"Ik kwam erachter dat er op de Veluwe een dorpje was dat 'Drie' heette en ik wilde weten of mijn familie daar vandaan kwam. Mijn speurtocht begon in het rijksarchief in Utrecht, waar hoofd studiezaal Van Vuuren mij aller vriendelijkst opving. Via voorouders in Amersfoort leidde het spoor naar Garderen. Dat betekende dat ik per trein naar het rijksarchief in Gelderland moest, een behoorlijke aanslag op mijn scholieren portemonnee. Ook in Arnhem werd ik prettig ontvangen in een verder geheel lege studiezaal. In die middag kon ik mijn stamboom terugvoeren tot een huwelijk in 1749. Ik vond de vermelding in het trouwboek van Garderen van Cornelis Jansen uit Harderwijk en Grietje Beerents uit Drie. Hun zoon Wouter Cornelissen is later 'Van Drie' gaan heten. Daarna liep het onderzoek vast en in al die jaren ben ik niet verder meer gekomen. Later heb ik nog een boedelbeschrijving gevonden van Grietje Beerents, opgemaakt voordat ze hertrouwde met Cornelis Jansen. Ze woonde in een huisje of hutje. Er was geen bed, alleen een paar dekens, twee 'quade' stoelen en vier tinnen lepels." "Maar ik weet wel waar dat huisje in Drie heeft gestaan, namelijk bij een bocht in de weg. Ik heb die 'familieplek van betekenis' natuurlijk opgezocht, die ligt net als toen midden in het Speulderbos. Het verleden aanraken, dat is eigenlijk een rode draad in mijn leven." "Het onderzoek naar mijn familie resulteerde in een spreekbeurt over mijn kwartierstaat en een artikel in schoolkrant Het Spuigat, nu precies 40 jaar geleden. Ik werd ook lid van de Stichts-Hollandse Historische Vereniging, deed vakantiewerk bij het gemeente archief in Woerden en archiefonderzoek voor mijn werkstuk over het 'Rampjaar 1672'. Menige vakantiedag bracht ik voor mijn stamboom door in het rijks archief in Utrecht. Soms nam ik vrienden of familie mee om ze te laten ervaren dat de originele bronnen je dicht bij mensen van vroeger brengen. Van de kennis en ervaring die ik bij dit alles heb opgedaan, profiteer ik nog steeds." "Op basis van die ervaringen stippelde ik mijn toekomst uit: na de HAVO wilde ik naar de Middelbare Archiefschool. Ik regelde alvast een stageplek bij de Haagse gemeentearchivaris Bordewijk. Maar om toegelaten te worden tot de opleiding moest ik natuurlijk ook nog op gesprek bij de directeur van de Archiefschool, op dat moment was dat Ketelaar. Die luisterde naar mijn verhaal, bekeek mijn cijferlijst en raadde me toen iets heel anders aan: ga eerst geschiedenis studeren! Als ik daarmee klaar was, moest ik maar weer aankloppen bij de Archiefschool." "Verder studeren aan de universiteit was totaal niet bij me opgekomen. Dat was helemaal niet vanzelfsprekend; ik ben de eerste van mijn familie die dat gedaan heeft. De suggestie van Ketelaar sprak me aan en ik keerde terug naar de schoolbanken. Een jaar later ging ik geschiedenis studeren in Utrecht. Wat mij in die studie vooral boeide, was het archiefonderzoek en de reconstructie van het verleden aan de hand daarvan. Ik studeerde in 1983 af op een doctoraal scriptie over de Staten van Utrecht 1549-1555, op basis van een gedetail leerde analyse van de statenresoluties." "Toen ik eenmaal was afgestudeerd, zat de Archiefschool op slot. Het was onmogelijk een stageplek te vinden. Noodgedwongen sloeg ik een andere richting in, een promotieonderzoek leek me ook wel wat. Geldschieter ZWO wees mijn onderzoeksvoorstel helaas af. Zoals vele afgestudeerden in die vroege jaren tachtig moest ik omzien naar iets anders om in mijn onderhoud te voorzien. Via via vond ik een baantje bij de Nederlandse Spoorwegen. Dat kwam zo: een jaar eerder was er een aanvaring geweest bij de Koningshavenbrug in Rotterdam. De brug moest gerepareerd worden en daarvoor hadden ze de tekeningen nodig. Die bleken nergens te vinden en toen kwamen ze erachter dat hun archief een chaos was. In drie maanden tijd heb ik dat bij de 'Afdeling Brugonderhoud Zuid-Holland zuid' in Rotterdam in orde gebracht, maar daarna moest ik weer naar iets anders omzien en werd ik huisschilder. Wie weet heb ik een mooie carrière in dat vak gemist, want niet lang daarna kreeg ik de tip dat er een vacature was bij het Centraal Bureau voor Genealogie. Ik solliciteerde en werd in 1985 aangenomen als medewerker studiezaal, onderzoek en inlichtingen. Daar werk ik nu nog steeds." Rob als misdienaar bij de begrafenis van grootvader (1970; foto part. coll.) oefenen. In diezelfde tijd stond er in de Libelle een artikel over genealogisch onderzoek met een voorbeeld van een kwartierstaat. Dat gebruikte ik ook." Wat ontdekte je over je familie? Waar leidde dat toe? En daarna klopte je weer aan bij de Archiefschool? nummer 8 2011 51

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2011 | | pagina 51