a SNAAI Lab
KVAN
Nieuws
Archivaris 2.0
SNAAI geeft actueel onderzoek de
volle aandacht. Karin Leers,
informatieadviseur bij het Openbaar
Ministerie, heeft eind augustus haar
studie Archiefwetenschap aan de UvA
afgerond met een onderzoek naar de
interactieve archivaris. De interactieve
relatie tussen publiek en archivaris
vraagt om een nieuwe houding van
de archivaris en de kennis en kunde
van Web 2.0.
Competenties van de interactieve
archivaris
Nieuwe verhouding met publiek
Nieuwe competenties door
educatie
Karin Leers
In het streven naar een groter
publieksbereik maken archiefinstellingen
dankbaar gebruik van de ontwikkelingen
in de webtechnologie. De virtuele c.q.
digitale studiezaal transformeert
langzaam naar een digitale interactieve
onderzoeksomgeving waar interactie
tussen de archivaris en gebruikers
mogelijk is. De overgang van Web 1.0
naar Web 2.0 is hiermee een feit. De
wisdom of the crowds kan worden
ingezet bij het ontsluiten en toegankelijk
maken van archiefmateriaal.
Archivarissen hebben de mogelijkheid
om uit hoofde van hun functie te
participeren in fora en communities. Dit
alles kan leiden tot een kwalitatieve en
kwantitatieve verbetering van het
publieksbereik.
De interactieve relatie met het publiek
betekent een ingrijpende verandering in
Tekening Marie van Voiienhoven (www.daiiydrawing.ni).
de verhouding tussen de archivaris, het
archief en de gebruiker. Binnen de
archiefwetenschap wordt zelfs gesproken
over een nieuw paradigma. De vraag is
hoe de nieuwe relatie met het publiek in
verhouding staat tot de archivistische
principes die ten grondslag liggen aan het
handelen van de archivaris.
De rol van de archivaris is sinds de
opkomst van digitale documenten anders
geworden. Binnen de digitale interactieve
onderzoeksomgeving verandert die nog
meer. Hier moet de archivaris streven naar
een gelijkwaardige verhouding met de
gebruikers en een proactieve,
uitnodigende nieuwe houding aannemen.
Tegelijkertijd dient hij zijn professionele
expertise, die hem onderscheidt van die
gebruikers, te laten gelden.
Om door middel van een digitale
interactieve onderzoeksomgeving zijn
publieksbereik te vergroten, heeft de
archivaris bepaalde competenties
(kennis, vaardigheden en houding)
nodig. Mijn onderzoeksvraag is hoe
archivarissen competenties kunnen
verwerven die ze nodig hebben om met
behulp van een digitale interactieve
onderzoeksomgeving naar een groter
publieksbereik te streven. Naast
onderzoek naar de huidige denkbeelden
binnen de archiefwetenschap, heb ik
interviews gehouden met vijftien
sleutelfiguren uit het archiefveld,
archiefonderwijs en de beroeps- en
branchevereniging.
De opvattingen over het verwerven van
de benodigde competenties verschillen.
De vertegenwoordigers van het
archiefonderwijs benadrukken dat
archivarissen theoretische kennis moeten
opdoen van Web 2.0 als conceptuele
verandering in de relatie tussen
archivaris, archief en de gebruikers.
Vooral het denken over het hoe en
waarom van interactieve toepassingen is
van belang. Praktische vaardigheden op
Web 2.0-gebied worden deels binnen en
deels buiten de archivistische modules
aangeleerd. De hoeveelheid 'Web 2.0' in
de studieprogramma's mag nog worden
vergroot, zeker aan de UvA.
Geïnterviewden uit het archiefveld
legden het accent op de nieuwe houding
die archivarissen moeten aannemen. Zij
moeten tussen hun gebruikers gaan
staan en de wisdom of the crowds
daadwerkelijk erkennen en er gebruik
van maken. Deskundigheidsbevordering
door middel van cursussen als
'23-archiefdingen' of '23 dingen voor
archieven', wordt als zeer zinvol geacht
voor archivarissen die reeds in het veld
werkzaam zijn. Niet alleen het verwerven
van vaardigheden staat hierin centraal
maar ook de nieuwe houding komt aan
bod. Die houding is slechts voor een deel
aan te leren. KVAN en BRAIN moeten
volgens de geïnterviewden blijven
hameren op permanente educatie en de
deskundigheidsbevordering van
archivarissen stimuleren.
Web 2.0-competenties op het gebied van
publieksbereik zijn geen archivistische
maar generieke competenties. Het zijn
noodzakelijke competenties voor
archivarissen om hun publieksbereik
middels een digitale interactieve
onderzoeksomgeving te vergroten.
Zij kunnen de archivistische
kerncompetenties ondersteunen.
Karin Leers informatieadviseur bij het
Openbaar Ministerie en recent
afgestudeerd archivaris.
nummer 7 2011 29