'Een virtuele onderzoeks
ruimte die echt aanslaat!'
Geesteswetenschappen
en digital humanities
In de zomer van 2012 sloegen het Meertens Instituut en het Huygens ING, samen met de Digitale
Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren, het Instituut voor Nederlandse Lexicologie, de Koninklijke
Bibliotheek en een aantal universiteitsbibliotheken, de handen ineen. Onder de titel Nederlab startten
zij een groot onderzoek naar veranderingspatronen in de Nederlandse taal en cultuur. NRC Handelsblad
maakte op 12 juni 2012 dit nieuwe project wereldkundig, waarin de Nederlandse Organisatie voor
Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) meer dan twee miljoen euro investeert.1
Niet uniek
De kloof dichten
Over deze interactie schreef Fred van Kan
recentelijk iets op zijn blog, naar aan
leiding van zijn bezoek aan de 'Deutscher
Archivtag' in oktober 2012. Hij geeft aan
tijdens deze conferentie te hebben
gemerkt dat in Duitsland archivarissen
een sterke ondersteunende rol hebben
ten opzichte van de wetenschap. Van Kan
zet dit af tegen de situatie in Nederland
Petra Links en Ivo Zandhuis I
Aan de basis van het slagen van Neder
lab ligt het doorzoekbaar maken van
beschikbare en nieuw gedigitaliseerde
Nederlandstalige bronnen. Het gaat
hierbij in de eerste plaats om gedrukte
bronnen, zoals boeken, kranten en
tijdschriften. Daarnaast worden ook
wetteksten, notulen en jaarverslagen
genoemd in het artikel in NRC.2 Het project
belooft een goudmijn op te leveren voor
het wetenschappelijk onderzoek: een
gebruiksvriendelijk systeem zal toegang
bieden tot de teksten, waardoor
onderzoekers met behulp van nieuwe
technologieën vragen kunnen beantwoor
den die in het verleden slechts tot de
verbeelding spraken, maar nu realiteit
lijken te worden.
Hoewel Nederlab in Nederland bijzonder
is qua omvang, is het in methodologisch
opzicht geen uniek project.3 Verschillende
onderzoeksinstellingen werken al langer
aan de ontwikkeling van tools om
digitaal beschikbare bronnen doorzoek
baar te maken, en ook internationaal zijn
er verschillende onderzoeksprogramma's
actief op dit terrein. Een voorbeeld is het
onderzoeksprogramma CLARIN dat op
nationaal4 en internationaal niveau met
succes verschillende tools ontwikkelt voor
het doorzoekbaar maken van spraak en
tekst. Andere infrastructurele programma's
waarin Nederlandse organisaties parti
ciperen, zijn bijvoorbeeld 'European
Holocaust Research Infrastructure' (EHRI)
en 'Heritage of the People's Europe'
(HOPE).5
Onderzoeksprogramma's als Nederlab en
CLARIN passen binnen het onderzoeks
veld van de digital humanities, dat de
laatste jaren snel aan terrein wint.
Dergelijk onderzoek is erop gericht
innovatieve modellen en applicaties te
ontwikkelen die nieuw wetenschappelijk
onderzoek mogelijk moeten maken,
zowel in de geesteswetenschappen als
in de informatica.6 Digitale bronnen en
gereedschappen bijeengebracht in
virtuele onderzoeksomgevingen en
toegankelijk gemaakt met moderne
zoektechnologieën, beloven een impuls te
geven aan het geesteswetenschappelijk
onderzoek. Diverse manieren van
informatieverwerking worden onder
zocht: het gebruik van geografische
informatiesystemen, beeldonderzoek en
het toepassen van statistische data-analyse,
om er maar een paar te noemen.
De digital humanities lijken kansen te
bieden voor archiefinstellingen. Immers,
net als bibliotheken beschikken ze over
bronnen. Gedigitaliseerd en beter door
zoekbaar zouden de archiefbronnen
(nog) interessanter zijn voor wetenschap
pelijk onderzoek. Hiervoor is intensieve
interactie met het onderzoeksveld
essentieel.
Studiezaal FelixArchief(foto Marion Kahane).
10 2013 nummer 2