Eén geheugen, één bestel
De beloftes van de
Archiefwet 1995
Archieven in het veld
René Spork Hans Berende
Bij het afscheid in 2010 van Roelof Koops, directeur van het
Zeeuws Archief, sprak Martin Berendse over de toekomst van
het archiefwezen. Hoewel hij daarin forse uitspraken doet,
heeft het niet meteen geleid tot het wakker schudden van
de archiefwereld. Bijna een jaar later spreken René Spork en
Hans Berende met Martin Berendse in zijn kamer in het reeds
verbouwde deel van het Nationaal Archief.
It's the metadata stupid!
Omvorming
Martin Berendse is directeur van het
Nationaal Archief sinds 2008. Sindsdien
hebben wij hem leren kennen als een
man die het grote gebaar niet schuwt.
Doet u mij maar een nationaal e-depot
en oh ja, dat kost 40 miljoen.
We zitten nog maar net of Martin
Berendse begint: "We zitten op een
kantelpunt." We kijken met enige
argwaan naar de gloednieuwe tafel,
maar dat is niet wat hij bedoelt. "Wij,
het archiefwezen, zijn feitelijk nog
steeds bezig de Archiefwet 1995 te
verwerken. Die wet droeg twee grote
beloften in zich. Eén: een verkorting van
de overbrengingstermijn waardoor een
archiefinstelling meer zou opschuiven
richting de hedendaagse administratie.
Twee: de omvorming van de Rijks
archiefdienst en de vorming van de
Regionaal Historische Centra."
"Ik realiseer me pas sinds kort dat we
als archiefbestel nog bezig zijn en
moeten zijn met die eerste belofte.
We zijn nog nauwelijks opgeschoven
richting administratie. De nieuwe
selectiemethodiek die het Nationaal
Archief ontwikkelt, past in deze belofte.
We zijn bezig met het wegwerken van
de archiefachterstanden 1976-2005. Nou
ja, we: voor 2020 doet Doc-direkt dat
voor de Rijksoverheid op een shared
services manier. Wij zorgen er met
de waarderingsbrief voor dat het lukt
voor 2020. Maar met de huidige digitale
informatie kunnen we geen jaren meer
wachten en moeten we nu al selecteren
of bestanden voor bewaring in aan
merking komen.
De belofte uit de Archiefwet 1995,
opschuiven richting hedendaagse
administratie, is dus meer noodzakelijk
dan ooit. Het semistatisch archief houdt
op te bestaan. We moeten nog wel heel
wat bloed, zweet en tranen inzetten om
dat te bereiken. De digitaal geboren en
gevormde bestanden moeten we van
de goede metadata voorzien, dat is ons
vak. It's the metadata stupid!
Waardering en selectie maken daar
onderdeel van uit, net als openbaarheid,
autorisatie, privacy en de relatie met
andere archiefbestanddelen."
Martin Berendse, directeur Nationaal Archief en
algemene rijksarchivaris (foto Maurice Lipsch).
We vragen of er een belemmering zit
in het feit dat de ene instelling zich
meer heeft ontpopt als erfgoedinstelling
en de ander zich als 'kampioen' van de
informatiehuishouding en actieve
openbaarheid. Er is wat Berendse betreft
geen keus tussen erfgoed en informatie.
"Ik heb het geluk dat ik in ICA-verband
internationaal veel reis. In de succes
verhalen die ik zie wordt geen onder
scheid gemaakt tussen erfgoed en
informatie. Ik wil ook niet over een
nummer 4 2011 11