Het geheim van
mr. Willibrord Davids
Geheim
Willibrord Jacob Maria Davids (Rotterdam, 17 oktober 1938) is jurist en niet zo maar één; van 2004
tot en met 2008 was hij president van de Hoge Raad. Per 1 januari 2009 werd hij voorzitter van
de Restitutiecommissie die advies geeft over de teruggave van tijdens de Tweede Wereldoorlog
verworven kunstbezit. Daarnaast was hij voorzitter van de commissie die onderzoek deed naar de
besluitvorming, in maart 2003, die leidde tot de Nederlandse politieke steun aan de Irakoorlog, de
commissie-Davids.
De reden om Davids te vragen voor
de Ketelaar-lezing (7 oktober 2010) en
voor dit interview, bij hem thuis in Den
Haag, is conclusie 49 van de commissie-
Davids: "De commissie heeft zich bij inzage
van sommige staatsgeheime documenten
afgevraagd welke de redelijke zin kan zijn
van de nog steeds daaraan gehechte
rubricering. Geschiedschrijving en waar
heidsvinding worden hiermee zonder
voldoende grond belemmerd. Het
verdient aanbeveling om een stelsel
in te voeren van periodieke toetsing
of een derubricering verantwoord is.
Hier ligt een taak voor de algemeen
rijksarchivaris en het ministerie van
Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
waaronder hij ressorteert."
Prof. Eric Ketelaar zit momenteel
(oktober 2010) in Australië. Hij kon uw
lezing helaas niet bijwonen, maar hij
kreeg de tekst van mij onder embargo.
Ketelaar mailde mij meteen enthousiast
het volgende: "Je moet hem vragen
wat hij vindt van de voorstellen van
GroenLinks om een informatie
commissaris (een toezichthouder
op de transparantie van alle
overheidsinformatie) naar Brits
voorbeeld aan te stellen". Bij dezen.
Mr. Willibrord Davids, thuis in Den Haag (foto auteur).
"Tsja, per departement is er natuurlijk
al een Chief Information Officer en bij
het ministerie van Binnenlandse Zaken
zit er één voor het hele Rijk. De proble
matiek met digitale informatie is zo
ingewikkeld dat je je kunt afvragen
of één functionaris voldoende is.
Wellicht moet je op informatiegebied
iets soortgelijks inrichten als de
Rijksvoorlichtingsdienst. Ik ben
overigens enigszins huiverig voor het
'ketendenken', dat wil zeggen dat
diensten die met elkaar van doen
hebben, ook als één keten worden
behandeld met diverse schakels. Op het
terrein waarmee ik de meeste ervaring
heb, justitie, hebben politie, openbaar
ministerie en rechtspraak ieder een
eigen taak. Tussen hen moet de nood
zakelijke uitwisseling van informatie
optimaal zijn, maar zij hanteren wel
ieder hun eigen dossiers. Voorts ben
ik ook huiverig voor zeer complexe
systemen, zoals de koppeling van 'alle'
nummer 10 2010 21