Archieven en social media Succes komt niet vanzelf 'Dat kost toch allemaal te veel tijd!'; 'Wat levert het nou werkelijk op?'; 'Waarom berichten plaatsen met zo weinig volgers?'; 'Onze directie ziet er niks in'. Zomaar wat uitspraken gehoord bij archieven in Nederland. Maar ondertussen is de Nederlandse bevolking steeds meer interesse gaan tonen in de geschiedenis van hun woonomgeving. Men zoekt naar plekken waar op een makkelijke manier aan leuke en interessante lokale weetjes kan worden gekomen. Alkmaar gaat social Het Regionaal Archief Alkmaar (RAA) nam in 2012 de eerste stappen op het gebied van social media. In het kader van een nieuw beleid wilde de organisatie een breder publiek bereiken, de bekendheid van het archief en de historische kennis van de regio bij bewoners vergroten. Hiervoor werd ondergetekende in dienst genomen, verantwoordelijk voor zowel het beheer van de website als de social media. Zonder een heel duidelijk plan maar met een aantal kaders hebben we vervolgens diverse kanalen opgestart. Mede dankzij de directie, die volledig achter het gebruik van social media stond, was er snel draagvlak binnen de organisatie. Er was één duidelijk aanspreekpunt die de accounts beheerde en berichten plaatste. Mensen met 'angst' voor social media of weinig schrijfervaring hoefden dus niet zelf online te gaan. Maandelijkse rap portages van de activiteiten zorgde ervoor dat iedereen kon zien wat er op de verschillende accounts gebeurde. Er werd een redactieraad in het leven geroepen zodat de diverse communicatie kanalen van het archief goed op elkaar afgestemd waren. Natuurlijk moet je goede hulpmiddelen hebben om je social media effectief te kunnen inzetten. Hiervoor gebruikten we vanaf het begin tools zoals SproutSocial (planning en rapportages) en Tweetdeck (op de hoogte blijven). Ook werd Google Analytics ingezet om te analyseren wat de bezoekers op de website van het archief, die via de socials binnenkwamen, voor stappen namen. Samenwerking Al vrij vroeg zocht het archief samen werking met andere culturele organisaties in Alkmaar en omgeving. Dat verliep in het begin wat moeizaam, omdat vele nog niet actief waren met social media. Dankzij de intensieve contacten met het Stedelijk Museum Alkmaar en de Historische Vereniging Alkmaar wisten we toch een grote groep mensen te bereiken. Het was nog niet de brede groep die we wilden, maar het begin was er. De brede groep bereikten we Onze aanpak Mark Alphenaar I Kijk maar eens naar de 'Je bent... als' -groepen op Facebook. Ondanks dat ze soms bijna ten onder gaan aan politieke ruzies, onderlinge onenigheid en misbruik door de commercie blijven ze enorm populair. Groepen met meer dan 10.000 leden zijn geen uitzondering. Ze kennen vaak veel actieve gebruikers die oude foto's plaatsen, die bij anderen weer veel herinneringen oproepen. De interesse is er, dus waarom zou je als archief dat gegeven niet gebruiken om een eigen social media-kanaal te starten en op een objectieve manier je kennis over een stad of regio te delen? Een mooie bijkom stigheid is dat je je eigen organisatie ook onder een breed publiek onder de aandacht brengt. Maar succes met social media komt natuurlijk niet vanzelf... naarmate we meer begonnen op te vallen door middel van bijzondere fotorapportages, berichten in de Facebookgroep 'Je bent Alkmaarder als' en nadat we onze wekelijkse historische artikelen in de Alkmaarsche Courant verbonden met onze online kanalen. Ook bleek dat mensen erg te spreken waren over onze 'toen-en-nu-foto's', die we 'timewarps' noemden. Met de opgedane ervaringen van het eerste jaar kregen we een goed beeld van wat onze volgers wilden en wat niet. Op Facebook zat men bijvoorbeeld niet echt te wachten op berichten over genea logie of archieven: men wilde vooral oude foto's. Dus plaatsten we veel leuke oude foto's, die vaak ook aansloten bij een actualiteit, maar die op een of andere manier toch de mensen richting onze website wisten te lokken. Maar omdat ook ons doel was de bekendheid van het archief te promoten, wisselden we populaire berichten af met berichten over het archief. Naarmate onze groep volgers groeide, werden de berichten over het archief ook populairder. We waren bezig een echte community te bouwen rondom het RAA. Het archief kreeg een gezicht en was niet meer de anonieme grijze overheidsorganisatie zoals veel mensen het kenden. Vanaf het begin zijn een aantal zaken van belang geweest om tot effectieve, professionele social media te komen: 22 2014 nummer 8

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2014 | | pagina 22