Een indirecte archiefrelatie
tussen Nederland en Formosa
De afgelopen 25 jaar is de belangstelling voor de VOC-archieven in Taiwan in een stroomversnelling
gekomen. Met name onder de Aboriginals is veel belangstelling voor deze archieven. In een
archiefgedaante keren de 'Great White Fathers' daardoor terug in de Aboriginal samenleving.
VOC-vestiging in Oost-Azië
De relaties tussen Nederland en Taiwan,
of beter gezegd tussen de Republiek en
Formosa, gaan terug tot de vroege
VOC-tijd. In haar pogingen om makkelijker
handel te kunnen drijven met de Chinezen,
zocht de VOC naar een vaste vestigings
plaats dicht bij de Chinese kust. Daarbij
was Formosa zeker niet de eerste keus.
Tijdens het gouverneur-generaalschap
van Jan Pietersz. Coen werd aanvankelijk
tevergeefs geprobeerd om Macao op de
Portugezen te veroveren (1622). Daarna
vestigde de VOC zich - tot groot onge
noegen van de Chinese regering - kort
stondig op het eilandje Pehoe (1622
1624), dat onderdeel uitmaakt van de
Pescadores die op zo'n 150 kilometer van
de Chinese kust en zo'n 50 kilometer van
Formosa zijn gelegen. Aangezien de
Chinese regering de eilandengroep als
Chinees grondgebied beschouwde, werd
besloten om de 'roodharige barbaren'
zoals de Nederlanders werden aange
duid, 'met zachtheid weg te krijgen en
hun den oorlog aan [te] doen als ze niet
vertrekken willen'.2 De Nederlanders
kozen uiteindelijk eieren voor hun geld
en verlieten Pehoe om zich vervolgens,
dit keer met toestemming van de
Chinezen, te vestigen op het nabijgelegen
Formosa. Ze zouden er - in de eerste jaren
overigens nog met de nodige concurrentie
van Spaanse kolonisten die zich vooral in
het noorden van het eiland ophielden -
van 1624 tot 1662 de scepter zwaaien.
Vervolgens werden ze ook daar, met
geweld, door de Chinezen verdreven.
Ilha Formosa
Interessant zijn de pogingen die nu
worden ondernomen om uitgestorven
talen aan de hand van Bijbelteksten die
in de 17e eeuw door de VOC-dominees in
het kader van hun bekeringsdrift in een
aantal lokale talen werden vertaald, te
reconstrueren en opnieuw tot leven te
wekken. Zo wordt geprobeerd aan de
hand van een vertaling van het Evangelie
van Mattheüs in de lokale taal Siraya (die
oorspronkelijk werd gesproken in het
gebied waar de Nederlanders het kasteel
Zeelandia bouwden), te achterhalen hoe
deze taal geklonken moet hebben.
Tegenwoordig heeft Taiwan een
bevolking die bestaat uit zo'n 23 miljoen
etnische Chinezen en ongeveer 480.000
inwoners die tot de in totaal veertien
verschillende officieel erkende Aboriginal
volken worden gerekend. Zij zijn vooral
in de berggebieden in centraal Taiwan en
aan de oostzijde van het eiland gecon
centreerd en luisteren naar namen als
Amis, Bunun, Paiwan en Sediq.
VOC-archieven van Taiwan
Charles Jeurgens
Toen de Britse etnograaf Janet McGovern
ten tijde van de Japanse kolonisatie van
Taiwan in de jaren 1916-1918 veldonder
zoek deed bij de Taiwanese Aboriginals,
werd haar een paar keer het verhaal
verteld over de aan hun voorouders
gedane belofte dat de 'Great White
Fathers', met wie overduidelijk de
Nederlanders werden bedoeld, ooit
zouden terugkeren om hen te bevrijden.
Dat diepgewortelde geloof was waar
schijnlijk zelfs de belangrijkste reden
waarom McGovern zo nauw in contact
kon komen met de Aboriginals: zij werd
beschouwd als de reïncarnatie van een
van die 17e-eeuwse Nederlanders. Dat
ze in de gedaante van een vrouw terug
kwam, was in de ogen van de matriarchaal
georganiseerde Aboriginals niet vreemd.
De Nederlandse heerschappij van ruim
driehonderd jaar daarvoor, werd door hen
als een sacrale gebeurtenis geëerd.1
Het Ilha Formosa (dat 'mooi eiland'
betekent) dankt zijn naam aan de
Portugezen, die, hoewel ze waarschijnlijk
nooit aan land zijn gegaan, er regelmatig
voorbij voeren op weg naar Japan. Het
bergachtige eiland, met een oppervlakte
ongeveer zo groot als het grondgebied
van Nederland, werd aan het begin van
de 17e eeuw bewoond door naar schat
ting nog geen 100.000 inwoners. Zij
woonden in meer dan honderd - elkaar
veelvuldig bevechtende - dorpen,
verspreid over het eiland.
Op Formosa werd een groot aantal
verschillende talen gesproken. In totaal
zijn meer dan 25 verschillende Austro-
nesische talen geïdentificeerd die in de
17e eeuw werden gesproken en waarvan
inmiddels de helft is uitgestorven.3
De Nederlanders bouwden aan de
zuidwestkust van Formosa - op het
schiereilandje Tayouan, vlak voor de kust
van huidige Tainan - hun kasteel
Zeelandia. Dit fort werd het administra
tieve, militaire en handelscentrum voor
de VOC op Formosa, van waaruit de
gouverneur het eiland trachtte te
besturen en contact onderhield met
de Hoge Regering in Batavia. Op het
hoogtepunt van de macht van de VOC
op Formosa waren er zo'n tweeduizend
soldaten en zeshonderd kooplieden,
administrateurs en dominees op het
eiland gestationeerd. Het waren met
22 2013 nummer 10