Uitgelezen
UT* ff**-"*
Continue onderhandeling
Geen toegangen
II, L"l "J Ji. m 8 |fc Mij k
3hi^™ wm
R. Polley (ed.), Anbietung von Unterla-
gen öffentlicher Stellen an die Achive:
Rechtslagen, Probleme, Lösungswege.
Beitrage zu einem Workshop am
27.11.08 an der Archivschule Marburg.
Veröffentlichungen der Archivschule
Marburg 50 (Marburg 2011) ISBN
987-3-923833-37-5, 180 pp., 22,80.
Gluren bij de buren, altijd leuk en
leerzaam. Het houdt je een spiegel voor.
Deze bundel, die een kijkje in de Duitse
overbrengingspraktijk geeft, bevat een
bijdrage over archiefrecht als schriftelijk
examenvak bij de wetenschappelijk
archiefopleiding (met de nadruk op de
verhouding tot het bestuursrecht), een
uiteenzetting over overbrenging van
overheidsbescheiden in het algemeen,
een artikel over de ontwikkeling van
wetgeving op het gebied van digitale
archivering, en vier afzonderlijke
bijdragen over de overbrenging van
specifieke archieven als de registers van
de Burgerlijke Stand, notariële
archieven, het kadaster en
zorginstellingsarchieven. De nadruk ligt
in de meeste bijdragen op het wettelijke
kader.
Overbrenging van overheidsarchieven
naar Kommunal-, Landes- of
Staatsarchive is in Duitsland in lang niet
alle gevallen een uitgemaakte zaak, zo
blijkt eigenlijk uit alle artikelen. De
volwassenwording van de
archiefwetgeving in de diverse
deelstaten in de jaren negentig van de
twintigste eeuw, die ook de verzwaring
van het vak archiefrecht bij de opleiding
op haar conto mag schrijven, wordt
momenteel met kleine stapjes
verzilverd. Archivarissen moeten het
archiefrecht steeds op andere wetgeving
bevechten en lijken voortdurend in
onderhandeling.
Als succes mag gelden de wijziging op
de Wet op de Burgerlijke Stand, het
Personenstandrechtreformgesetz, dat
inging op 1 januari 2009. Tot op dat
moment werden alle akten, teruggaand
tot 1874, bij de Standesamter zelf
bewaard. Raadpleging ervan was
voorbehouden aan direct betrokkenen
en hun afstammelingen in een rechte
lijn, of anderen die een juridisch belang
konden aantonen. Met ingang van de
nieuwe wet worden de geboorte-,
huwelijks-, en overlijdensregisters ouder
dan respectievelijk 110, 80 en 30 jaar,
overgebracht naar openbare
archiefbewaarplaatsen. Ook voor de
notariële archieven gloort hoop. Na tien
jaar zware onderhandelingen door het
archiefwezen met zowel de notarissen
als de Landesjustizverwaltungen voor de
regeling van overbrenging van notariële
archieven, ziet het er nu toch naar uit
dat het archiefwettelijk regiem erkend
gaat worden. Het grootste pijnpunt werd
gevormd door het feit dat de andere
partijen aanvankelijk graag de
staatsarchieven als goedkope
opslagplaats hadden willen gebruiken
zonder de archiefwetgeving van
toepassing te laten zijn. Bij het Kadaster
(Grundbuch) lijkt het omgekeerde het
geval te zijn. Een wetswijziging uit 2009
die het elektronisch verwerken van
kadastrale gegevens regelt, heeft in het
voorbijgaan niet de Landesarchive maar
de Grundbuchamter zelf aangewezen
voor de blijvende bewaring van het
Kadaster. Hiertegen zijn de archivarissen
in het geweer gekomen maar dat pleit
is nog lang niet beslecht.
Verrassend vanuit Nederlands
perspectief is dat in Duitsland een soort
consensus bestaat dat je van
overheidsinstellingen toch niet in
redelijkheid kunt verwachten dat ze bij
de archieven die ze overbrengen ook
toegangen aanleveren. Immers, straks
gaat de archivaris er toch verder uit
selecteren en dan heeft de
archiefvormer zijn inspanning voor niets
geleverd. Dit impliceert dus selectie na
overbrenging in plaats van daarvoor.
Ook lijkt het erop dat de archivaris die
selectie moet doen uitsluitend op grond
van zijn deskundige inzichten, want ik
las niets over wettelijke richtlijnen of
centraal vastgestelde selectielijsten. De
nieuwe overbrengingssuccessen
betekenen dus ook een zware extra
belasting voor de archiefinstellingen, die
tegelijkertijd mensen moeten vrijmaken
voor de advisering aan archiefvormers
over de inrichting van digitale
archiefsystemen.
Hoewel het boek saai en onaantrekkelijk
is vormgegeven, leest het toch bijzonder
prettig omdat de bijdragen helder en
duidelijk zijn geschreven. Een aanrader
voor elke archivaris die zich bezighoudt
met de verwerving van
overheidsarchieven en eens verder dan
zijn eigen achtertuin wil kijken.
Floortje Tuinstra redacteur
Archievenblad en vakspecialist Acquisitie
en Inventarisatie bij Het Utrechts Archief.
nummer 4 2012 35