Wordt de functie van archivaris weer een rijkeluisbaantje? Waar momenteel in het archiefveld grote behoefte aan is, is actuele kennis en kunde om archiefgerelateerde ontwikkelingen op het gebied van informatie, communicatie, beheer en bestuur te initiëren, bij te houden en vooral te sturen. Ernstig bedreigd Tweede opleiding Pijler van het archiefbeleid Theo Thomassen Het archiefperspectief moet leidend zijn bij het denken over proactieve beheer-, bewaar- en selectiestrategieën, over systemen en voorzieningen voor digitale opslag en ontsluiting, over de archivistische implicaties van keteninformatisering, over de inzet van interactieve media bij archiefproductie en -gebruik, over de implementatie en verdere ontwikkeling van e-depots en over nog veel meer. Te vaak zitten informatici en organisatie- kundigen nog op de plaats waar archivarissen moeten zitten: op de bestuurdersstoel. De kennis en kunde over recente ontwikkelingen in het vakgebied onder archivarissen is nog geen gemeengoed en de aanwezige kennis en kunde is versnipperd. In deze tijd van bezuinigingen, waarin de aandacht weer van erfgoed naar archiefwet verschuift, heeft het georganiseerde archiefwezen het ontwikkelen en delen van kennis dan ook weer hoog op de agenda gezet. Juist nu de behoefte aan gekwalificeerde professionals groter is dan ooit, wordt de instroom van gekwalificeerde archivarissen in het archiefwezen ernstig bedreigd door de maatregel van de regering om tweede studies niet meer te bekostigen. Instellingen van hoger onderwijs gaan nu de kosten van die opleidingen bij studenten in rekening brengen. Wie een tweede bachelor of een tweede master wil gaan doen, moet het instellingscollegegeld (zo'n 7.000,- per jaar) gaan betalen. De bezuinigingsmaatregel zal bij de meeste kiezers niet veel weerstand ondervinden en heeft dan ook brede politieke steun gekregen. Waarom zou de belastingbetaler, nu er op grote schaal bezuinigd moet worden, geld geven aan iemand die aan één studie niet genoeg heeft? Men hoeft niet aan balletdanseressen te denken om te zien dat deze redenering niet deugt: het is belangrijk om je leven lang te leren; doorstroming van HBO naar WO kan daarin een belangrijke stap zijn; nieuwe ontwikkelingen doen zich vaak voor op het raakvlak van twee disciplines; twee op elkaar aansluitende opleidingen kunnen unieke en buitengewoon nuttige kwalificaties opleveren; en bepaalde professies moeten het juist hebben van dubbelopgeleiden. De archivarissenopleidingen zijn voor de meeste studenten een tweede opleiding. Aan de UvA is de reguliere doorstroming vanuit de bachelor Culturele Informatie wetenschap naar de master Archief wetenschap zeer beperkt: de meeste studenten in deze master zijn zij- instromers die al een doctoraal-, bachelor- of masterdiploma op zak hebben, onder wie relatief veel historici. Bij de HvA doen de meeste van de gemiddeld dertig studenten per jaar de archiefopleiding in deeltijd. Ze hebben doorgaans voor de archiefsector gekozen omdat ze willen herintreden, een carrièreswitch willen maken of vanuit een ander werkterrein belangstelling voor records management of cultureel erfgoed hebben ontwikkeld. Het zijn merendeels zij-instromers van wie meer dan tweederde al een HBO of universitaire master achter de rug heeft. Door verhoging van het collegegeld zullen veel studenten die momenteel een van de archiefopleidingen doen of zich door het volgen van een schakel programma op de archiefopleiding aan de UvA voorbereiden, met hun studie stoppen. De instroom van archief studenten die al een andere opleiding hebben gedaan en van wie de archief opleiding dus niet meer bekostigd wordt, zal sterk verminderen. En ook de doorstroming van de archiefopleiding van de HvA naar die van de UvA zal stokken. Op termijn zal dat een groot tekort aan opgeleide archivarissen tot gevolg hebben. Nu is de instroom van voldoende gekwalificeerde archivarissen in het archiefveld van oudsher een van de belangrijkste pijlers waar het archief nummer 4 2011 25

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Archievenblad | 2011 | | pagina 25