Vervreemding
van
archiefbescheiden
Veel mensen zijn geïnteresseerd in hun familieverleden. Ook - of misschien wel juist - wanneer blijkt
dat familieleden in de Tweede Wereldoorlog betrokken zijn geweest bij ingrijpende gebeurtenissen als
gevolg van de oorlog. Verzet, vervolging, verraad of onderduiken: met gegevens uit archieven is het
verleden mogelijk te reconstrueren.
Beslag
Het eigendom
Vervreemding volgens de Archiefwet
Noor Schreuder en Erik Kraai zijn juridisch adviseur bij het
Nationaal Archief. Voor het Archievenblad bespreken zij vijf keer
per jaar de archivistische actualiteit vanuit juridisch perspectief.
Redactie Archievenblad
Noor Schreuder l
Oorlogsarchieven, zoals het Centraal Archief Bijzondere Rechts
pleging, bevatten een schat aan gegevens uit en over de Tweede
Wereldoorlog. Onder voorwaarden is het mogelijk om deze
oorlogsdossiers te raadplegen. Veel dossiers zijn echter beperkt
openbaar en bevatten niet alleen gegevens over reeds overleden
personen, maar ook gegevens over personen die mogelijk nog in
leven zijn. Dat heeft tot gevolg dat deze dossiers wel geraadpleegd
mogen worden, maar dat geen kopieën worden verstrekt.1 Het
Nationaal Archief verstrekt ook geen geanonimiseerde kopieën,
omdat dit een te zware wissel trekt op de capaciteit van het
Nationaal Archief. Er worden rond de 2500 aanvragen per jaar
gedaan voor alleen het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging.
Dit kan gaan om meerdere dossiers, met een variabele inhoud qua
vorm en materiële staat van de archiefbescheiden.
Een deel van deze dossiers bevat stukken die een emotionele en
persoonlijke waarde kunnen hebben, zoals brieven van en aan
familieleden, familiekiekjes, kattenbelletjes et cetera. Dan is het
soms moeilijk voor de verzoekers om hiervan geen kopieën te
krijgen. In een enkel geval wordt gevraagd of men de originele
stukken mee mag nemen. Sommige bezoekers vinden dat
dergelijke stukken eigenlijk niet in het archief thuishoren, maar
eigendom blijven van de familie. Dit artikel behandelt de vraag of
het eigenlijk wel mogelijk is om aan personen dergelijke archief
bescheiden terug te geven: te vervreemden.
In de periode van bijzondere rechtspleging na de Tweede
Wereldoorlog zijn tijdens de rechtsvervolging stukken - waaronder
ook privécorrespondentie, fotomateriaal en zelfs kindertekeningen -
in beslag genomen. Volgens de toenmalige regelgeving voor de
bijzondere rechtspleging was dit de autoriteiten toegestaan. In de
regelgeving was niets geregeld over de teruggave van in beslag
genomen voorwerpen, waaronder ook documenten. In sommige
uitspraken werd, soms op verzoek van de verdachte, teruggave
door de rechter bevolen. In andere gevallen heeft de rechter, om
wat voor reden dan ook, verzuimd een beslissing te nemen over
de in beslag genomen goederen. Inmiddels is de Nederlandse
staat door het verstrijken van de tijd eigenaar geworden van de
stukken die tot de laatste categorie behoren. Daardoor vallen ook
deze stukken als deel van het archief onder de Archiefwet en zijn
ze naar het Nationaal Archief overgebracht.
Momenteel is de teruggave van in beslag genomen voorwerpen,
waaronder documenten, beter geregeld in wet- en regelgeving.
Als zij voor de rechtsvervolging niet nodig zijn worden ze terug
gegeven. Ook dan kan het overigens gebeuren dat voorwerpen
niet teruggegeven kunnen worden, omdat de rechthebbende
overleden of onbekend is. Dan worden de voorwerpen bewaard
door het Openbaar Ministerie of de rechterlijke macht. Na verloop
van tijd worden de voorwerpen eigendom van de staat. De
mogelijkheid dat rechterlijke of andere overheidsarchieven ook
privédocumenten bevatten, is daarom niet onwaarschijnlijk.
Teruggeven van in beslag genomen voorwerpen is juridisch gezien
alleen mogelijk aan rechthebbende(n): degene(n) die beschouwd
kunnen worden als de eigenaar. Is dat niet mogelijk dan worden
deze voorwerpen eigendom van de staat, als gevolg van het
verstrijken van de verjaringstermijn. Dat is de termijn waarbinnen
de rechthebbende nog aanspraak kan doen op een voorwerp.
Is de termijn verstreken, dan is degene die dan het eigendom in
bezit heeft rechtmatig eigenaar. Ook al voelt men zich emotioneel
verbonden met de stukken, dan nog kan men juridisch geen
eigenaar meer zijn.
De Archiefwet 1995 regelt in artikel 8 de vervreemding van
22 2015 nummer 6