r Het NMI werd tot en met 2012 gefinan cierd met subsidie van de Gemeente Den Haag en het Rijk. De rijkssubsidie is echter vervallen per 1 januari 2013. Voor het NMI betekent dit zestig procent minder subsidie. De gemeente Den Haag blijft onder tussen haar verantwoordelijkheid voor de muziekcollectie dragen en zal het NMI ook in de kunstenplanperiode 2013-2016 ondersteunen. Al met al moet het NMI flink snijden in de kosten. Meer dan de helft van het personeel moet afvloeien. Ondanks de forse beperking van de overheidssteun hoopt het NMI in de samenwerking met het HGA nog zoveel mogelijk van zijn doelstellingen te kunnen verwezenlijken. Het HGA ziet de collectie van het NMI als een interessante kwalitatieve en kwantitatieve verbreding van de eigen collectie. Het HGA beheert eveneens belangrijke muziekarchieven zoals dat van Pia Beck, het Residentie Orkest en de Maatschappij tot Bevorde ring der Toonkunst, departement 's- Gravenhage. De NMI-collectie trekt bezoekers uit binnen- en buitenland. Er zal worden samengewerkt op het gebied van digitale ontsluiting van de collecties en op termijn in de dienstverle ning aan het publiek. De collecties van het NMI blijven vooralsnog gehuisvest in de Koninklijke Bibliotheek. Wel is voorzien in een geleidelijke overbrenging van de collectie naar de depots van het HGA aan het Spui. Uiteindelijk zullen de instellingen geheel integreren. Theater Daarnaast zijn er 20.000 prenten en tekeningen en 20.000 objecten: maskers, kostuums, maquettes, decorstukken en accessoires. Na overleg tussen de Universiteit van Amsterdam (UvA), Theater Instituut Nederland (TIN) en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OCW) is besloten de verzameling onder te brengen bij de Universiteit. De toegankelijkheid voor educatie, onder zoek en maatschappelijke dienstverle ning blijft op deze manier gegarandeerd. De stichting TIN, die blijft voortbestaan, zal zich hier in de toekomst voor inzetten. De collectie vindt zijn oorsprong in 1925 toen enkele privécollecties bijeen werden gevoegd ten behoeve van het Tooneel- museum. Later met een vaste plek op de Herengracht werd dit het Theatermu seum. De collectie groeide uit tot een unieke verzameling van materialen en gegevens over alle theater- en dans- genres en bestrijkt een periode vanaf de 17e eeuw tot op de dag van vandaag. De collectie bevat onder andere 30.000 theateraffiches, 146.000 foto's van 22.000 voorstellingen, 26.000 portretfoto's van 2450 theatermakers en een uitgebreide audio- en videocollectie. Daarnaast zijn er 20.000 prenten en tekeningen en 20.000 objecten: maskers, kostuums, maquettes, decorstukken en accessoires. De collectie dient als bron voor onder zoek naar en onderwijs over de Neder landse theatergeschiedenis. Er is onder meer een digitale database met premières sinds 1751 en 50.000 recensies. Bijzonder waardevol zijn de 429 archieven van theaterpersoonlijk heden - onder wie Louis Davids, Wim Kan en Freek de Jonge - en theatergezel schappen. Het beheer van de collectie zal gefinancierd worden uit de bestaande reserves van het TIN en niet ten koste gaan van het onderzoek- en onderwijs budget van de UvA. Muziek Evenmin gelukkig is het lot van Muziek Centrum Nederland (MCN) dat per 1 januari 2013 is opgehouden te bestaan. De reden is dat MCN vanaf 2013 zijn rijkssubsidie verliest. Voor alle 52 MCN-medewerkers volgde eind 2012 ontslag. Aanvankelijk zou het instituut met dertig procent worden gekort. Nederland en beheert muziekarchieven met duizenden muziekhandschriften, brieven en andere documenten. In de bibliotheek bevinden zich talrijke oude drukken van muziekuitgaven en muziektraktaten, naast moderne uitgaven en naslagwerken. De collecties zijn een bron voor historisch onderzoek en voor de actuele muziekpraktijk. Het NMI is een samenwerking aangegaan met het Haags Gemeentearchief (HGA). Op termijn is het de bedoeling dat de instellingen geheel integreren. Dan het Theater Instituut Nederland (TIN). Het TIN is per 1 december 2012 definitief gesloten door beëindiging van de subsidie. De collectie van Theater Instituut Nederland is ondergebracht bij de Universiteit van Amsterdam. Hierdoor blijft een verzameling met grote waarde voor de Nederlandse cultuurgeschiedenis behouden. De theaterboeken, teksten, het av-materiaal en bladmuziek zijn overgedragen aan de Bijzondere Collecties van de Universiteit van Amsterdam. De verwachting is dat het materiaal na maart 2013 weer beschik baar is op aanvraag via de bibliotheken van de UvA. 'Het probleem is wie het gaat betalen. Ook Beeld en Geluid moet bezuinigen' (foto Vijverln, Wikimedia Commons). nummer 5 2013 27

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2013 | | pagina 27