Een nieuwe toekomst
voor het aloude regest?
Charters zijn lastige bronnen. Wie de inhoud van een charter wil kennen, loopt tegen een aantal
hindernissen aan. Hij of zij moet oud schrift kunnen lezen, de taal waarin de tekst is gesteld beheersen
en de beschreven rechtshandeling kunnen begrijpen. Als het schrift moeilijk leesbaar is, men geen
Latijn, Middelnederlands of oud-Frans beheerst en in de tekst instellingen en begrippen voorkomen die
iemand vreemd zijn, dan wordt het begrijpen van een charter een haast onmogelijke klus.
Oorsprong
de gewoonte om bij een beschrijvende
inventaris een chronologisch geordende
regestenlijst op te nemen van de
charters die in het betreffende archief in
origineel of in afschrift voorkwamen. In
de bovengenoemde Handleiding uit
1898 wordt dit als een voorschrift
geformaliseerd en vervolgens wordt het
algemeen gebruik. Uit praktische
overwegingen beperkte men zich
daarbij evenwel tot de middeleeuwse
charters - het beschrijven van alle
charters in een archief bleek meestal
simpelweg ondoenlijk vanwege de
omvang ervan. De functie van het regest
veranderde door deze ontwikkeling. Het
regest was niet langer bedoeld als een
voorlopige publicatie in verkorte vorm in
afwachting van een uitgave in extenso.
Regesten werden nu vervaardigd om
een nadere toegang te geven op de
charters in een archief.
Omslachtig
In de Nederlandse praktijk ontstond
vervolgens een wijze van regesten
maken die erg omslachtig is en totaal
niet berekend op de grote hoeveelheid
charters in de archieven. Er vormde zich
een ware canon aan specifieke
voorschriften voor het formuleren van
de verschillende elementen van een
regest in één enkele zin. De tijdrovende
praktijk van het regest maken, schetst
Dekker treffend als volgt: "Kunt u zich
de tevredenheid voorstellen van de
archivaris, als hij de rechtshandeling van
een klein geschreven notariële oorkonde
van 90 bij 80 centimeter na vijf dagen
arbeid had gecomprimeerd in één
vreselijke zin van een halve bladzijde
Paul Mols
Charters dienden als bewijs en dus
werden deze documenten met grote
zorg opgesteld. De formulering van de
tekst, het schrift, de zegels et cetera,
dienden onomstotelijk de authenticiteit
van het document te bewijzen. In
publicaties van deze bronnen wordt
traditioneel naast de tekst van het
document dan ook een beschrijving van
de uiterlijke kenmerken ervan
opgenomen.
De publicatie van charters in extenso
gebeurt in zogenaamde oorkonden-
boeken en tegenwoordig ook in
bestanden die digitaal via internet te
raadplegen zijn. Daarnaast bestaat
traditioneel ook de uitgave in samen
vatting of regest. De samenstellers van
de Handleiding voor het ordenen en
beschrijven van archieven uit 1898
hebben uitvoerig over het vervaardigen
van regesten geschreven in de paragrafen
72-82. In de in 2003 gepubliceerde
Archiefterminologie voor Nederland en
Vlaanderen vinden we het regest beknopt
beschreven als de 'analyse van een
akte' (artikel 139). Wat die analyse
precies kan of zou moeten omvatten,
wordt verder niet aangeduid. De functie
van deze publicatie is ook anders dan de
Handleiding, maar toch lijkt hierin een
verandering in de benadering van het
vervaardigen van regesten te constateren.
C. Dekker heeft een belangrijk artikel
over het regest geschreven in jaargang
77 (1973) van dit tijdschrift. Hij beschrijft
de eerste publicaties van regesten in de
vroege achttiende eeuw, de wijze van
vervaardigen van regesten die daarna in
gebruik kwam en de problemen daarbij,
en pleit ten slotte voor een andere en
minder formalistische manier van het
vervaardigen van regesten.
Het regest ontstond in de achttiende
eeuw in het kader van enkele grote
uitgavenprojecten van middeleeuwse
bronnenverzamelingen. De vroegste
uitgaven van regesten waren bedoeld
als voorbereiding op de zeer tijdrovende
en moeizame onderneming van publicatie
van de charters in extenso door alvast
samenvattingen beschikbaar te maken.
Daarnaast ontstonden al gauw regesten-
lijsten op charters die in druk waren
verschenen. De regestenlijsten waren
chronologisch geordend en zij voorzagen
in de behoefte aan kennis over de
charters bij onderzoekers van de
middeleeuwen en ook bij recht- en
bewijszoekenden - immers, in de
periode van het ancien régime beschreven
de charters vaak nog bestaande privileges
en rechten. In de wereld van de
mediëvistiek ontstond zo het regest
(in de mediëvistiek is het overigens
gebruikelijk om te spreken van oorkonde
en niet van charter).
De kwaliteit van de regesten was in het
begin van de negentiende eeuw al
zodanig ontwikkeld dat deze konden
voorzien in de behoeften van onder
zoekers. De regestenpublicaties kregen
aldus een zelfstandiger karakter ten
opzichte van de uitgaven in extenso en
gingen deze op den duur zelfs
vervangen. Regestenlijsten waren in de
negentiende eeuw een vanzelfsprekend
en onmisbaar instrument geworden voor
de mediëvist.
Gedurende de negentiende eeuw ontstond
32 2012 nummer 10