boekjes naar informatie leerde zoeken. Maar elke week werd de digitale bibliotheek catalogus beter en kwamen er zogenaamde 'online' (Whoohoo! Spannund!) bibliografieën bij. Dat je zo vanaf je computertje in Groningen je literatuuronderzoek kon voorbereiden, vond ik superinteressant. En eigenlijk voelde het als vals spelen. Informatie zoeken werd zo wel heel makkelijk. Ook al moest ik voor het inzien van de artikelen met mijn OV-kaart op pad, want één gulden per papieren kopie ging toch uh... in de papieren lopen! Mijn volgende archiefervaring deed ik op als 'archives and records management assistant' bij een groot Amerikaans consultancybedrijf dat volledig 'paperless' was gegaan. Al was er toch nog een hoop papier in omloop. Daar groeide mijn interesse in de rol van informatie in een werkproces. Ik merkte dat ik er gevoel voor had (ik werd nog niet gehinderd door enige vakkennis). Vrij natuurlijk had ik namelijk het besef dat informatie een bepaalde orde en structuur had, en dat je die maar beter niet zomaar door elkaar kon gooien. Dat het nuttig 'Ik prijs mezelf gelukkig dat ik mag meewerken aan het veranderen van de archiefsector in dit boeiende tijdsgewricht' (foto Jorge Kasabji, Wikimedia Commons). Anje van der Lek: 'Ik prijs mezelf gelukkig dat ik mag meewerken aan het veran deren van de archiefsector in dit boeiende tijdsgewricht' foto Suzanne de Gunst). was om te kunnen herleiden waar informatie vandaan kwam en hoe deze was gebruikt. Dat ook het mapje waar een bepaald document in was opgeslagen, kon bijdragen aan de betekenis van het stuk. Een aangeboren 'respect des fonds'! Ik maakte een switch naar het archiefwezen en ging weer studeren. Steeds vaker dacht ik: wat een mooi, veelzijdig en belangrijk vak. Hoe informatie gecreëerd voor het ene doel, nuttig kan zijn voor een ander doel. Direct, of eeuwen later. Hoezeer de context van een bron betekenis geeft aan een stuk. Hoezeer informatie noodzakelijk is voor het goed uitvoeren van taken en transacties, maar hoe diezelfde informatie mensen ook identiteit of zelfs een stem geeft. Dat overheden en grote bedrijven zich kunnen verantwoorden. En ook nog eens een vak dat middenin een van de grote disruptieve veranderingen van deze tijd staat: de digitale informatierevolutie. Enfin, nu weer even terug met de poten in de klei. Ik kwam er ook gauw genoeg achter dat lang niet iedereen dit gevoel én deze interesse deelde. Dat sommige mensen gaan rollen met hun ogen als je over duurzame toegankelijkheid van informatie in het zaaksysteem begint. Dat je sowieso het hele woord 'archiefbescheiden' maar beter niet meer kunt gebruiken, als je niet meewarig wilt worden aangekeken. Nou, dan zeg ik 'informatie', zo u wilt 'procesgebonden'. Potééto potaato. Ik prijs mezelf gelukkig dat ik mag meewerken aan het veranderen van de archiefsector in dit boeiende tijdsgewricht. Ook al gaat het niet zo snel als je zou willen. Soms moeizamer dan gedacht, maar we gaan stug door! Zodat we ook in de toekomst nog een verleden hebben. Anje van der Lek adviseur digitale informatie, Regionaal Archief Alkmaar. nummer 6 201 5 5

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2015 | | pagina 5