Kroatische avonturen
Hervormingen in het nationale Kroatische archiefwezen
Het zal velen niet zijn ontgaan: de Europese Unie breidt zich uit. Het zijn vooral landen uit het
voormalig Oostblok die toegang zoeken tot de Unie. De toelating is onderhevig aan een aantal
voorwaarden die betrekking hebben op verschillende aspecten van de maatschappij. Om landen
in de Europese wachtkamer in de gelegenheid te stellen aan die voorwaarden te kunnen voldoen,
worden ondersteunende programma's georganiseerd.
Het Kroatische archiefwezen
De Kroatische archiefwet
maakt het mogelijk dat
gemeenten hun eigen
archiefdienst stichten.
staatsarchief gevestigd dat
de archiefaangelegenheden van de stad
regelt. De Kroatische archiefwet maakt
het mogelijk dat gemeenten hun eigen
archiefdienst stichten. De gemeenten
waar een regionaal staatsarchief is
gevestigd, zijn ook verantwoordelijk
voor de huisvesting van het archief.
In de praktijk betekent dit dat deze
archiefinstellingen gehuisvest zijn in
openbare gebouwen
die hun oorspronkelijke functie verloren
hebben, zoals kazernes, forten, scholen,
religieuze gebouwen en historische
stadspaleizen. Het gebouw van het
Nationaal Archief is het eerste gebouw
in Zagreb dat een betonnen structuur
kreeg (1911) en werd oorspronkelijk
gebouwd als Nationale Bibliotheek. In
dit pand was toen ook de archiefdienst
van het Koninkrijk Kroatië, de voorloper
van het Nationaal Archief, gevestigd.
Bij het Nationaal Archief werken ruim
120 medewerkers en bij de regionale
instellingen zo'n 20 a 25 medewerkers.
Het Archief biedt op centraal niveau
ondersteuning op het gebied van
Roelof Hol I
Het ministerie van Buitenlandse Zaken
(BuZa) financierde het ondersteunende
programma 'Maatschappelijke Trans
formatie (MATRA)'. Het ministerie van
Economische Zaken zette vervolgens
opdrachten uit bij grote organisatie- en
adviesbureaus, die op hun beurt
deskundigen inhuurden voor de
uitvoering. In het kader van het
Matra-programma diende het Kroatische
ministerie van Cultuur in 2006 een
verzoek in voor hulp
en expertise voor de hervorming van
het eigen nationale archiefwezen.
Daarop werd contact gezocht met het
Nationaal Archief (NA) en na ampel
beraad bracht het NA een offerte uit en
vond in 2007 een fact finding mission
plaats, een onderzoek om de
uitgangssituatie voor het project vast te
stellen. Er werd een projectteam
gevormd met Roelof Hol, oud
rijksarchivaris in Noord-Holland, als
projectdirecteur. Onder de titel
'Administrative en management reform
of Croatian Archive Service' ging het
project in 2007 van start voor een
periode van twee jaar. Er was een
bedrag van 375.000 begroot, waarbij
het NA de project-administratie en de
verantwoording verzorgde.
De projectorganisatie bestond uit de
projectdirecteur van het Nationaal
Archief, een vaste ploeg van
deskundigen van het Nationaal Archief
in Zagreb en een wisselend aantal
deskundigen vanuit het Nationaal
Archief in Den Haag, de regionaal
historische centra in Noord-Holland en
Overijssel, de Universiteit van
Amsterdam en, voor een specifiek
niet-archivistisch deel van het project,
de stichting AO (Adviseurs voor
Organisatiewerk). Van de zijde van de
Nederlandse ambassade in Zagreb
ontving het project organisatorische
ondersteuning.
Het Program Advisory Committee,
bestaande uit Kroatische en Nederlandse
vertegenwoordigers van de
verschillende ministeries en
overheidsdiensten, speelde een centrale
rol bij het monitoren van het project.
Alvorens nader in te gaan op de
doelstellingen en de resultaten van het
Matra-project, is het noodzakelijk om
eerst het Kroatische archiefwezen
(Hrvatski drzavi arhiv) toe te lichten. Het
archief-wezen is een aangelegenheid
van de centrale overheid. Naast het
Nationaal Archief in Zagreb zijn er 15
regionale staatsarchieven.1 Enkele
daarvan komen voort uit voormalige
stadsarchieven, zoals bijvoorbeeld
Dubrovnik en Rijeka. In Zagreb is naast
het Nationaal Archief ook een regionaal
nummer 4 2011 19