Meten is weten BRAIN zet volgende stap in kwaliteitszo archiefinstellingen Eind 2012 rondde BRAIN na jaren van voorbereiden, consulteren en fijn slijpen, het Kwaliteitshandboek voor de Nederlandse archieven af. De generieke en specifieke normen uit dit handboek vormen een belangrijke richtlijn voor archiefinstellingen in hun continue streven naar kwaliteit en professionaliteit. Van voor- naar achterkant Sinds 2000 wordt tweejaarlijks de kwaliteit van de dienstverlening gemeten door middel van de Kwaliteitsmonitor Dienstverlening Archieven. Deze door DIVA ontwikkelde monitor is door BRAIN na 2007 meermalen aangepast aan de veranderingen in de branche. Met name de snel voortschrijdende digitalisering van de publieksbenadering en de Door en voor de branche BRAIN hebben zich vervolgens kunnen uitspreken over dit concept. Een veelgehoorde opmerking was, dat het Kwaliteitshandboek teveel van het goede zou kunnen worden. Veel overheden, en ook de daarbij behorende archiefinstel lingen, werken immers al met een generiek kwaliteitssysteem. Men vreesde voor dubbel werk en voor conflicterende modellen. Daarop is besloten de aansluiting van het handboek op generieke kwaliteitszorgmodellen zoals het INK-kwaliteitsmodel te verbeteren. Tijdens dit proces is tevens gekeken naar andere kwaliteitsmodellen, zoals het EFQM-model van de European Foundation for Quality Management en het Common Assessment Framework (CAF) voor overheden en de publieke sector van de Europese Unie. Kwaliteitshandboek Ariela Netiv I Kwaliteitszorg is een belangrijk speerpunt van BRAIN. De vereniging wil de zelfregulering en professionalisering van instellingen in de branche bevorderen en ondersteunen. Aanpalende sectoren zoals de openbare bibliotheken en de musea gingen de archieven op dit gebied voor. De Vereniging van Openbare Bibliotheken werkt met een certificeringssysteem en de musea kennen het Museumregister. Zo ver is het in de archiefbranche nog niet. De afgelopen jaren is, voortbou wend op de activiteiten binnen DIVA, een begin gemaakt met het opstellen en invoeren van instrumenten die de kwaliteitszorg ondersteunen. De komende jaren staan in het teken van het doorontwikkelen en uitbouwen van het instrumentarium, wellicht als opmaat naar de certificering van instellingen. Met de versterking van de kwaliteit en professionaliteit van het Nederlandse archiefwezen dienen we een publiek belang. dienstverlening vroegen om aanpassing van het instrument. In 2009 onderzocht BRAIN met behulp van focusgroepen wat de klanten nu echt belangrijk vinden.1 De resultaten werden verwerkt in een nieuw vereenvoudigd Handvest Dienstverlening Archieven: de Servicenormen, waarin omschreven staat wat iedere (digitale) bezoeker van een Nederlandse archiefinstelling mag verwachten. Om de Servicenormen waar te maken is er achter de schermen in de archiefinstellingen echter nog veel te doen. Het Kwaliteitshandboek voor Nederlandse archieven is opgesteld om instellingen te helpen gestructureerd en structureel te werken aan de optimali sering van de kwaliteit. Tijdens een studiedag in december 2010 gaven archiefmedewerkers in een open space bijeenkomst input over wat er allemaal georganiseerd en gerealiseerd moet zijn om de Servicenormen te halen. In de sectie Kwaliteitszorg, onder voorzitterschap van Martin Jochems, zijn deze resultaten besproken. Een werk groep heeft vervolgens een eerste conceptversie van een normenset met een toelichting opgesteld. Daarbij is ook gekeken naar de normen die het bibliotheekwezen zichzelf heeft opgelegd. De leden van de sectie Kwaliteit van Het eindresultaat is het Kwaliteitshand boek voor de Nederlandse archieven. Het handboek bevat normen op negen terreinen die samen het volledige functioneren van een instelling dekken: leiderschap, strategie en planning, management van medewerkers, partnerschappen en middelen, manage ment van processen, tevredenheid van klanten en partners, tevredenheid van medewerkers, waardering door de samenleving, en sleutelactiviteiten en speerpunten. 22 2013 nummer 5

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2013 | | pagina 22